348 Foutopsporing
Resetten
RESET
EXIT
De omvormer kan worden gereset ofwel door het indrukken van de paneeltoets
RESET
(basis-bedieningspaneel) of
(assistent-bedieningspaneel), door een digitale
ingang of veldbus, of door de voedingsspanning voor een tijdje uit te schakelen. De
bron voor het foutresetsignaal wordt geselecteerd door parameter
1604
FOUTRESET
KEUZE. Wanneer de fout is verholpen, kan de motor opnieuw worden
gestart.
Foutgeschiedenis
Wanneer een fout wordt gedetecteerd, wordt deze opgeslagen in de
foutgeschiedenis. De laatste fouten worden opgeslagen met de tijd waarop deze zijn
gedetecteerd.
Parameters
0401 LAATST
FOUT,
0412 VORIGE FOUT 1
en
0413 VORIGE FOUT 2
slaan de meest recente fouten op. De parameters
0404...0409
tonen
bedrijfsgegevens van de omvormer ten tijde van het optreden van de laatste fout .
Het assistent-bedieningspaneel geeft extra informatie over de foutgeschiedenis. Zie
de sectie
Fout Logger modus
op pagina
102
voor meer informatie.