Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Hill Descent Control (Indien Aanwezig); Hill Descent Control-Schakelaar - Renault ALASKAN 2018 Instructieboekje

Inhoudsopgave

Advertenties

HILL DESCENT CONTROL (indien
aanwezig)
WAARSCHUWING
Vertrouw nooit alleen op de Hill Descent Con-
trol (afdalingsassistent) om de snelheid van de
auto onder controle te houden op steile afda-
lingen. Rijd altijd voorzichtig en let goed op
wanneer u de Hill Descent Control gebruikt en
rem de auto eventueel af door het rempedaal
in te trappen. Wees vooral zeer voorzichtig
wanneer u op bevroren, modderige of extreem
steile wegen rijdt. Wanneer u de rijsnelheid
niet onder controle kunt houden, kunt u de
controle over de auto verliezen met mogelijk
ernstig of dodelijk letsel tot gevolg.
De Hill Descent Control kan de snelheid van de
auto op een afdaling mogelijk niet onder alle
weg- of laadomstandigheden onder controle
houden. Wees er altijd op voorbereid dat u het
rempedaal misschien moet indrukken om de
snelheid van de auto te regelen. Wanneer u dit
niet doet, kan dit tot een aanrijding of ernstig
persoonlijk letsel leiden.
Wanneer de Hill Descent Control ingeschakeld is,
worden de remmen automatisch en zonder schok-
ken toegepast om een constante snelheid te hand-
haven tijdens steile afdalingen op glad wegdek of
op open terrein, zonder dat het rem- of gaspedaal
gebruikt hoeft te worden. Het Hill Descent Control-
systeem helpt de bestuurder om de snelheid van de
auto constant te houden wanneer er op minder dan
25 km/u (16 MPH) van een helling wordt gereden,
waarbij remmen op de motor in de <4H>-stand of
<4LO>-stand alleen niet genoeg is om de snelheid
onder controle te houden.
OPMERKING
Wanneer de Hill Descent Control gedurende lan-
gere tijd voortdurend in werking is, kan de tem-
peratuur van de actuator van het elektronisch
stabiliteitsprogramma (ESP) mogelijk toenemen
waardoor de Hill Descent Control tijdelijk uitge-
schakeld wordt. Het controlelampje voor het Hill
Descent Control-systeem zal uitgaan. Het Hill De-
scent Control-systeem treedt automatisch in
werking en het controlelampje zal weer gaan
branden wanneer de temperatuur van de actu-
ator van het ESP-systeem gedaald is. Als het con-
trolelampje niet gaat branden, moet u het sys-
teem uitzetten.
HILL DESCENT
CONTROL-SCHAKELAAR
Als aanvullend remmen noodzakelijk is op een steile
afdaling, activeer dan de Hill Descent Control door
de schakelaar van het systeem in te drukken.
Wanneer de Hill Descent Control ingeschakeld is,
gaat het controlelampje voor ingeschakelde Hill De-
scent Control branden. (Zie "Waarschuwings-
lampjes, controlelampjes en geluidssignalen" in
hoofdstuk "2. Instrumenten en bedieningen".) Bo-
vendien worden achterliggers gewaarschuwd voor
de werking van de Hill Descent Control door de au-
tomatisch inschakelende rem/achterlichten.
Om de Hill Descent Control te kunnen activeren,
moet aan alle volgende voorwaarden zijn voldaan:
Selecteer een vooruitversnelling (bij modellen
met handgeschakelde versnellingsbak alleen 1e
versnelling) of de achteruitversnelling.
Zet de 4WD-modusschakelaar op de <4H>-stand
of <4LO>-stand en rijd op een snelheid van min-
der dan 25 km/u (16 MPH).
Zie "Waarschuwingslampjes, controlelampjes en
geluidssignalen" in hoofdstuk "2. Instrumenten
en bedieningen".
Druk de Hill Descent Control-schakelaar in de
"AAN"-stand.
Wanneer het gas- of rempedaal wordt ingedrukt
terwijl de Hill Descent Control in werking is, zal het
systeem tijdelijk worden uitgeschakeld. Zodra het
gas- of rempedaal wordt losgelaten, wordt de Hill
Descent Control weer ingeschakeld als aan alle bo-
vengenoemde voorwaarden is voldaan.
Het controlelampje voor ingeschakelde Hill Descent
Control knippert als de schakelaar geactiveerd is en
JVS0402XZ
niet aan alle voorwaarden wordt voldaan, of als het
systeem om een of andere reden wordt uitgescha-
keld.
U kunt de Hill Descent Control uitschakelen door de
schakelaar in de "UIT"-stand te zetten.
5-33
Starten en rijden

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave