Download Print deze pagina

Advertenties

ABB MACHINERY DRIVES
ACS380 omvormer
Beknopte installatie- en opstartgids
Veiligheidsvoorschriften
Lees de veiligheidsinstructies in de ACS380 Hardware manual
(3AXD50000029274 [EN]).
WAARSCHUWING! Volg deze veiligheidsinstructies om verwonding of
dodelijk letsel te voorkomen, of beschadiging van de apparatuur. Als u geen
gekwalificeerd elektricien bent, mag u geen elektrisch installatie- of
onderhoudswerk verrichten.
Zorg er bij het installeren van de omvormer voor dat er geen stof in de
omvormer komt.
Wanneer er spanning op de omvormer of aangesloten apparatuur staat,
mag u geen werkzaamheden verrichten aan de omvormer, motorkabel,
motor, besturingskabels of besturingscircuits.
Na het ontkoppelen van het voedingsnet moet u altijd 5 minuten wachten
totdat de condensatoren van de tussenkring ontladen zijn.
Controleer dat de installatie niet onder spanning staat:
Gebruik een multimeter met een impedantie van minstens 1 Mohm.
Controleer dat de spanning tussen de uitgangsklemmen van de
omvormer (U, V, W) en de aarde (PE) 0 V is.
Controleer dat de spanning tussen de voedingsklemmen van de
omvormer (L1, L2, L3) en de aarde (PE) 0 V is.
Controleer dat de spanning tussen de DC- en remweerstands-klemmen
(UDC+, UDC- en R) en de aarde (PE) 0 V is.
Verricht, bij gebruik van een synchrone permanentmagneetmotor, geen
werkzaamheden aan de omvormer wanneer de motor draait. Een
permanentmagneetmotor die draait brengt spanning aan op de motor en
de voedingsklemmen.
WAARSCHUWING! Het installeren, opstarten en bedienen van deze
apparatuur vereist gedetailleerde instructies. Raadpleeg deze beknopte gids en
de gebruikers-interface gids in het omvormerpakket. Bewaar de gidsen te allen
tijden bij dit apparaat. Raadpleeg voor meer informatie de hardware-handleiding
en de firmwarehandleiding. U kunt deze handleidingen downloaden van de ABB
website of papieren versies van de handleidingen bestellen bij de levering.
1. Controleer het installatiegebied:
De omvormer is bedoeld voor installatie in een kast en heeft een IP-
beschermingsgraad IP20.
Zorg er voor dat er in het installatie-gebied:
Er is voldoende koeling en hete lucht recirculeert niet.
De omgevingscondities zijn geschikt. Raadpleeg Omgevingsomstandigheden.
Het montage-oppervlak is onbrandbaar en kan het gewicht van de omvormer
dragen. Raadpleeg
Verklaring van
overeenstemming.
Materialen in de buurt van de omvormer zijn onbrandbaar.
Er is voldoende ruimte boven en onder de omvormer voor onderhoudswerk.
Raadpleeg .
2. Installeer de omvormer
U kunt de omvormer installeren met schroeven of op een DIN rail.
Installatie-vereisten:
Zorg voor een minimum van 75 mm vrije ruimte aan de bovenkant en onderkant
van de omvormer voor koellucht.
Installeer R0-omvormers rechtop. R0-omvormers hebben geen ventilator.
U kunt R1, R2, R3 en R4 omvormers tot 90 graden gekanteld installeren, van
verticaal tot volledig horizontaal.
U kunt meerdere omvormers naast elkaar installeren. Naast elkaar gemonteerde
opties vereisen ongeveer 20 mm ruimte aan de rechterkant van de omvormer.
WAARSCHUWING! Installeer de omvormer niet ondersteboven. Zorg er
voor dat de koellucht-uitlaat (bovenaan) altijd hoger zit dan de koellucht-
inlaat (onderaan).
Installeren van de omvormer met schroeven
1.
Zet markeringen op het oppervlak
voor de montagegaten. Raadpleeg
Verklaring van
overeenstemming.
De R3 en R4 omvormers bevatten
een montagesjabloon.
2.
Maak de gaten voor de
montageschroeven en installeer
geschikte pluggen of ankers.
