182
Verzorging van de auto
Accupolen in de bagageruimte
De accupolen voor het starten van
een auto met hulpstartkabels bevin‐
den zich in de bagageruimte onder
twee afdekkappen. Open de afdek‐
kappen elke keer als u een andere
auto met hulpstartkabels wilt starten.
De pluspool is afgedekt met een extra
afdekkap, met de markering <. Open
de afdekkap elke keer als u de plus‐
pool wilt gebruiken.
Hulpstartkabels gebruiken
Auto met starthulpkabels starten
Aansluitvolgorde van de kabels:
1. Rode kabel op de pluspool van de
hulpstartaccu aansluiten.
2. Het andere uiteinde van de rode
kabel op de pluspool van de ont‐
laden accu aansluiten.
3. Zwarte kabel op de minpool van
de hulpstartaccu aansluiten.
4. Het andere uiteinde van de zwarte
kabel op de minuspool, met de
markering GND, aansluiten.
De kabels zo leggen dat ze niet door
de draaiende delen in de motorruimte
geraakt kunnen worden.
Start de auto als volgt:
1. De motor van het stroom leve‐
rende voertuig starten.
2. Na 5 minuten op m drukken om
het contact van de auto in te scha‐
kelen.
Na het initialiseren van de instru‐
mentengroep laadt de auto de
12 V-accu op met stroom uit de
hoogspanningsaccu.
3. Elektrische verbruikers (bijv. kop‐
lampen, achterruitverwarming)
van de stroom ontvangende auto
inschakelen.
4. Bovenstaande procedure bij het
verwijderen van de kabels in de
omgekeerde volgorde volgen.