3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
Gashendel
Het handgas houdt het motortoerental op een constante
toerental, zonder dat het gaspedaal wordt ingetrapt. Druk
op de knop (1) van het handgas aan de bovenkant om het
motortoerental met 200 RPM te verhogen.
Druk op de knop (2) van het handgas aan de onderkant
om het motortoerental met 200 RPM te verlagen.
Trap het gaspedaal in om de functie uit te schakelen.
LET OP: Gebruik de elektronische gasregeling in de ca-
bine niet tijdens het bedienen van de korf en/of de radio.
LET OP: Gebruik het handgas niet tijdens de geforceerde
regeneratie van het roetfilter.
1
LEIL14TLH0347AB
OPMERKING: De aandrijving van het voertuig wordt uit-
geschakeld wanneer het handgas wordt geactiveerd.
OPMERKING: Wanneer het voertuig wordt uitgescha-
keld, moet de functie gedeactiveerd zijn en moet de
motor ingesteld zijn op het minimumaantal RPM.
3-53