fig. 16
KNIE-AIRBAG AAN
BESTUURDERS- EN
PASSAGIERSZIJDE
(waar voorzien)
Deze bestaan uit een snel opblazend
kussen in een ruimte onder het stuur
aan de bestuurderszijde fig. 16 en on-
der het dashboard aan de passagiers-
zijde fig. 17. Deze airbags bieden een
extra bescherming bij een frontale aan-
rijding.
144
144
A0E0079m
fig. 17
HANDMATIG UITSCHAKELEN (waar voorzien)
FRONTAIRBAG PASSAGIERS- ZIJDE, KNIE-AIRBAG
PASSAGIERS-ZIJDE (waar voorzien) EN ZIJ-AIRBAGS
PASSAGIERSZIJDE
Als het absoluut noodzakelijk is een kind
op de passagiersstoel voor te vervoeren,
moeten de frontairbag en de knie-airbag
(waar voorzien) aan passagierszijde en
de zij-airbags worden uitgeschakeld. Het
in-/uitschakelen van de airbags vindt
plaats als de elektronische sleutel uit het
startsysteem is verwijderd, m.b.v. de
sleutelschakelaar (waar voorzien) op
het rechter uiteinde van het dashboard
fig. 18. De schakelaar kan alleen wor-
den bereikt als het portier is geopend.
Als het portier is geopend, kan de me-
talen baard sleutel in beide standen uit
de sleutelschakelaar worden gehaald of
in worden gestoken.
A0E0092m
fig. 18
WAARSCHUWING Bedien de scha-
kelaar alleen bij uitgeschakelde motor
en uit het startsysteem verwijderde sleu-
tel.
De sleutelschakelaar kan in twee standen
worden gezet:
❒ frontairbag, knie-airbag (waar voor-
zien) en zij-airbags passagierszijde
ingeschakeld (stand ON P): het
lampje F op het paneel van het
plafondlampje is gedoofd; het is be-
slist verboden kinderen op de voor-
stoel te vervoeren;
A0E0062m