4: ECG-bewaking
Stippellijnen
Een stippellijn op uw ECG-scherm geeft aan dat u een ongeldig ECG-signaal hebt in de curvesector.
U kunt het probleem met de op dat moment geselecteerde afleiding proberen op te lossen
(zie
Tabel 54 "ECG-problemen"
Een stippellijn vervangen door een andere afleiding:
Gebruik in curvesector 1 de Lead Select-knop om door de beschikbare afleidingen te bladeren
en een geschikte afleiding te kiezen.
OF
Gebruik het menu Weergegeven curve om een geschikte afleiding te selecteren.
OPMERKING: Als u een 3-draads kabel gebruikt, zullen er kort stippellijnen verschijnen wanneer de geselecteerde
afleiding wordt veranderd.
Een geannoteerd ECG weergeven
U kunt ervoor kiezen om een geannoteerd ECG met aritmieslaglabels in curvesector 2 weer te geven.
Dezelfde ECG-bron die in curvesector 1 verschijnt, wordt met een vertraging van zes seconden
getoond in curvesector 2.
aritmieslaglabels. Zie
Tabel 9
Label
N
V
P
L
?
'
"
A
I
M
Een geannoteerd ECG weergeven:
1
Druk op de slimme selectieknop.
2
Draai aan de slimme selectieknop om
slimme selectieknop.
56
op pagina 184) of een andere afleiding kiezen.
Vertrgd
wordt naast de curve weergegeven. Ook verschijnen er witte
Tabel 9
voor slaglabelclassificaties.
Slaglabels voor aritmie
Omschrijving
Normaal
Ventriculair ectopisch
Gepacet
Leerfase patiënt-ECG
Onvoldoende informatie om slagen te
classificeren
Pacer spike
Biventriculaire pacepuls
Artefactslag (episode met storing)
Niet-functionerende conditie
(bijvoorbeeld een afleiding is uit)
Pauze, gemiste slag, geen QRS
Boven QRS
Boven de curve waar de pacer spike is
gedetecteerd (Als de patiënt atriaal én
ventriculair wordt gepacet, toont het scherm
twee markeringen boven de curve die gelijk
lopen met de atriale en ventriculaire pacing.)
Boven de curve waar de biventriculaire
pacepuls is gedetecteerd
Boven de curve waar de storing is
gedetecteerd
Boven de curve; bij het begin van een
technisch alarm, elke seconde van het alarm
en aan het einde
Boven de curve waar de conditie is
gedetecteerd
Getoonde curven
te markeren en druk vervolgens op de
Monitorweergave
Waar getoond