Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veiligheid; Passieve Veiligheid; Algemene Aanwijzingen; Juiste En Veilige Zithouding - Skoda FABIA 2017 Instructieboekje

Inhoudsopgave

Advertenties

Veiligheid

Passieve veiligheid

Algemene aanwijzingen

Inleiding voor het onderwerp
In dit hoofdstuk van het instructieboekje vindt u belangrijke informatie met
betrekking tot het thema passieve veiligheid. We hebben hier alles samenge-
vat wat u bv. over veiligheidsgordels, airbags, de veiligheid van kinderen enz.
moet weten.
Verdere belangrijke informatie met betrekking tot de veiligheid kunt u ook vin-
den in de volgende hoofdstukken van dit instructieboekje. Het instructieboek-
je moet daarom altijd in de wagen aanwezig zijn.
Vóór elke rit
Voor uw eigen veiligheid en voor de veiligheid van uw passagiers moet voor
elke rit op de onderstaande punten worden gelet.
De werking van de verlichting en de knipperlichten controleren.
De werking van de ruitenwissers en de toestand van de ruitenwisserbladen
controleren. Het ruitensproeiervloeistofpeil controleren.
Controleren of alle ruiten een helder en goed zicht naar buiten bieden.
De spiegels zo instellen dat het zicht naar achteren is gewaarborgd. Contro-
leren dat de spiegels niet afgedekt zijn.
De bandenspanning controleren.
Het motorolie-, remvloeistof- en koelvloeistofpeil controleren.
Aanwezige bagage goed bevestigen.
De toegestane asbelastingen en het maximaal toegestaan gewicht van de
wagen niet overschrijden.
Alle portieren, de motorkap en achterklep sluiten.
Controleren of geen onderdelen en componenten in de wagen zichtbaar los-
zitten.
Controleren of er geen voorwerpen zijn die de bediening van de pedalen kun-
nen beïnvloeden.
Kinderen beschermen in een geschikt kinderzitje
van kinderen.
De juiste zithouding innemen. Uw passagiers erop wijzen de juiste zithouding
in te nemen.
» pag.

21, Juiste en veilige zithouding.

Rijveiligheid

Voor de verkeersveiligheid moeten de volgende aanwijzingen in acht worden
genomen.
Laat u niet van het verkeer afleiden (door bv. passagiers, telefoongesprekken
enz.).
Niet rijden als uw rijvaardigheid is verminderd (bv. door medicijnen, alcohol of
verdovende middelen).
De verkeersregels en de aangegeven snelheid aanhouden.
Uw rijsnelheid steeds aan de toestand van de weg en de verkeers- en weers-
omstandigheden aanpassen.
Op lange ritten regelmatig pauzeren (ten minste eens in de twee uur).
Juiste en veilige zithouding
Inleiding voor het onderwerp
Vóór elke rit de juiste zithouding innemen en deze houding ook tijdens de rit
niet wijzigen. Ook de passagiers erop wijzen de juiste zithouding in te nemen
en deze houding ook tijdens de rit niet te wijzigen.
Voor de bijrijder gelden de volgende aanwijzingen die, indien ze niet worden
opgevolgd, tot zwaar of dodelijk letsel kunnen leiden.
Niet tegen het dashboard leunen.
De voeten niet op het dashboard leggen.
Voor alle inzittenden gelden de volgende aanwijzingen die, indien ze niet wor-
den opgevolgd, tot zwaar of dodelijk letsel kunnen leiden.
Niet alleen op het voorste deel van de zitting gaan zitten.
Niet dwars op de stoel gaan zitten.
Niet uit de ruiten leunen.
De ledematen niet uit het raam steken.
De voeten niet op de zitting leggen.
» pag.
31, Veilig vervoer
21
Passieve veiligheid

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave