Stand van het stuurwiel instellen
Afb. 19 Stuurwielstand instellen
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 22.
De stand van het stuurwiel kan in hoogte en in lengterichting worden versteld.
›
De borghendel onder het stuurwiel in pijlrichting
›
Het stuurwiel in de gewenste stand zetten. Het stuurwiel kan in pijlrichting
worden versteld.
2
›
De borghendel tot de aanslag in pijlrichting
ATTENTIE
Het stuurwiel nooit tijdens het rijden verstellen, maar alleen als de wagen
■
stilstaat!
De borghendel na de instelling altijd vergrendelen, zodat de stand van het
■
stuurwiel niet onbedoeld verandert - gevaar voor ongevallen!!
zwenken
» afb.
19.
1
drukken.
3
Juiste zithouding van de bijrijder
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 22.
Met het oog op de veiligheid van de passagier en om het gevaar voor verwon-
dingen bij een ongeval te verminderen, moeten de volgende aanwijzingen in
acht worden genomen.
De bijrijdersstoel zo ver mogelijk naar achteren schuiven. De bijrijder moet
een minimale afstand van 25 cm ten opzichte van het dashboard aanhou-
den, zodat de airbag bij een activering de grootst mogelijke veiligheid
biedt.
De hoofdsteun zodanig instellen, dat de bovenzijde van de hoofdsteun zo-
veel mogelijk in lijn ligt met het bovenste gedeelte van het hoofd
op pag. 22 -
(geldt niet voor stoelen met geïntegreerde hoofdsteunen).
B
De veiligheidsgordel juist omgespen
ken.
ATTENTIE
Een afstand tot het dashboard van ten minste 25 cm in acht nemen, an-
■
ders kan het airbagsysteem u niet beschermen - levensgevaar!
De voeten altijd tijdens het rijden in de voetenruimte houden - leg uw
■
voeten nooit op het dashboard, uit het raam of op de zitting! Door een ver-
keerde zithouding stelt u zich bij remmen of een aanrijding bloot aan een
verhoogd risico van lichamelijk letsel. Bij een activering van de airbag kunt u
zich door een verkeerde zithouding dodelijk verwonden!
Juiste zithouding van de passagiers op de zitplaatsen achterin
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 22.
Met het oog op de veiligheid van de passagiers op de zitplaatsen achterin en
om het gevaar voor verwondingen bij een ongeval te verminderen, moeten de
volgende aanwijzingen in acht worden genomen.
De hoofdsteun zodanig instellen, dat de bovenzijde van de hoofdsteun zo-
veel mogelijk in lijn ligt met het bovenste gedeelte van het hoofd
op pag. 22 -
.
B
De veiligheidsgordel juist omgespen
ken.
» afb. 18
» pag.
24, Veiligheidsgordels gebrui-
» afb. 18
» pag.
24, Veiligheidsgordels gebrui-
Passieve veiligheid
23