Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Noodloopfunctie; Rijden Met Handgeschakelde Versnellingsbak (Mt) - Renault ALASKAN 2018 Instructieboekje

Inhoudsopgave

Advertenties

Volg de volgende procedure om de schakelblokke-
ring te ontgrendelen:
1. Zet de contactschakelaar in de "OFF"-stand of
"LOCK"-stand.
2. Activeer de parkeerrem.
3. Verwijder het kapje van de schakelblokkering
j
A en druk de ontgrendelknop van de schakel-
blokkering in.
4. Houd de knop op de schakelhendel ingedrukt en
beweeg de schakelhendel naar de N-stand (vrij)
terwijl u de ontgrendelknop van de schakelblok-
j
kering ingedrukt houdt
A .
Zet de contactschakelaar in de "ON"-stand om het
stuurslot vrij te geven.
De auto kan door aanduwen naar de gewenste lo-
catie verplaatst worden.
Als de schakelhendel niet uit de P-stand (parkeren)
gehaald kan worden, laat het systeem van de auto-
matische versnellingsbak dan zo snel mogelijk na-
kijken door een erkende dealer of gekwalificeerd
garagebedrijf.

Noodloopfunctie

Wanneer de noodloopfunctie wordt ingeschakeld,
wordt de automatische versnellingsbak (AT) geblok-
keerd in een van de voorwaartse versnellingen, af-
hankelijk van de omstandigheden.
Als de auto met extreme rijomstandigheden te
maken krijgt, zoals sterke wielslip en direct
daarop hard remmen, kan de noodloopfunctie
worden geactiveerd. Dit gebeurt zelfs als alle
elektrische circuits naar behoren functioneren.
Zet de contactschakelaar in dit geval in de "OFF"-
stand en wacht 3 seconden. Zet de contactscha-
kelaar vervolgens weer in de "ON"-stand. De auto
moet nu terugkeren naar de normale bedrijfscon-
ditie. Als de auto niet terugkeert naar de normale
bedrijfsconditie, laat de versnellingsbak dan na-
kijken en eventueel repareren door een erkende
dealer of gekwalificeerd garagebedrijf.
RIJDEN MET HANDGESCHAKELDE
VERSNELLINGSBAK (MT)
WAARSCHUWING
Schakel niet abrupt terug op gladde wegen.
Hierdoor kunt u de macht over het stuur ver-
liezen.
Laat de motor niet met een hoog toerental
draaien bij het schakelen naar een lagere ver-
snelling. Hierdoor kunt u de macht over het
stuur verliezen of kan de motor beschadigd
raken.
LET OP
Laat uw voet tijdens het rijden niet op het kop-
pelingspedaal rusten. Hierdoor kan het kop-
pelingssysteem beschadigd raken.
Trap het koppelingspedaal volledig in voordat
u schakelt. U kunt anders schade aan de ver-
snellingsbak veroorzaken.
Laat de auto volledig tot stilstand komen voor-
dat u hem in zijn achteruit (R) zet.
Zet de versnelling in vrij (N) wanneer de auto
voor een bepaalde tijd stilstaat, bijvoorbeeld
wanneer u voor een stoplicht wacht, laat de
koppeling los met het rempedaal ingetrapt.
De auto starten
1. Trap nadat u de motor hebt gestart de koppeling
tot de bodem in en zet de schakelhendel in stand
1 (1e), 2 (2e) of R (achteruit). RENAULT raadt aan
om de auto in de 2e versnelling te starten op een
vlakke ondergrond en in onbeladen toestand.
2. Trap het gaspedaal langzaam in terwijl u tegelij-
kertijd het koppelingspedaal langzaam laat op-
komen en de parkeerrem vrijgeeft.
Schakelen
Om van versnelling te veranderen, of wanneer u
door- of terugschakelt, het koppelingspedaal hele-
maal intrappen, de geschikte versnelling kiezen, en
vervolgens het koppelingspedaal langzaam en ge-
leidelijk op laten komen.
Start de auto in de eerste (1e) of tweede (2e) ver-
snelling en schakel naar de derde (3e), vierde (4e),
vijfde (5e) en zesde (6e) in die volgorde naargelang
de snelheid van de auto dit noodzakelijk maakt.
Als u moeite hebt om de schakelhendel in stand R
(achteruit) of de eerste (1e) versnelling te zetten,
schakel dan naar de N-stand (vrij) en laat dan de
koppeling één keer los. Trap het koppelingspedaal
weer volledig in en schakel naar R of 1.
Starten en rijden
5-17

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave