Advertenties
Substitutie- /
dialysaattemperatuur*
Donorplasmatemperatuur*
(FFP)
Sensor
omgevingstemperatuur
Microschakelaar
verwarming
Fresenius Medical Care multiFiltratePRO IFU-NL 14A-2022
Behandelingsvormen: alle behandelingsvormen, met uitzondering van
TPE en Ped CVVHD
– Instelbereik: uit; 35 tot 39 °C
– Nauwkeurigheid: 0,5 °C
– Bij omgevingstemperaturen van ≥ 20 °C en als er oplossingen bij
omgevingstemperaturen worden gebruikt, wordt de
insteltemperatuur bereikt in normaal bedrijf (actieve balans /
alarmvrije status) met een accuratesse van +1.5 °C / -3 °C.
– Voor omgevingstemperaturen < 20 °C, zijn grotere afwijkingen naar
onderen mogelijk vanwege warmteverlies. Tref hierbij eventueel
extra externe maatregelen.
Er bestaan twee alarmdrempels. Bij kortstondige overschrijding van de
toedieningstemperatuur van 42 °C start een vertragingsvolume zonder
direct alarm. Bij overschrijding van 120 ml of bij het bereiken van een
toedieningstemperatuur van 46 °C wordt alarm geslagen met een stop
van de vloeistoftoevoer, die bevestigd moet worden. De automatische
herstart vindt pas plaats als de temperatuuralarmgrens wordt
onderschreden.
Behandelingsvorm: Ped CVVHD
– Instelbereik: uit; 35 tot 39 °C
– Nauwkeurigheid: 0,5 °C
– Bij omgevingstemperaturen van ≥ 20 °C en als er oplossingen
bij omgevingstemperaturen worden gebruikt bij een dialysaatflow
van ≥ 600 ml/h, wordt de insteltemperatuur bereikt in normaal
bedrijf (actieve balans / alarmvrije status) met een accuratesse
van +1.5 °C / -3 °C.
Bij een dialysaatflow van < 600 ml/h wordt op de inbrengplaats
(verbindingspunt tussen dialysaatlijn en het filter) een temperatuur
van ten minste 33 °C bereikt.
– Bij omgevingstemperaturen < 20 °C en/of bij tocht zijn grotere
afwijkingen naar beneden mogelijk ten gevolge van
warmteverliezen. Tref hierbij eventueel extra externe maatregelen.
Behandelingsoptie: TPE
Bij omgevingstemperaturen van 20 °C tot 35 °C wordt een temperatuur
tussen 25 °C en 38 °C op de insteekplaats bereikt als substitutie- of
plasmaverwarmers (actieve balans-/alarmvrije toestand) worden
ingeschakeld.
Temperatuursensor voor de meting van de omgevingstemperatuur.
De toevoertemperatuur dient ter regeling van de geïntegreerde
verwarmingen. Een externe extra verwarming is hier onafhankelijk van.
Nauwkeurigheid ±1 °C
Bewaking van de verwarmingszak op uitzetting door druk of onjuist
plaatsen.
(* = essentiële prestatiekenmerken bij IEC 60601-1)
Hoofdstuk 12: Technische gegevens
309
Advertenties
