Bij auto's die zijn voorzien van een schakelaar voor het uitschakelen van de airbags
kunt u de voorairbag en de zijairbag voor de voorpassagier met behulp van deze scha-
kelaar uitschakelen bladzijde 129.
Het uitschakelen van de airbags is slechts in bepaalde gevallen wenselijk, bijv.
als:
U bij wijze van uitzondering een kinderzitje op de voorstoel moet plaatsen,
waarbij het kind met de rug in de rijrichting zit (in vele landen op basis van afwijkende
wettelijke voorschriften als het kind in de rijrichting zit) bladzijde 131, 'Belangrijke
veiligheidsinstructies bij de omgang met kinderzitjes';
u, ondanks een correcte bestuurdersstoelinstelling, geen afstand van minimaal 25
cm tussen het midden van het stuurwiel en het borstbeen kunt aanhouden.
door invaliditeit speciale apparatuur in de buurt van het stuurwiel moet worden
ingebouwd;
u andere stoelen laat monteren (bijv. orthopedische stoelen zonder zijairbags).
Controle van het airbagsysteem
De paraatheid van het airbagsysteem wordt elektronisch gecontroleerd, ook als een
airbag is uitgeschakeld.
Als de airbag met behulp van een elektronicatester werd uitgeschakeld:
Het controlelampje gaat na het inschakelen van het contact ca. 3 seconden
branden en knippert aansluitend nog 12 seconden.
Als de airbag met behulp van de airbagschakelaar* aan de zijkant op het dash-
board werd uitgeschakeld:
na het inschakelen van het contact, zal op het instrumentenpaneel het airbagcon-
trolelampje circa 3 seconden gaan branden;
als de airbags zijn uitgeschakeld wordt dit op het middendeel van het dashboard
door het oplichten van het gele controlelampje in de opschrift
afb.
aangegeven
118.
Aanwijzing
Bij uw servicedealer kunt u informeren of en welke airbags volgens de nationale
wetgeving in uw auto moeten worden uitgeschakeld.
Bediening
Veiligheid
Schakelaar voor voorairbag voorpassagier*
Afb. 118 Schakelaar voor airbag voorpassagier /controlelamp voor airbaguitschakeling
voorpassagier
Met behulp van de schakelaar wordt de voorairbag voor de voorpassagier uitgescha-
keld.
Airbag uitschakelen
– Contact uitschakelen.
– Draai met behulp van de contactsleutel de sleuf van de airbagschakelaar in de rich-
– Controleer bij ingeschakeld contact of het airbagcontrolelampje in handtekening
Airbag inschakelen
– Contact uitschakelen.
– Draai met behulp van de contactsleutel de sleuf van de airbagschakelaar tegen de
– Controleer bij ingeschakeld contact of het airbagcontrolelampje in handtekening
De airbag mag alleen bij wijze van uitzondering buiten gebruik worden gesteld
bladzijde 128.
Aanwijzingen voor het
Gebruikvoorschriften
rijden
afb.
ting van de pijl in de stand OFF
in het middenstuk van het dashbord brandt
richting van de pijl in in de stand ON
in het middenstuk van het dashbord niet brandt
afb.
118.
Raad en daad
Airbagsysteem
118.
afb.
afb.
118.
Technische gegevens
129
118.