Druk op AUTO 4 om het systeem
zelf de luchttoevoermodus voor het
beste comfort, rendement en ontwa‐
semen te laten kiezen. Lucht wordt
gerecirculeerd of er wordt buitenlucht
in de auto aangetrokken. De toets op
het aanraakscherm brandt.
Handmatige recirculatie
Druk op 4 om lucht in de auto te la‐
ten recirculeren, druk nogmaals om
buitenlucht te selecteren. Bij deze op‐
tie licht de toets op het aanraak‐
scherm op ter aanduiding dat er lucht
wordt gerecirculeerd. Zo wordt de
lucht in de auto snel gekoeld en wordt
het binnendringen van buitenlucht of
luchtjes voorkomen.
Via 4 schakelt u de automatische
recirculatie uit. Druk op AUTO of
AUTO 4 om terug naar automati‐
sche bediening te gaan, eventueel
werkt de recirculatie automatisch.
Klimaatregeling
De handmatige recirculatiemodus
werkt niet als ontdooien of ontwase‐
men geselecteerd is.
Automatisch verwarmde stoel
bestuurder
Druk op CLIMATE op het instrumen‐
tenpaneel.
Druk op ß AUTO op het aanraak‐
scherm. De kleur van de toets veran‐
dert ter bevestiging van de instelling
in groen. Door het inschakelen van
het contact activeert deze functie de
functie Automatisch verwarmde stoel
bestuurder automatisch tot het niveau
101