Procedures uitvoeren
6.9 Een andere preset voor FlexVision selecteren
Voorinstellingen zijn vooraf gedefinieerde indelingen van venster en inhoud. U kunt presets bewerken
om een vensterlay-out te krijgen die past bij uw workflow en waarin de applicaties worden
weergegeven die u wilt gebruiken.
De lay-outpreset voor FlexVision is vooraf gedefinieerd in de geselecteerde ProcedureCard, maar u kunt
ook een andere lay-out voor het onderzoek kiezen.
1 Tik in de TouchScreenModule op de applicatieselector.
2 Tik op FlexVision om de beschikbare presets weer te geven.
Figuur 54 FlexVision presetmenu
Legenda
1
2
3
Elke preset wordt afgebeeld met een miniatuur met de vooraf gedefinieerde schermindeling en
applicaties.
3 Tik op de gewenste preset om deze te selecteren en op de FlexVision-monitor toe te passen.
4 Als u de applicaties wilt wijzigen die tijdens een onderzoek worden weergegeven, gaat u als volgt te
werk:
a
b Sleep de applicaties die u wilt gebruiken naar de gewenste vensterposities in de lay-out.
5 Als u de preset wilt terugzetten naar de oorspronkelijke configuratie, gaat u als volgt te werk:
a
b Tik op Reset (Resetten).
Raadpleeg
informatie.
Azurion Uitgave 1.2 Gebruiksaanwijzing
Lijst met presetgroepen
Beschikbare presets
Taakvenster
Tik op Change Content (Inhoud wijzigen).
De lay-out wordt weergegeven, met in elk venster een pictogram van de verschillende
applicaties.
De wijzigingen worden onmiddellijk toegepast op de FlexVision-monitor.
Tik op Select Preset (Voorinstelling selecteren).
Presets voor FlexVision beheren met de TouchScreenModule (Pagina 232)
98
Een andere preset voor FlexVision selecteren
voor meer
Philips Healthcare 4522 203 52611