Airconditioning
(indien van toepassing)
Alle HYUNDAI Airconditioningsystemen
zijn gevuld met milieuvriendelijk R-134a
koelmiddel.
1. Start de motor. Schakel de airconditio-
ning in.
2. Zet de selectieknop op de
tie.
3. Zet de luchtinname schakelaar naar
de recirculatiestand. Een langdurige
werking van de gerecirculeerde lucht-
positie zal achter overdreven droge
lucht veroorzaken. Verander in dat
geval de luchtpositie.
4. Stel de ventilatie snelheid in en kies
de juiste temperatuur voor uw maxi-
male comfort.
• Wanneer maximale koeling is ge-
wenst, zet dan de temperatuurinstel-
ling naar de uiterst links, zet de luch-
tinname op recirculatie en de ventila-
torsnelheid op de hoogste snelheid.
8 AANDACHT
• Wanneer het aircosysteem wordt
gebruikt, moet wat extra aandacht
worden gegeven aan de motortempe-
ratuur tijdens het rijden in bergen of
in andere zware bedrijfsomstandighe-
den zeker als de buitentemperatuur
hoog is. De werking van het aircosys-
posi-
teem kan oververhitting van de motor
veroorzaken. Blijf in dat geval de ven-
tilator gebruiken, maar schakel het
aircosysteem uit.
• Wanneer de ramen worden geopend
in vochtig weer, kan het airco systeem
waterdruppels veroorzaken in het
voertuig. Aangezien waterdruppels
schade kunnen veroorzaken aan elek-
trische uitrusting, moet het airco sys-
teem vooral gebruikt worden met
gesloten ramen.
Kenmerken van uw voertuig
Aircosysteem bedieningstips
• Indien het voertuig is geparkeerd in
direct zonlicht tijdens warm weer, open
de ramen voor een korte tijd om de
warme lucht binnen het voertuig te
laten ontsnappen.
• Om vochtigheid binnen de auto te hel-
pen verminderen op regenachtige of
vochtige dagen maak gebruik van het
airconditioning systeem.
• Tijdens het inschakelen van het airco-
systeem kun u soms een lichte veran-
dering opmerken in het motortoerental.
Dit is een normale eigenschap.
• Gebruik het aircosysteem iedere ma-
and minimaal een paar minuten om
maximale systeemprestatie te contro-
leren.
• Tijdens het gebruik van het aircosys-
teem kunt u het druppelen van helder
water opmerken onder de passagiers-
zijde van het voertuig. Dit is een nor-
male eigenschap.
• Het bedienen van het aircosysteem in
de recirculatie positie verschaft maxi-
male koeling, echter continue werking
in deze stand kan veroorzaken dat de
lucht binnen het voertuig "muf" en zu-
urstofarm wordt.
• Tijdens het inschakelen van het airco-
systeem kunt u soms een mistige
luchtstroom opmerken door snelle koe-
ling en vochtige luchtinname. Dit is een
normale eigenschap.
4 85