114
Verlichting
Leeslampen
Leeslampen voor
Om in te schakelen L en M
indrukken.
De leeslampen voor niet gebruiken
tijdens het rijden in het donker aange‐
zien dit het zicht van de bestuurder
vermindert.
Leeslampen achter
De leeslampen achter links en rechts
werken onafhankelijk van elkaar.
Indrukken voor in- en uitschakelen.
Verlichting zonneklep
Brandt wanneer u het klepje van de
make-upspiegel opent 3 32.
Verlichtingsfuncties
Instapverlichting
Welkomstverlichting
Afhankelijk van de hoeveelheid
omgevingslicht knipperen de alarm‐
knipperlichten bij het ontgrendelen
van de auto met de afstandsbedie‐
ning twee keer en gaan de buiten- en
binnenverlichting gedurende
20 seconden branden. Deze functie
helpt u de auto in het donker terug te
vinden.
Uitstapverlichting
Het dimlicht en de achteruitrijlichten
blijven nog ongeveer 30 seconden
branden nadat de bestuurder is uitge‐
stapt en het portier heeft gesloten.