De auto heeft af fabriek de technische vereisten voor een zuinig brandstofverbruik en
economisch gebruik. Bijzondere nadruk moet worden gelegd op een zo gering moge-
lijke belasting van het milieu. Om ervoor te zorgen dat deze eigenschappen optimaal
worden gebruikt en behouden blijven, is het noodzakelijk, de aanwijzingen in dit
hoofdstuk in acht te nemen.
Anticiperend rijden
Bij het accelereren gebruikt een auto de meeste brandstof.
Voorkom onnodig accelereren en remmen Als u anticiperend rijdt, hoeft u minder te
remmen en ten gevolge hiervan ook weer minder te accelereren. Laat de auto uitrollen
indien dit mogelijk is, bijvoorbeeld als zichtbaar is dat het eerstvolgende verkeerslicht
op rood staat.
Energiebesparend schakelen
Vroeg opschakelen spaart brandstof.
Afb. 130 Brandstofverbruik / Schakeladvies voor verandering van versnelling
Schakelbak
– Rijd in de eerste versnelling slechts ca. één wagenlengte.
– Schakel altijd over naar de eerstvolgende hogere versnelling als het toerental ca. 2
000 tot 2 500 bedraagt.
Bediening
Veiligheid
Automatische versnellingsbak
– Druk het gaspedaal langzaam in. Druk het gaspedaal echter niet tot aan de kick-
Een effectieve wijze om brandstof te besparen, is vroegtijdig opschakelen. Wie tot aan
de maximumversnelling de betreffende versnelling accelereert verbruikt onnodig veel
brandstof.
De
betreffende versnellingen. Het brandstofverbruik in de 1ste versnelling is het hoogst.
In de hoogste versnelling is het gebruik het laagst.
Door vroegtijdig opschakelen en laat terugschakelen wordt het brandstofverbruik laag
gehouden.
Schakeladvies voor verandering van versnelling*
Op de display van het instrumentenpaneel wordt een informatie over de geschakelde
versnelling
Om zo min mogelijk brandstof te verbruiken wordt op het display een advies tot het
schakelen in een andere versnelling getoond.
Als het regelapparaat herkent dat het gunstig is om van versnelling te veranderen,
wordt op de display een pijl
beneden, naargelang wordt aanbevolen om naar boven of naar beneden te schakelen.
Gelijktijdig word tin de plaats van de actueel ingeschakeld versnelling
volen versnelling aangeduid.
Volg ook de informatie op de multi-functie-indicatie* op bladzijde 19.
Aanwijzingen voor het
Gebruikvoorschriften
rijden
downstand in.
afb. 130
toont de verhouding tussen het brandstofverbruik en de snelheid in de
A
afb. 130
weergegeven.
A
A
weergegeven. De pijl wijst naar boven of naar
B
Aanwijzing
Raad en daad
Rijden en milieu
149
A
de aanbe-
A
Technische gegevens