ATTENTIE
De algemene aanwijzingen m.b.t. het gebruik van de hulpsystemen dienen
■
in acht te worden genomen
» pag. 189,
werp.
Bewegende personen of objecten kunnen door de systeemsensoren mo-
■
gelijk niet worden herkend.
Oppervlakken van bepaalde voorwerpen en van kleding kunnen de sys-
■
teemsignalen niet altijd reflecteren. Het gevaar bestaat, dat dergelijke ob-
jecten of personen door de systeemsensoren mogelijk niet kunnen worden
herkend.
Externe geluidsbronnen kunnen een storend effect hebben op de signalen
■
van de systeemsensoren. Het gevaar bestaat, dat obstakels door de sys-
teemsensoren mogelijk niet kunnen worden herkend.
Voor het manoeuvreren controleren of zich voor en achter de wagen
■
geen klein obstakel, bv. een steen, dunne paal of iets dergelijks, bevindt. Dit
obstakel kan door de systeemsensoren mogelijk niet worden herkend.
VOORZICHTIG
De systeemsensoren
» afb. 222
■
houden en niet met voorwerpen afdekken, anders kan de systeemfunctie be-
perkt zijn.
Onder ongunstige weersomstandigheden (stortregen, mist, zeer lage resp.
■
hoge temperaturen en dergelijke) kan de werking van het systeem minder
goed zijn - "onjuiste obstakelherkenning".
Extra gemonteerde accessoires, zoals bv. een fietsendrager, kunnen de sys-
■
teemfunctie beïnvloeden.
Instellingen in het infotainment
Lees en bekijk eerst
en
›
In het infotainment in het menu
ren aantippen.
ParkPilot - Instelling van de parkeerhulp
■
Automatische inschakeling - Activering/deactivering van de verkleinde weerga-
■
ve van de parkeerhulp (bij vooruitrijden)
Volume voorin - Instelling van het volume van de geluidssignalen voor de ob-
■
stakelherkenning voor
192
Rijden
in alinea Inleiding voor het onder-
op pag. 192 schoon en sneeuw- en ijsvrij
op bladzijde 192.
de functietoets → Parkeren en manoeuvre-
Toonhoogte voorin - Instelling van de toonhoogte voor de geluidssignalen van
■
de obstakelherkenning voor
Volume achterin - Instelling van het volume van de geluidssignalen voor de ob-
■
stakelherkenning achter
Toonhoogte achterin - Instelling van de toonhoogte voor de geluidssignalen
■
van de obstakelherkenning achter
Entertainment vol. lager (inparkeren) - Verlaging van het audiovolume (bv. radio-
■
volume) bij geactiveerde parkeerhulp
Werking
Afb. 222 Inbouwplaats van de sensoren aan linkerwagenzijde: Voorin /
achterin
Lees en bekijk eerst
en
Het systeem berekent met behulp van ultrasone golven de afstand tussen de
bumper en een obstakel. De ultrasone sensoren bevinden zich afhankelijk van
de wagenuitvoering in de achterbumper of eveneens in de voorbumper
222.
Afb. 223
Afgetast gebied en reikwijdte
van de sensoren
op bladzijde 192.
» afb.