WAARSCHUWING Wendt u voor de-
ze werkzaamheden altijd tot het Alfa Ro-
meo Servicenetwerk.
OPGELET
V
V
oorkom dat de stuur-
bekrachtigingsolie in
contact komt met de warme
delen van de motor: de olie is s
ontvlambaar.
fig. 15
REMVLOEISTOF fig. 15
Controleer of het remvloeistofniveau nog
op het maximum niveau staat. Als vloei-
stof moet worden bijgevuld, dan raden
wij u aan de remvloeistof te gebruiken
die staat vermeld in de tabel "Vloei-
stoffen en smeermiddelen" (zie het
hoofdstuk "Technische gegevens").
OPMERKING Maak de dop van het
reservoir A en het omringende opper-
vlak zorgvuldig schoon. Wees bij het
openen van de dop bijzonder voorzich-
tig zodat er geen vuil in het reservoir
komt. Gebruik voor het bijvullen altijd
een trechter met een ingebouwde fil-
terzeef van maximaal 0,12 mm.
WAARSCHUWING Wendt u voor
deze werkzaamheden altijd tot het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
Periodieke controle van de werking van
het lampje x op het instrumenten-
paneel: als op dop A (met sleutel in het
startsysteem) wordt gedrukt, moet het
lampje gaan branden.
A0E0016m
WAARSCHUWING De remvloeistof
is hygroscopisch (trekt water aan). Daar-
om verdient het aanbeveling, als de au-
to overwegend wordt gebruikt in ge-
bieden met een hoge luchtvochtigheid,
de vloeistof vaker te vervangen dan in
het "Geprogrammeerd onderhouds-
schema" staat aangegeven.
V oorkom dat de zeer cor-
rosieve remvloeistof in
contact komt met de lak.
Als dit toch gebeurt, spoe e l dan
onmiddellijk met water.
235