Veiligheid en beveiligingen
Vaste/Standaard beveiligingen
Overstroom
Als de uitgangsstroom de interne overstroomlimiet overschrijdt, worden de IGBT's
onmiddellijk uitgeschakeld om de omvormer te beschermen.
DC-overspanning
Zie de sectie
Overspanning regeling
DC-onderspanning
Zie de sectie
Onderspanningsregeling (werking bij korte spanningsuitval)
pagina 143.
Temperatuur van de omvormer
Als de temperatuur hoog genoeg stijgt, begint de omvormer eerst de schakelfrequen-
tie te beperken en daarna de stroom om zichzelf te beschermen. Als de omvormer
dan nog steeds verder opwarmt, bijvoorbeeld vanwege een ventilatorstoring, wordt
een overtemperatuur-fout gegenereerd.
Kortsluiting
In geval van kortsluiting worden de IGBT's onmiddellijk uitgeschakeld om de omvor-
mer te beschermen.
Noodstop
Het noodstopsignaal wordt aangesloten op de ingang geselecteerd door parameter
21.05 Noodstop
bron. Een noodstop kan ook gegenereerd worden via veldbus (para-
meter
06.01
Hoofdcontrolwoord, bits 0...2).
De modus van de noodstop wordt geselecteerd door parameter
modus. De volgende modussen zijn beschikbaar:
• Off1: Stop langs de standaard deceleratiehelling die gedefinieerd is voor het spe-
cifieke referentietype dat in gebruik is
• Off2: Stop door uitlopen tot stilstand
• Off3: Stop langs noodstophelling gedefinieerd door parameter
tijd.
• Stop koppel.
Bij Off1 of Off3 noodstopmodus kan de verlaging langs een helling van het motortoe-
rental bewaakt worden door parameters
helling bewaking
vertraging.
op pagina 142.
31.32 Noodhelling bewaking
Programmakenmerken 147
op
21.04 Noodstop
23.23 Noodstop
en
31.33 Nood-