BELANGRIJK
Bij het negeren van het volgende valt na aan-
sluiting van een externe startaccu of accula-
der de energiebesparingsfunctie voor het
infotainmentsysteem mogelijk tijdelijk uit
en/of verschijnt er tijdelijk geen melding over
de ladingstoestand van de startaccu op het
informatiedisplay van het instrumentenpaneel:
•
De minpool van de startaccu in de auto
mag nooit worden gebruikt voor aanslui-
ting van een externe startaccu of accula-
der – alleen het autochassis dient als
massapunt te worden gebruikt.
Zie Starthulp met andere accu (p. 291) voor
een beschrijving van de locatie van de kabel-
klemmen en de manier van aansluiten.
N.B.
Hoe vaker de accu ontladen raakt, des te
minder lang gaat de accu mee.
De levensduur van de accu wordt bepaald
door uiteenlopende factoren, waaronder de
rijomstandigheden en het klimaat. De accu
verliest na verloop van tijd aan startcapaciteit
en moet daarom bijgeladen worden, als er
langere tijd achtereen niet of slechts korte
afstanden met de auto wordt gereden. Ook bij
strenge vorst neemt de startcapaciteit af.
Om de accu in optimale conditie te houden
wordt geadviseerd wekelijks minstens
15 minuten met de auto te rijden of de accu
aan te sluiten op een acculader met automa-
tische druppellading.
Voor de maximale levensduur dient de accu
altijd volledig opgeladen te blijven.
Gerelateerde informatie
•
Accu - symbolen (p. 389)
•
Startaccu - vervangen (p. 390)
ONDERHOUD EN SERVICE
Accu - symbolen
Op de accu's zitten symbolen die informatie ver-
strekken en waarschuwen.
Symbolen op de accu's
Draag een veiligheidsbril.
Zie voor meer informatie de
gebruikershandleiding die
bij de auto hoort.
Bewaar accu's buiten het
bereik van kinderen.
De accu bevat een bijtend
zuur.
}}
389