3.
Begin de schroeven in de
montagegaten vast te zetten.
4.
Installeer de omvormer op de
montageschroeven.
5.
Draai de montageschroeven vast.
Installeren van de omvormer op een DIN rail
1.
Beweeg het vergrendelingsdeel
naar links.
2.
Druk en houd de
vergrendelingsknop ingedrukt.
3.
Plaats de bovenste lipjes van de
omvormer op de bovenste rand van
de DIN installatie-rail.
4.
Plaats de omvormer tegen de
onderste rand van de DIN installatie-
rail.
5.
Laat de vergrendelingsknop los.
6.
Beweeg het vergrendelingsdeel
naar rechts.
7.
Controleer dat de omvormer correct
is geïnstalleerd.
8.
Om de omvormer te verwijderen
gebruikt u een platte
schroevendraaier om het
vergrendelingsdeel te openen.
3. Meet de isolatieweerstand
Omvormer: Voer geen spanningstolerantie- of isolatieweerstandsmetingen uit op de
omvormer, omdat dit schade aan de omvormer kan veroorzaken.
Netvoedingskabel: Meet, vóórdat u de netvoedingskabel aansluit, de isolatie van de
netvoedingskabel. Voldoe aan de plaatselijke regelgeving.
Motor en motorkabel:
1.
Controleer dat de motorkabel aangesloten is op de motor en losgekoppeld is van
de uitgangsklemmen T1/U, T2/V en T3/W van de omvormer.
2.
Gebruik een spanning van 500 V DC om de
isolatieweerstand te meten tussen elke fasegeleider
en de veiligheidsaarde-geleider. De
isolatieweerstand van een ABB motor moet meer
zijn dan 100 Mohm (bij 25 °C/77 °F). Voor de
isolatieweerstand van andere motoren moet u de
documentatie van de fabrikant raadplegen.
Vocht in de motor verlaagt de isolatieweerstand. Als u vermoedt dat er vocht in
de motor zit, droogt u de motor en voert u de metingen opnieuw uit.
4. Kies de kabels
Netvoedingskabel: Gebruik, voor de beste EMC prestaties, een symmetrische
afgeschermde kabel en twee aardgeleiders.
Motorkabel: Gebruik een symmetrische afgeschermde kabel.
Besturingskabel: Gebruik een dubbel-afgeschermde kabel met getwist kabelpaar
voor analoge signalen. Gebruik een enkel-afgeschermde kabel voor digitale, relais en
I/O signalen. Gebruik afzonderlijke kabels voor analoge en relais signalen.
5. Sluit de vermogenskabels aan
Aansluitschema
b
a
a. Twee aardgeleiders. Gebruik twee geleiders indien de doorsnede van de
aardgeleider minder is dan 10 mm
bijvoorbeeld, de kabelafscherming naast de vierde geleider.
b. Afzonderlijke aardkabel (lijnzijde). Gebruik deze indien de conductiviteit van de
vierde geleider of afscherming niet voldoende is voor de veiligheidsaarding.
c. Afzonderlijke aardkabel (motorzijde). Gebruik deze indien de conductiviteit van de
afscherming niet voldoende is voor de veiligheidsaarding,of indien er geen
symmetrisch geconstrueerde aardgeleider in de kabel aanwezig is.
d. Aarding van de kabelafscherming over 360 graden. Vereist voor de motorkabel en
remweerstandskabel, aanbevolen voor de netvoedingskabel.
Aansluitprocedure
WAARSCHUWING! Volg de veiligheidsinstructies in de ACS380 Hardware
manual (3AXD50000029274 [Engels]). Als u ze negeert, kan dit leiden tot
ernstig of dodelijk letsel of schade aan de apparatuur.
WAARSCHUWING! Indien de omvormer aangesloten is op een IT
(ongeaard) systeem of op een corner-grounded TN systeem, ontkoppel dan
de EMC-filter aardingsschroef.
1.
Strip de motorkabel.
2.
Aard de motorkabelafscherming
onder de aardingsklem.
3.
Draai de motorkabelafscherming in
een bundel bij elkaar, markeer deze
dienovereenkomstig en sluit aan op
de aardings-aansluitklem.
