De menging controleren
A.
Schakel het beademingsapparaat in.
B.
Controleer met behulp van een externe zuurstofmonitor of aan het
ingestelde FiO
-niveau wordt voldaan.
2
Het alarm controleren
A.
Schakel de zuurstofbron uit of koppel deze los van het
beademingsapparaat.
B.
Wacht 1 minuut en controleer de volgende alarmsignalen:
•
De akoestische indicator voor hoge prioriteit klinkt.
•
Op de knop Alarmindicator/Geluid onderbreken knippert
een rood licht.
•
De volgende alarmtoestanden verschijnen op het scherm,
gemarkeerd met rood:
-
Lage zuurstofstroom
-
Lage ingangsdruk zuurstof
Controleren of het alarm zichzelf reset
A.
Sluit de hogedrukzuurstofbron weer aan op het beademingsapparaat of
schakel deze weer in.
B.
Wacht 1 minuut en controleer het volgende:
•
Controleer met behulp van een externe zuurstofmonitor of
aan het ingestelde FiO
•
De akoestische indicator voor hoge prioriteit is gestopt.
•
Het rode licht op de knop Alarmindicator/Geluid
onderbreken knippert niet meer.
-niveau wordt voldaan.
2
Hoofdstuk 10 Procedures voor systeemcontrole
141