Afdrukken
De schermweergave en instellingsopties verschillen per printer.
Sommige instellingen zijn mogelijk niet beschikbaar. Raadpleeg de
instructiehandleiding van de printer voor meer informatie.
( 1 )
1
Selecteer de opname die u wilt
afdrukken.
Controleer of linksboven in het
z
LCD-scherm het pictogram wordt
weergegeven.
Druk op de pijltjestoetsen <Y> <Z>
z
om de opname te selecteren die u wilt
afdrukken.
(1) Pictogram aangesloten printer
2
Druk op <0>.
Het scherm met printinstellingen
B
wordt weergegeven.
Zie "Afdrukinstellingen" (= 386) voor
z
informatie over de instellingen.
315