116
Klimaatregeling
Klimaatregeling
Onderhoud ................................. 123
aanzetten ............................... 123
Service .................................... 123
Klimaatregelsystemen
Verwarmings- en
ventilatiesysteem
Bedieningsorganen voor:
● Temperatuur
● Luchtverdeling
● Luchtdebiet
● Ontwasemen en ontdooien
Achterruitverwarming Ü 3 32.
Verwarmde stoelen ß 3 40.
Temperatuur
Rood : warm
Blauw : koud
De verwarming werkt pas optimaal
als de motor de normale bedrijfstem-
peratuur heeft bereikt.
Luchtverdeling
M : naar hoofdhoogte via de verstel-
bare luchtroosters
L : naar de hoofdruimte via regel-
bare ventilatieopeningen en
naar de voetruimtes
K : naar de voetenruimtes en naar
de voorruit
J : naar de voorruit, de zijruiten
vooraan en de voetenruimtes
l : naar de voorruit, de zijruiten
vooraan en de hoofdruimte via
regelbare ventilatieopeningen
Alle combinaties zijn mogelijk.
Luchtdebiet
Ventilatorsnelheid instellen door de
ventilatorknop in de gewenste stand
te zetten.