De auto starten bij lage temperaturen
Bij een buitentemperatuur van minder
dan 0 °C wordt het aanbevolen om
het contact in te schakelen als de auto
op het stopcontact aangesloten is.
Bij een buitentemperatuur van minder
dan -32 °C moet de auto bij het in‐
schakelen van het contact op het
stopcontact aangesloten zijn.
Opnieuw starten
Voorzichtig
Als de auto onderweg opnieuw
moet worden gestart, zet dan de
schakelhefboom op N en druk
twee keer op m zonder het rempe‐
daal in te trappen. Het aandrij‐
vingssysteem start op geen en‐
kele andere manier.
Computers bepalen wanneer de mo‐
tor moet draaien. Zo nodig start de
auto als het aandrijvingssysteem in‐
geschakeld is.
Elektrische modus 3 110.
Er klinkt een geluidssignaal bij het
openen van het bestuurdersportier tij‐
dens het inschakelen van het contact.
Druk altijd op m om het contact vóór
het uitstappen uit te schakelen.
Stoppen
Aan/Uit-knop 3 106.
Parkeren
Let op
Laat de auto nooit gedurende lan‐
gere perioden in extreme tempera‐
turen zonder te rijden of met de stek‐
ker uit het stopcontact.
9 Waarschuwing
■ Parkeer de auto niet op een licht
ontvlambaar oppervlak. Door de
hoge temperatuur van het uit‐
laatsysteem kan het oppervlak
ontbranden.
■ Trek altijd de handrem aan.
Trek gedurende ong. een se‐
conde aan schakelaar m.
Rijden en bediening
De elektrische handrem is aan‐
getrokken wanneer controle‐
lamp P oplicht 3 76.
■ Schakel de ontsteking uit.
■ Als de auto vlak of op een oplo‐
pende helling staat, vóór het uit‐
schakelen van het contact de
handrem aantrekken en de keu‐
zehendel op P zetten. Op een
oplopende helling bovendien de
voorwielen van de stoeprand
wegdraaien.
Als de auto op een aflopende
helling staat, vóór het uitscha‐
kelen van het contact de hand‐
rem aantrekken en de keuze‐
hendel op P zetten. Bovendien
de voorwielen naar de stoep‐
rand toedraaien.
■ Sluit de ruiten.
■ Vergrendel de auto en activeer het
alarmsysteem.
Handzender 3 20.
109