merbesturingssignaal is. De kolom Functie/informatie bevat een beschrijving van de
parameter.
Parameter
KEUZE BRON BESTURINGSCOMMANDO
20.01 Ext1
opdrachten
20.06 Ext2
opdrachten
SELECTIE VAN TOERENTALREFERENTIE
22.11 Ext1 toerental
ref1
22.18 Ext2 toerental
ref1
SELECTIE VAN KOPPELREFERENTIE
26.11 Koppelref 1
bron
26.12 Koppelref 2
bron
SELECTIE VAN FREQUENTIEREFERENTIE
28.11 Ext1 frequentie
ref1
28.15 Ext2 frequentie
ref1
OVERIGE SELECTIES
EFB referenties kunnen geselecteerd worden als bron bij praktisch elke signaalselector-
parameter door
Overig
referentie
2.
STUURINGANGEN SYSTEEM
96.07 Par opslaan
handmatig
Veldbusbesturing via de interne veldbus interface (EFB) 463
Instelling voor
besturing via een
veldbus
Interne veldbus
Interne veldbus
EFB ref1
EFB ref1
EFB ref1
EFB ref1
EFB ref1
EFB ref1
te selecteren en daarna ofwel
Opslaan
(keert terug
naar Klaar)
Functie/informatie
Kiest veldbus als bron voor de start- en stop-
opdrachten wanneer EXT1 gekozen is als de
actieve besturingslocatie.
Kiest veldbus als bron voor de start- en stop-
opdrachten wanneer EXT2 gekozen is als de
actieve besturingslocatie.
Kiest een referentie ontvangen via de interne
veldbus interface als toerentalreferentie 1.
Kiest een referentie ontvangen via de interne
veldbus interface als toerentalreferentie 2.
Kiest een referentie ontvangen via de interne
veldbus interface als koppelreferentie 1.
Kiest een referentie ontvangen via de interne
veldbus interface als koppelreferentie 2.
Kiest een referentie ontvangen via de interne
veldbus interface als frequentie-referentie 1.
Kiest een referentie ontvangen via de interne
veldbus interface als frequentie-referentie 2.
03.09 EFB referentie 1
Slaat wijzigingen in parameterwaarden op
(inclusief die gemaakt via veldbusbesturing)
in het permanente geheugen.
of
03.10 EFB