Contactslotstanden
LOCK : Ontsteking uit
ACC
: Stuurslot opgeheven,
ontsteking uit
ON
: Ontsteking aan, bij diesel‐
motor: voorgloeien
START : Starten
Stuurslot
Trek de sleutel uit het contactslot en
draai aan het stuurwiel totdat het
vastklikt.
9 Gevaar
Neem de sleutel tijdens het rijden
nooit uit het contactslot omdat
hierdoor het stuurslot wordt inge‐
schakeld.
Motor starten
Handgeschakelde versnellingsbak:
koppelings- en rempedaal intrappen.
Automatische versnellingsbak: trap
het rempedaal in en zet de keuzehen‐
del op P of N.
Bedien het gaspedaal niet.
Rijden en bediening
Dieselmotoren: draai de sleutel in de
stand ON voor het voorgloeien totdat
het controlelampje ! dooft 3 89.
Sleutel kort naar stand START
draaien en loslaten. Sleutel keert
automatisch terug in stand ON.
Om de motor opnieuw te starten of
deze af te zetten, sleutel in het
contactslot eerst terugdraaien naar
stand LOCK.
Startpogingen niet langer dan
15 seconden laten duren. Als de
motor niet start,
10 seconden wachten alvorens de
startprocedure te herhalen.
Het verhoogde motortoerental wordt
automatisch verlaagd tot het normaal
stationaire toerental naarmate de
motortemperatuur stijgt. Met een
gematigde snelheid rijden, vooral bij
koud weer, totdat de normale motor‐
bedrijfstemperatuur is bereikt.
Tijdens een Autostop kan de motor
gestart worden door het koppelings‐
pedaal in te trappen.
Stop/Start-systeem 3 128.
127