Functie
Wisselen tussen AF en MF. Druk eenmaal in om MF te selecteren
en nogmaals om terug te keren naar de vorige modus. De
MF (AF/
scherpstelmodus kan ook worden geselecteerd door de knop ingedrukt
MF-schakelaar)
te houden en aan de regelaar te draaien. Deze optie werkt niet als
[modus 2] is geselecteerd voor [K Fn-hendelfunctie].
Wisselen tussen RAW + JPEG- en JPEG [KK]-instellingen. Druk
het bedieningselement in om te wisselen van RAW of JPEG naar
RAW K
RAW + JPEG of van RAW + JPEG naar JPEG. U kunt ook een
(RAW-kwaliteit)
beeldkwaliteitsinstelling kiezen door de knop ingedrukt te houden en
aan een regelaar te draaien.
Een testopname maken. U kunt de effecten van de geselecteerde
Testopname
instellingen bekijken in een foto. Als u het bedieningselement ingedrukt
(K TEST)
houdt terwijl u op de ontspanknop drukt, kunt u de resultaten bekijken
maar wordt de foto niet opgeslagen op de geheugenkaart.
Instellingen oproepen voor de geselecteerde aangepaste modus.
Druk het bedieningselement eenmaal in om opgeslagen instellingen
Aangepaste
op te roepen en een tweede keer om de instellingen te herstellen die
modus C1–C4
daarvoor waren geactiveerd (Blz. 111, 460). Het bedieningselement
blijft deze functie uitoefenen wanneer een aangepaste modus is
geselecteerd met de modusregelaar.
Belichtingsinstellingen aanpassen. Houd het bedieningselement ingedrukt
en draai aan de voorste of achterste regelaar. U kunt ook op de knop
drukken om instellingen te activeren en dan aan de regelaars draaien. De
beschikbare aanpassingen zijn afhankelijk met de opnamemodus:
[P]: gebruik de voorste of achterste regelaar, of HI op de pendelknop
[A]: gebruik de voorste of achterste regelaar, of HI op de pendelknop
Belichting F (F)
[S]: gebruik de voorste of achterste regelaar, of HI op de pendelknop
[M]: gebruik de voorste regelaar of FG op de pendelknop voor de
[B]: gebruik FG op de pendelknop om te schakelen tussen bulb/time
Dig.
Schakel de digitale televoorzetlens in of uit (Blz. 235). Druk eenmaal
televoorzetlens
om in te zoemen en druk nogmaals om uit te zoomen.
(b)
Druk op het bedieningselement om de instellingen voor trapeziumcorrectie
Trapezium-
te bekijken (Blz. 248). Nadat u de instellingen hebt aangepast,
drukt u nogmaals op het bedieningselement om te sluiten. Houd het
correctie (D)
bedieningselement ingedrukt om trapeziumcorrectie te annuleren.
Fisheye-correctie inschakelen (Blz. 250). Druk éénmaal om fi sheye-
Fisheye-correctie
correctie in te schakelen. Druk nogmaals om uit te schakelen. Houd
(A)
de knop ingedrukt en draai aan de voorste of achterste regelaar om te
kiezen uit [Hoek]-opties 1, 2 en 3.
voor belichtingscorrectie. Gebruik de FG-knoppen voor een
programmaverschuiving.
voor belichtingscorrectie. Gebruik de FG-knoppen voor het
diafragma.
voor belichtingscorrectie. Gebruik de FG-knoppen voor de sluitertijd.
sluitertijd. Gebruik de achterste regelaar of de HI-knoppen voor het
diafragma.
en live composietfoto's. Gebruik de achterste regelaar of de HI-
knoppen voor het diafragma.
Functie
4-3 Knoppen en regelaars aanpassen
4
NL
465