Download Print deze pagina

IBM 5802 Gebruiksaanwijzing pagina 85

Advertenties

v Als u een waarschuwing ontvangt dat bepaalde noodzakelijke apparatuurpakketten niet geïnstalleerd
zijn, moet de systeembeheerder de desbetreffende pakketten installeren voordat u de adapter kunt
configureren of een diagnose kunt uitvoeren.
v Als u een foutbericht ontvangt dat wijs op een hardwarefout, zit het probleem ofwel in de adapter, of-
wel in de PCI-sleuf. Spoor het probleem op door de bewerking opnieuw uit te voeren, maar nu op een
andere PCI-sleuf, of door een andere adapter in dezelfde sleuf te plaatsen. Als u vaststelt die u defecte
hardware hebt, neemt u contact op met een servicemedewerker.
v Gebruik de optie Install/configure devices added after IPL niet als uw systeem is ingesteld op
HACMP-clustering. Vraag de systeembeheerder of softwareondersteuning wat de juiste manier is om
de vervangende apparatuur te configureren.
Vereisten voor het hot-pluggen van PCI adapters in Linux:
Bij het installeren, verwijderen of vervangen van een PCI-adapter terwijl het onder Linux werkende sys-
teem aan staat, kan het nodig zijn om vooraf bepaalde vereiste taken uit te voeren. Aan de hand van de
informatie in dit gedeelte kunt u nagaan om welke vereiste taken het gaat.
De systeembeheerder van Linux moet de PCI-adapter offline nemen voordat u een PCI-adapter verwij-
dert, terugplaatst of installeert terwijl het systeem aan staat (hot-plugging). Voordat de adapter offline
wordt genomen, moeten de op de adapter adapter aangesloten apparaten eveneens offline worden geno-
men. Met deze actie wordt voorkomen dat een servicemedewerker of gebruiker onverwacht een storing
veroorzaakt voor systeemgebruikers.
Voorafgaand aan het hot-pluggen van adapters voor opslagapparaten moet u ervoor zorgen dat de
bestandssystemen op die apparaten ontladen ("unmounted") zijn. Na afloop van het hot-pluggen van
adapters voor opslagapparaten moet u ervoor zorgen dat de bestandssystemen op die apparaten weer ge-
laden ("remounted") zijn.
Voorafgaand aan het hot-pluggen van een adapter moet u controleren of de server of partitie op het juiste
niveau van het besturingssysteem Linux is (Linux 2.6 of hoger).
Installeer de POWER Linux Service Aids. Deze servicehulpmiddelen verbeteren de servicemogelijkheden
van het systeem, alsmede de mogelijkheden voor systeembeheer.
Als u een Linux on POWER-distributie met Linux kernelversie 2.6 of later gebruikt, kunt u Service Aids
installeren die u toegang bieden tot extra mogelijkheden, bijvoorbeeld voor het opsporen van de oorzaak
van problemen in het systeem.
De software beschikbaar op de website Service and productivity tools for Linux on POWER (http://
www14.software.ibm.com/webapp/set2/sas/f/lopdiags/home.html).
Controleren of de Hot-plug PCI-tools zijn geïnstalleerd voor Linux:
Tijdens het installeren, verwijderen of vervangen van een PCI-adapter terwijl het onder Linux werkende
systeem aan staat, kan het nodig zijn om gebruik te maken van de Hot-plug PCI-tools. Aan de hand van
de procedure in dit gedeelte kunt u controleren of de Hot-plug PCI-tools bij u zijn geïnstalleerd.
1. Geef de volgende opdracht op om te controleren of de Hot-plug PCI-tools zijn geïnstalleerd:
rpm -aq | grep rpa-pci-hotplug
Als er in de uitvoer van de opdracht geen pakketten van het type "rpa-pci-hotplug" worden genoemd,
zijn de Hot-Plug PCI-tools niet geïnstalleerd.
2. Geef de volgende opdracht op om te controleren of het stuurprogramma rpaphp geladen is:
ls -l /sys/bus/pci/slots/
Procedures voor verwijderen en terugplaatsen
71

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

5877