Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Koelvloeistofpeil controleren - het koelvloeistofpeil moet tussen markeringen
en
liggen
» afb.
266. Als het koelvloeistofpeil onder de markering
A
B
koelvloeistof bijvullen.
Bijvullen
In het reservoir moet altijd een geringe hoeveelheid koelvloeistof aanwezig zijn
»
.
Een doek op de dop van het koelvloeistofexpansiereservoir leggen en de dop
voorzichtig losschroeven.
Nieuwe koelvloeistof met de juiste specificatie bijvullen.
De dop vastdraaien tot deze correct is vergrendeld.
De specificatie van de koelvloeistof is op het koelvloeistofexpansiereservoir
aangegeven
» afb.
266.
Als er geen voorgeschreven koelvloeistof beschikbaar is, dan alleen gedestil-
leerd resp. gedemineraliseerd water bijvullen en de mengverhouding tussen
het water en het antivries zo snel mogelijk door een specialist laten corrigeren.
VOORZICHTIG
Bij een leeg expansiereservoir geen koelvloeistof bijvullen. Daardoor zou er
lucht in het systeem kunnen komen - gevaar voor motorschade!
rijden! De motor afzetten en de hulp van een specialist inroepen.
Geen koelvloeistof bijvullen tot boven de markering
koelvloeistof zou uit het koelsysteem kunnen worden geperst - gevaar voor
beschadiging van de onderdelen in de motorruimte.
Als het bijvullen van koelvloeistof niet mogelijk is,
motor afzetten en de hulp van een specialist inroepen.
Een koelvloeistofadditief dat niet voldoet aan de specificaties kan de corro-
siewerende werking van het koelsysteem verminderen - gevaar voor beschadi-
ging van het koelsysteem en de motor.
Als iets anders dan gedestilleerd (gedemineraliseerd) water wordt bijgevuld,
moet de koelvloeistof door een specialist worden ververst - gevaar voor mo-
torschade.
Koelvloeistofverlies kan worden veroorzaakt door lekkage in het koelsys-
teem - gevaar voor motorschade. Koelvloeistof bijvullen en de hulp van een
specialist inroepen.
232
Raadgevingen voor het gebruik
ligt,
B
Een te laag koelvloeistofpeil wordt in het instrumentenpaneel door het gaan
branden van het controlelampje  en door de betreffende melding weergege-
ven
servoir te controleren.
De remvloeistof onder de volgende omstandigheden controleren.
Niet verder
Remvloeistofpeil controleren - het remvloeistofpeil moet tussen markeringen
» afb.
266. De warme
A
"MIN" en "MAX" liggen
Specificatie - de remvloeistof moet voldoen aan de norm VW 501 14 (deze
niet verder rijden! De
norm voldoet aan de eisen van de norm FMVSS 116 DOT4).
branden van het controlelampje
ven
voir te controleren.
Let op
» pag.
45. Toch raden wij aan het koelvloeistofpeil regelmatig via het re-

Remvloeistof

De wagen staat op een horizontale ondergrond.
De motor is afgezet.
» afb.
267.
ATTENTIE
Bij werkzaamheden in de motorruimte moeten de volgende waarschu-
wingsaanwijzingen in acht worden genomen
Als het vloeistofpeil binnen korte tijd duidelijk daalt of tot onder de mar-
kering "MIN"
» afb. 267
zakt, kan het remsysteem lek zijn.
den - gevaar voor ongevallen! De hulp van een specialist inroepen.
Let op
De remvloeistof wordt ververst bij een voorgeschreven inspectie.
Een te laag remvloeistofpeil wordt in het instrumentenpaneel door het gaan
» pag.
41. Toch raden wij aan het remvloeistofpeil regelmatig via het reser-
Afb. 267
Remvloeistofreservoir
» pag.
227.
Niet verder rij-
en door de betreffende melding weergege-

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave