30
Functies van therapiemodi
Het apparaat heeft verschillende extra functies die het comfort van de
patiënt verhogen.
Flex-comfortfunctie
Het apparaat is uitgerust met een speciale comfortfunctie die Flex wordt
genoemd. De Flex-functie van het apparaat is beschikbaar in de CPAP-
modus en S-modus. Deze functie is alleen beschikbaar wanneer Auto-Trak is
geactiveerd.
C-Flex
In CPAP-modus verhoogt C-Flex het comfort van de patiënt door te zorgen
voor drukverlichting tijdens de uitademingsfase van het ademhalen. In de
volgende grafiek wordt de normale CPAP-therapie (stippellijnen) vergeleken
met C-Flex (vette lijn). De C-Flex-niveaus 1, 2 en 3 geven een stapsgewijze
toename van de drukverlichting te zien.
DRUK
Inademing
CPAP
De C-Flex-drukverlichting wordt bepaald door de C-Flex-instelling en de
mate van patiëntstroming. C-Flex keert aan het eind van de uitademing,
wanneer de luchtweg het kwetsbaarst is voor sluiting, terug naar de
ingestelde druk.
Gebruikershandleiding voor de Trilogy 202
Uitademing
1
2
3
Opmerking: Flex is niet beschikbaar
als AVAPS is geactiveerd of als een
actief circuit wordt gebruikt.
Opmerking: C-Flex is niet
beschikbaar als CPAP op 4 cm H
ingesteld.
Opmerking: C-Flex, Bi-Flex en
AVAPS zijn bedoeld voor gebruik
door volwassen patiënten.
C-Flex vergeleken met
traditionele CPAP-therapie
DUUR
O is
2