Inhoudsopgave
Advertenties
GIO-functies
5.2.3
Wegrijhulp
Gebruik
De wegrijhulp heft de liftas van de aanhangwagen voor het vergroten de tractie van de aandrijfas van de
vrachtwagen, de veiligheid en de bedrijfsefficiëntie op een gladde ondergrond of steile hellingen, waar
het moeilijk of onmogelijk kan zijn voor vrachtwagens om van op te trekken. De wegrijhulpmodus is
compatibel met aanhangwagens met liftassen en sleepassen.
Werking
De wegrijhulp heft een as om het gewicht te verplaatsen naar de koppelschotel. Hierdoor wordt de
belasting van de aandrijfas van de motorwagen vergroot. Het effect van de wegrijhulp is afhankelijk van
de beladingstoestand van de aanhangwagen en de effectieve wielbasis van de aanhangwagen. De
beste tractie wordt meestal verkregen bij een volledig beladen aanhangwagen en de grootste effectieve
wielbasis. De belasting wordt bewaakt via de balgdruk van de hoofdas van de aanhangwagen.
De wegrijhulpfunctie heeft 2 verschillende modi:
Wegrijhulp: deze modus staat toe dat elke as wordt overbelast tot maximaal 30% van zijn toegestane
maximale belasting. Als een snelheid van 30 km/h wordt bereikt, keert het systeem terug naar de
automatische modus en wordt de geheven as neergelaten.
Terreinwegrijhulp: de liftas wordt geheven, ook in situaties waarbij de overbelasting groter is dan 30%. De
terreinwegrijhulpfunctie mag niet worden gebruikt op de openbare weg.
VOORZICHTIG
Overbelasting bij terreinwegrijhulp
De geparametreerde drukwaarde voor overbelasting mag niet hoger zijn dan de maximale aslast opgegeven door
de fabrikant van de as.
LET OP
De voorwaarden voor activering en het algemene gedrag van de wegrijhulpfunctie moeten afwijken van die/dat
van OptiTurn, om een conflict tussen de functies te voorkomen.
Wegrijhulp met liftassen
De positie van een liftas bepaalt of de as moet worden geheven of neergelaten om de belasting van
de koppelschoten te vergroten. De tractiehulpmodus wordt over het algemeen gebruikt met een liftas
vóór de hoofdas. Door de vooras volledig te heffen wordt de effectieve wielbasis vergroot en wordt
tegelijkertijd de belasting die werd gedragen door de geheven as overgedragen naar de trekker en de
aanhangwagenassen die op de grond blijven.
De wegrijhulpmodus kan ook worden gebruik met een liftas achter de hoofdas. In deze situatie wordt de
liftas volledig neergelaten terwijl de wegrijhulpmodus is ingeschakeld. De toename van de belasting op de
trekker is afhankelijk van de vergroting van de effectieve wielbasis.
Parameter drukbegrenzing: definieert de drempelwaarde voor de hoofdas waarbij de liftas vóór de
hoofdas wordt geheven (of de liftas achter de hoofdas wordt neergelaten). De wegrijhulpmodus wordt
gedeactiveerd als de aanhangwagen een snelheid van 30 km/h (standaardinstelling) bereikt.
Wegrijhulp met sleepas
De wegrijhulpmodus kan worden gebruikt met een sleepas vóór de hoofdas.
Door de luchtbalgen van de sleepas leeg te laten wordt de effectieve wielbasis vergroot en wordt
tegelijkertijd de belasting die werd gedragen door de sleepas overgedragen naar de trekker en de
aanhangwagenassen die op de grond blijven.
Parameter drukbegrenzing: definieert de doeldruk in de balgen van de hoofdas, te bereiken door het
afstellen van de druk in de sleepas.
Wanneer de doeldruk in de hoofdas is bereikt, wordt de druk in de luchtbalgen voor de sleepas gelijk
gehouden.
108
Intelligent Electronic Braking System voor aanhangwagens
Advertenties
Inhoudsopgave
