Technische informatie
Immuniteitstest
1
Het systeem is getest en voldoet aan de normen YY0505 en IEC60601-1-2. De spanningsdaling en variatietests van clau-
sule 36.202.7.a1 (tabel 210) zijn niet toegepast op de interface van de 3-fasehoofdvoeding van dit systeem, omdat deze
interface is vrijgesteld van deze tests door clausule 36.202.7.a1 vanwege de volgende redenen:
•
Het Azurion-systeem is geen apparatuur voor de instandhouding van levensfuncties.
•
De opgegeven invoerstroom op de interface van de 3-fasehoofdvoeding is hoger dan 16 A.
•
De spanningsonderbrekingstest van clausule 36.202.7.a2 (tabel 211) is toegepast op de interface van de 3-fasehoofd-
voeding en functioneert naar behoren.
2
Geldt uitsluitend voor 1-fase externe netspanning en is niet van toepassing op 3-fase netspanning, aangezien het inpu-
tampèrage hoger is dan 16 A.
OPMERKING U
Draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur
De fabrikant biedt de volgende verklaringen en richtlijnen betreffende elektromagnetische immuniteit:
De afstand van draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur tot alle onderdelen van het systeem,
inclusief kabels, dient tijdens gebruik niet kleiner te zijn dan de aanbevolen scheidingsafstand die is
berekend op basis van de vergelijking die van toepassing is op de frequentie van de zender.
Het systeem is bestemd voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin uitgestraalde RF-
interferentie onder controle wordt gehouden.
Immuniteitstest
Geleidings-RF
IEC 61000-4-6
Stralings-RF
IEC 61000-4-3
P is het maximale uitgangsvermogen van de zender in watt (W) volgens de specificaties van de
zenderfabrikant en d is de aanbevolen scheidingsafstand in meter (m).
Veldsterkten van vaste RF-zenders zoals vastgesteld door een elektromagnetische meting ter plaatse,
dienen geringer te zijn dan het conformiteitsniveau in elk frequentiebereik.
Veldsterkten van vaste zenders, zoals basisstations voor radiotelefoons (mobiele/draadloze telefoons),
landmobiele radio's, amateurradio's, AM- en FM-radiozenders, en tv-zenders, kunnen theoretisch niet
nauwkeurig worden voorspeld. Ter bepaling van de elektromagnetische omgeving veroorzaakt door
vaste RF-zenders dient een elektromagnetisch veldonderzoek te worden overwogen. Wanneer de
gemeten veldsterkte op de plaats waar het systeem wordt gebruikt hoger is dan het bovenstaande van
toepassing zijnde RF-conformiteitsniveau, dient het systeem te worden geobserveerd om zeker te zijn
van een normale werking. Als het apparaat niet naar behoren functioneert, zijn er mogelijk extra
maatregelen vereist, zoals heroriëntatie of verplaatsing van het systeem.
Boven het frequentiebereik 150 kHz tot 80 MHz dienen veldsterkten lager dan 3 V/m te zijn.
Interferenties kunnen optreden in de buurt van apparatuur met het volgende symbool:
OPMERKING deze richtlijnen zijn mogelijk niet in alle situaties van toepassing. Elektromagnetische
U kunt bijdragen aan de voorkoming van elektromagnetische storing door de minimale afstand aan te
houden tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur (zenders) en het systeem die
hieronder wordt aangegeven, overeenkomstig het maximale uitgangsvermogen van de
communicatieapparatuur.
Azurion Uitgave 1.2 Gebruiksaanwijzing
IEC 60601‐testniveau
is de wisselspanning van het net voordat het testniveau wordt toegepast.
T
IEC 60601‐testniveau
3 Vrms
150 kHz tot 80 MHz
3 V/m
80 MHz tot 2,5 GHz
voortplanting wordt beïnvloed door absorptie en reflectie door structuren, objecten
en personen.
Conformiteitsniveau
Conformiteitsniveau
Aanbevolen scheidingsafstand
3 Vrms
d = [3,5 / 3]√P
3 V/m
d = [3,5 / 3]√P voor 80 MHz tot 800 MHz
d = [7 / 3]√P voor 800 MHz tot 2500 MHz
344
Elektromagnetische compatibiliteit
Geleiding
Philips Healthcare 4522 203 52611