CONTACTSCHAKELAAR (model-
len zonder afstandsbediening-
sleutelsysteem)
WAARSCHUWING
Haal de sleutel nooit uit de contactschakelaar en
draai de contactschakelaar nooit naar de
<LOCK>-stand tijdens het rijden. Het stuurwiel zal
dan blokkeren. Ernstige schade aan de auto of
persoonlijk letsel kan hiervan het gevolg zijn.
HANDGESCHAKELDE
VERSNELLINGSBAK (MT)
De schakelaar bevat een antidiefstal stuurvergren-
delingsinrichting.
De contactsleutel kan alleen uit de contactschake-
laar worden gehaald wanneer de schakelaar in de
<LOCK> gewone parkeerstand (0) is gedraaid.
Er bevindt zich een "OFF"-stand
<LOCK>-stand en de <ACC>-stand, hoewel deze
niet is aangegeven op de slotcilinder.
Haal de sleutel uit de contactschakelaar om het
stuurwiel te vergrendelen. Draai de sleutel voor-
zichtig in het contactslot terwijl u het stuur rustig
heen en weer beweegt om het te ontgrendelen.
AUTOMATISCHE VERSNELLINGSBAK
(AT)
Er is een "OFF"-stand
en de <ACC>-stand, ook al wordt deze niet aange-
geven op de contactschakelaar.
Het contactslot is zodanig ontworpen dat de con-
tactschakelaar alleen in de <LOCK>-stand kan wor-
SSD0392Z
den gezet nadat de schakelhendel in de P-stand
(parkeren) is gezet. Wanneer u de contactschake-
laar naar de <LOCK>-stand draait om de sleutel er-
uit te halen, zorg er dan voor dat de schakelhendel
in de P-stand (parkeren) staat.
Wanneer de contactschakelaar niet naar de
<LOCK>-stand kan worden gedraaid:
1. Zet de schakelhendel in de P-stand (parkeren).
tussen de
2. Draai de contactschakelaar lichtjes naar de
<ON>-stand.
3. Zet de contactschakelaar in de <LOCK>-stand.
4. Verwijder de contactsleutel.
Indien de contactschakelaar in de <LOCK>-stand is
gezet, kan de schakelhendel niet uit de P-stand (par-
keren) worden gehaald. De schakelhendel kan in
een andere stand worden gezet als de contactscha-
kelaar in de <ON>-stand staat en het rempedaal is
ingetrapt.
SLEUTELSTANDEN
LOCK (Gewone parkeerstand) (0):
De contactsleutel kan alleen in deze stand verwij-
derd worden.
OFF (1):
SSD0392Z
De motor kan worden afgezet zonder het stuurwiel
te vergrendelen.
tussen de <LOCK>-stand
ACC (accessoires) (2):
In deze stand activeert u de elektrische accessoires,
zoals de radio, wanneer de motor niet draait.
ON (gewone bedrijfsstand) (3):
In deze stand worden het contact en de elektrische
accessoires ingeschakeld.
START (4):
In deze stand wordt de motor gestart. Laat de con-
tactsleutel onmiddellijk los zodra de motor aan-
slaat. De sleutel gaat automatisch terug naar de
<ON>-stand.
5-9
Starten en rijden