In- en uitzoomen
De lens verwijderen
( 3 )
Kijk niet rechtstreeks naar de zon door een lens. Dit kan het
z
gezichtsvermogen beschadigen.
Zet de aan-uitschakelaar van de camera op <2> wanneer u een lens
z
bevestigt of verwijdert.
Als het voorste deel (de scherpstelring) van de lens tijdens het automatisch
z
scherpstellen draait, raak het draaiende deel dan niet aan.
Beeldhoek
z
-
Omdat de grootte van de beeldsensor kleiner is dan het 35 mm-movieformaat,
is de effectieve beeldhoek van een bevestigde lens gelijk aan die van een lens
met circa 1,6x de aangegeven brandpuntsafstand.
Raadpleeg de Objectief instructiehandleiding voor instructies over het gebruik
z
van het objectief.
Draai de zoomring op de lens met
uw vingers.
z
Druk op de objectie font-
grendelings knop en draai het
( 2 )
objectief in de richting van de pijl.
z
( 1 )
z
Beeldgebied (circa) 22,3x14,9 mm
35 mm-movieformaat (36x24 mm)
Zoom in of uit voordat u scherpstelt.
Wanneer u na het scherpstellen aan de
zoomring draait, kan de scherpstelling
verloren gaan.
Draai de lens totdat dit niet meer verder
kan en koppel de lens los.
Bevestig de achterste lensdop op de
losgekoppelde lens.
48