4.
Sluit de fasegeleiders van de
motorkabel aan op de T1/U, T2/V en
T3/W motorklemmen. Draai de
klemmen aan tot 0,8 N·m (7 lbf·in).
5.
Indien van toepassing: sluit de
remweerstandskabel aan op de
R- en UDC+ aansluitklemmen. Draai
de klemmen aan tot 0,8 N·m
(7 lbf·in). Gebruik een afgeschermde
kabel en aard de afscherming onder
de aardklem.
6.
Strip de voedingskabel.
7.
Indien de voedingskabel een afscher-
W
ming heeft, draai deze dan in een bun-
del bij elkaar, markeer deze en sluit
aan op de aardings-aansluitklem.
8.
Sluit de PE-geleiders van de
netvoedingskabel aan op de
aardings-aansluitklem. Gebruik,
indien nodig, een tweede PE-geleider.
9.
Sluit de fasegeleiders van de netvoedingskabel aan op de L1, L2 en L3
ingangsklemmen. Draai de klemmen aan tot 0,8 N·m (7 lbf·in).
10. Maak de kabels mechanisch vast aan de buitenkant van de omvormer.
Zorg er voor dat er in de buurt van de omvormer geen bronnen van sterke
magnetische velden zijn, zoals geleiders met hoge stroom en enkele kern of spoelen
van magneetschakelaars. Een sterk magnetisch veld kan interferentie veroorzaken of
onnauwkeurigheid van de werking van de omvormer. Als er interferentie is, haal dan
de bron van het magnetisch veld weg van de omvormer.
d
d
c
2
2
Cu of 16 mm
Al (IEC/EN 61800-5-1). Gebruik,
6. Sluit de besturingskabels aan
Aansluitprocedure
Maak de aansluitingen volgens de standaard besturingsaansluitingen van de
applicatiemacro die u selecteert. Raadpleeg voor de aansluitingen van de standaard
fabrieksmacro (ABB standaard macro)
Standaard I/O-aansluitingen (ABB standaard
macro), raadpleeg voor de aansluitingen van de standaard veldbusmacro
aansluitingen. Raadpleeg voor de overige macro's ACS380 Firmware manual
(3AXD50000029275 [Engels]).
Houd de signaalkabelparen getwist tot zo dicht mogelijk bij de klemmen om
inductieve koppeling te voorkomen.
1.
Strip een deel van de buitenste
afscherming van de
besturingskabel voor aarding.
2.
Gebruik een kabelbinder om de
buitenste afscherming aan de
aardingstab te aarden.
3.
Gebruik metalen kabelbinders voor
aarding over 360-graden.
4.
Strip de besturingskabel-geleiders.
5.
Sluit de geleiders aan op de juiste
besturingsklemmen. Draai de
klemmen aan tot 0,5 N·m
(4,4 lbf·in).
6.
Sluit de afschermingen van de
getwiste paren en aarddraden aan
op de SCR-klem. Draai de klemmen
aan tot 0,5 N·m (4,4 lbf·in).
7.
Maak de besturingskabels mechanisch vast aan de buitenkant van de omvormer.
Standaard I/O-aansluitingen (ABB standaard macro)
Voor de standaard variant (I/O & Modbus) (type ACS380-04xS).
Aansluitklemmen
Digitale I/O aansluitingen
Hulp +24 V DC, max. 200 mA
+24V
Gemeensch. aarde hulpspanningsuitgang
DGND
Gemeensch. aarde digitale ingangen
DCOM
Stop (0) / Start (1)
DI1
Voorwaarts (0) / Achterwaarts (1)
DI2
Keuze toerental
DI3
Keuze toerental
DI4
Helling 1 (0) / Helling 2 (1)
DIO1
Gereed (0) / Niet gereed (1)
DIO2
Digitale uitgang hulpspanning
DIO SRC
Gemeensch. aarde digitale ingang/uitgang
DIO COM
Analoge I/O
1...10 kohm
Freq. ref. / Toerenref. (0...10 V)
AI1
Gemeensch. aarde analoge ingangen
AGND
Niet geconfigureerd
AI2
Gemeensch. aarde analoge ingangen
AGND
Max. 500 ohm
Uitgangsfrequentie (0...20 mA)
AO
Gemeensch. aarde analoge uitgangen
AGND
Afscherming signaalkabel (schild)
SCR
Referentiespanning
+10V
Safe torque off (STO)
Safe torque off functie. Aangesloten in
S+
fabriek. Omvormer start alleen als beide
SGND
circuits gesloten zijn.
S1
S2
Relaisuitgang
Relaisuitgang 1
RC
Geen fout [Fout (-1)]
RA
RB
EIA-485 Modbus RTU
Embedded Modbus RTU (EIA-485).
B+
A-
BGND
Shield
Termination
Aansluiten van EIA-485 Modbus RTU klemmen op
omvormer
Sluit de veldbus aan op de EIA-485 Modbus RTU klem op de BMIO-01 module, die is
bevestigd op de besturingsunit van de omvormer. Het aansluitschema is hieronder te
zien.
Gegevensstroom
Controlwoord (CW)
Referenties
Proces-I/O (cyclisch)
Statuswoord (SW)
Actuele waarden
Parameter R/W
Service-berichten
verzoeken/antwoorden
(acyclisch)
ON
ON
ON
ON
ON
ON
1
1
1
1
1
1
Afsluiting UIT
Afsluiting UIT
Omvormer
Omvormer
1) De apparaten aan beide uiteinden van de veldbus moeten afsluiting
ingesteld hebben op AAN.
Veldbus aansluitingen
Voor de geconfigureerde omvormers met vooraf-geconfigureerd veldbusprotocol
(type ACS380-04xC).
Aansluitklemmen
Digitale I/O aansluitingen
Hulp +24 V DC, 200 mA
+24V
Gemeensch. aarde hulpspanningsuitgang
DGND
Gemeensch. aarde digitale ingangen
DCOM
Fout reset
DI1
Niet geconfigureerd
DI2
Safe torque off (STO)
Safe torque off functie. Aangesloten in
S+
fabriek. Omvormer start alleen als beide
SGND
circuits gesloten zijn.
S1
S2
Relaisuitgang
Relaisuitgang 1
RC
Geen fout [Fout (-1)]
RA
RB
Uitbreidingsmodule aansluitingen
+K457 FCAN-01-M CANopen
DSUB9
CANopen
+K454 FPBA-01-M Profibus DP
DSUB9
Profibus DP
+K469 FECA-01-M EtherCAT
RJ45 X 2
EtherCAT
+K475 FENA-21-M Ethernet/IP, Profinet,
RJ45 X 2
Ethernet IP
Modbus TCP
+K495 BCAN-11 CANopen interface
RJ45 X 2
Profinet
+K470 FEPL-02 Ethernet power link (RJ45x2)
RJ45 X 2
Modbus TCP
+K451 FDNA-01, DeviceNet (Klemmenblok)
CANopen
Terminal Block
Veldbus
Beschrijvingen
Veldbusbesturing
(1
Afsluiting AAN
Veldbus
ON
ON
ON
...
1
1
1
(1
Afsluiting AAN
Omvormer
Beschrijvingen

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor ABB ACS380

  • Pagina 1 Raadpleeg voor meer informatie de hardware-handleiding Afsluiting AAN a. Twee aardgeleiders. Gebruik twee geleiders indien de doorsnede van de en de firmwarehandleiding. U kunt deze handleidingen downloaden van de ABB Gegevensstroom aardgeleider minder is dan 10 mm Cu of 16 mm Al (IEC/EN 61800-5-1).
  • Pagina 2 205 8,07 223 8,78 170 6,69 95 3,74 174 6,85 191 7,52 75 2,95 191 7,52 1,9 4,2 Raadpleeg voor veldbuscommunicatie ook Raadpleeg voor de complete lijst van waarschuwingen en fouten ACS380 Firmware Configureer veldbus-communicaties. 205 8,07 223 8,78 170 6,69 169 6,65 181 7,13 191 7,52 148 5,83 191 7,52 2,9 6,4 manual (3AXD50000029275 [Engels]).