196
Raad en daad
ATTENTIE! Vervolg
aangesloten starthulpkabel niet met elektrisch geleidende delen van de auto in
aanraking komen - kans op kortsluiting!
Sluit de starthulpkabel niet op de minpool van de ontladen accu aan. Door
vonkvorming bij het starten zou uit de accu stromend knalgas kunnen
ontsteken.
Sluit het uiteinde van de kabel
remsysteem.
Breng de starthulpkabels zo aan, dat deze niet door draaiende delen in de
motorruimte kunnen worden beschadigd.
Buig niet over de accu heen - kans op letsel door chemicaliën!
De sluitdoppen van de accucellen moeten zijn vastgeschroefd.
Ontstekingsbronnen (open verlichting, brandende sigaretten enz.) uit de
buurt van de accu houden - explosiegevaar!
Gebruik de starthulp nooit bij accu's met te lage elektrolytpeil - kans op
explosie en bijtende zuren!
Weg- en aanslepen
Algemeen
Bij het gebruik van een sleepkabel moet op het volgende worden gelet:
Bestuurder van de trekkende auto
– Geef pas goed gas als de kabel strak staat.
– Laat de koppeling bij het wegrijden voorzichtig opkomen.
Bestuurder van de getrokken auto
– Schakel het contact in zodat het stuurwiel niet is geblokkeerd en zo de knipper-
lichten, de claxon, de ruitenwissers en de ruitensproeierinstallatie kunnen worden
ingeschakeld.
A
niet aan op delen van het brandstof- en
4
– Schakel de vrijstand in of plaats bij een automatische versnellingsbak de keuze-
hendel in stand N.
– Houd er rekening mee dat de rembekrachtiger en de stuurbekrachtiging alleen bij
draaiende motor functioneren. Bij stilstaande motor moet het rempedaal met
aanzienlijk meer kracht worden ingedrukt en is voor het sturen veel meer kracht
nodig.
– Let erop dat de kabel altijd strak blijft staan.
Sleepkabel of sleepstang
Het gemakkelijkst en veiligst rijdt u met een sleep stang. Alleen als er geen passende
sleepstang beschikbaar is, moet een sleep kabel worden gebruikt.
De sleepkabel moet elastisch zijn, zodat beide auto's niet aan schokbelastingen
worden blootgesteld. Gebruik daarom alleen uit synthetische garens vervaardigde
kabels.
Bevestig de sleepkabel of de sleepstang alleen aan de daarvoor bedoelde sleepogen
bladzijde 197, 'Voorste sleepoog' of bladzijde 197, 'Achterste sleepoog'.
Rijstijl
Voor het slepen is een zekere ervaring nodig. Beide bestuurders moeten op de hoogte
zijn van de ins and outs van het slepen. Bestuurders die geen ervaring hebben moeten
afzien van het aanslepen of wegslepen.
U dient er altijd op te letten dat er geen ontoelaatbare trekkracht en schokkende belas-
ting optreden. Bij het slepen over onverharde wegen bestaat altijd het gevaar dat de
bevestigingsdelen worden overbelast en worden beschadigd.
Voorzichtig!
Als er door een defect geen versnellingsbakolie meer in de versnellingsbak zit, mag de
auto alleen met opgetakelde aangedreven wielen of met een autoambulance of
aanhangwagen worden vervoerd.
Aanwijzing
Neem bij het aanslepen of wegslepen van de wagen de wettelijke voorschriften in
acht, vooral met betrekking tot de in te schakelen signaalvoorzieningen.