9.1
Omschakelaar (15) voor 230 V~,
400 V~ en 12 V DC aansluitingen
(19) (afb. 3)
De generator is voor 230 V~ en 400 V~ wisselspanningen
geschikt.
LET OP
De omschakeling is uitsluitend toegestaan bij een volle-
dig gescheiden belasting.
• Als u de omschakelaar (15) naar links zet, kunt u het
230 V~ stopcontact gebruiken.
• Als u de omschakelaar (15) naar rechts zet, is het 400
V~ stopcontact actief.
• Op de 12V DC aansluitingen min-pool (19) en plus-
pool (20) kan een accu van 12V worden opgeladen.
Gebruik hiertoe een adapterkabel (niet bij de levering
inbegrepen).
• U kunt de 12 V spanning gelijktijdig met 230 V of met
400 V gebruiken.
LET OP
De stroomgenerator mag niet op het elektriciteitsnet
worden aangesloten als huishoudelijke noodstroom-
voorziening. Er kunnen daardoor beschadigingen aan
de generator of aan de elektrische apparaten worden
veroorzaakt.
9.2
Motor starten (afb. 1, 3, 11)
GEVAAR
Gevaar voor vergiftiging!
Gebruik het product alleen buitenshuis en nooit in ge-
sloten of slecht geventileerde ruimten.
AANWIJZING
De accu moet zijn opgeladen en aangesloten om het
product te starten. Controleer hiertoe de laadtoestand
op de weergave van de accu (groen: voldoende gela-
den, zwart: moet worden geladen, wit: accu vervangen).
Sluit voor het starten van de motor geen verbruiker op de
generator aan.
Laat de generator kort (ca. 30 seconden) onbelast lopen,
voordat u hem uitzet, zodat deze kan "nakoelen". Schakel
nu de aangesloten verbruiker uit.
1. Open de onderhoudsdeur (5) middels de vergrende-
ling (6).
2. Controleer of de mechanische aan/uit-schakelaar (31)
in de juiste positie (RUN) is vergrendeld.
Belangrijk! De mechanische aan/uit-schakelaar
(31) wordt af fabriek ingesteld en mag niet worden
gewijzigd.
3. Sluit de onderhoudsdeur (5).
4. Schakel de stroomonderbreker 230 V (23) resp. de
stroomonderbreker 400 V (16) in (positie ON).
5. Steek de contactsleutel (A) in het contactslot (11).
6. Trek aan de choke (13) als u de motor in "koude" toe-
stand start. Als u de motor in "warme" toestand start,
is de choke (13) niet nodig.
74 | NL
7. Draai de contactsleutel (A) in stand "ON"
AANWIJZING
Als de motor voor de eerste keer wordt gestart, zijn er
meerdere pogingen nodig, totdat de brandstof van de
tank naar de motor is verplaatst en deze aanspringt.
8. Zet de omschakelaar (15) in de gewenste positie (dit
is 230 V of 400 V).
9. Sluit nu de betreffende verbruiker aan.
AANWIJZING
Als de accu van het product leeg is, kan de motor niet
worden gestart.
Om het ontladen van de accu te vermijden, adviseren
wij u de generator ten minste één keer maandelijks ge-
durende 30 minuten te gebruiken. Als de generator ge-
durende langere tijd niet wordt gebruikt koppelt u de ac-
cu los van de polen.
AANWIJZING
Bij hoge buitentemperaturen kan het voorkomen dat de
generator ook bij een koude motor zonder choke moet
worden gestart!
AANWIJZING
Sterkstroom 400 V
De belasting van een driefasige generator moet over al-
le drie fasen worden verdeeld, waarbij de belasting voor
alle fasen moet zijn vereffend.
De belasting per fase mag 1/3 van het totale vermogen
van de generator niet overschrijden. Het toegestane on-
balansgewicht mag niet meer dan 20% zijn. Een belas-
ting van slechts de 1e of 2e fase heeft een uitval tot ge-
volg. De totale belasting en de totale stroom voor alle
drie fasen mogen de normale belasting en de stroom
van de generator niet overschrijden.
9.3
Motor uitschakelen (afb. 1, 3)
Laat de generator kort (ca. 30 seconden) onbelast lopen,
voordat u hem uitzet, zodat deze kan "nakoelen". Schakel
nu de aangesloten verbruiker uit.
1. Draai de contactsleutel (A) in stand "OFF".
2. Zet de omschakelaar (15) in de stand "OFF".
3. Koppel de verbruiker los van het product.
LET OP
–
Schakel de generator niet uit, als de aangesloten
verbruikers in gebruik zijn.
–
Gebruik de mechanische aan/uit-schakelaar uitslui-
tend in noodgeval.
9.4
Spanningsmeter (14) (afb. 3)
De spanningsmeter (14) is bij een draaiende motor actief
en geeft het uitgangsvermogen aan.
www.scheppach.com