Inhoudsopgave
Advertenties
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES
Machine parkeren
Parkeren van de machine
LET OP: Het voertuig mag onder geen beding met een
geheven last worden geparkeerd.
Parkeer altijd op een platte, gelijke en vlakke ondergrond,
zonder risico op vallende materie, aardverschuivingen of
overstromingen.
Laat de stabilisatoren (indien aanwezig) tot de grond zak-
ken.
Schuif de giek volledig in en laat hem tot de grond zakken.
Schakel de parkeerrem in.
Zet de keuzehendel voor de rijrichting op (N).
Laat de motor minimaal 60 s draaien voordat hij wordt
uitgeschakeld, zodat hij af kan koelen.
Zet de contactsleutel in de uitgeschakelde stand.
Verwijder de sleutel uit het contactslot.
Vergrendel de hydraulische bedieningen met de desbe-
treffende voorzieningen (indien aanwezig).
Sluit en vergrendel de ramen met behulp van de daarvoor
bestemde hendels.
Sluit en vergrendel het cabineportier.
1
LEIL13TLH0276BA
Plaats wiggen onder de wielen.
Zorg ervoor dat het geparkeerde voertuig het verkeer niet
hindert en ten minste 5 m uit de buurt van spoorwegen
staat.
LET OP: Stop en verlaat het voertuig niet op hellingen
steiler dan 15 %, zelfs niet met een ingeschakelde par-
keerrem.
4-3
Advertenties
Inhoudsopgave
