Wijzig nadat de camera is scherpgesteld de afstand tussen u en de camera
z
niet totdat de opname is gemaakt.
Laat de camera niet vallen.
z
Flitsopname is niet mogelijk. Probeer cameratrilling te voorkomen wanneer
z
u opnamen maakt bij weinig licht.
De zelfportretmodus wordt geannuleerd wanneer u de cameraschakelaar
z
instelt op <2> of een van de volgende handelingen uitvoert:
Tikken op [g] op het scherm.
-
-
Het LCD-scherm terugdraaien naar de oorspronkelijke positie.
-
Drukken op de knop <A>.
211