Breng de trekhaak aan en duw deze naar
binnen totdat u een klik hoort.
Het controlevenster moet groen van kleur
zijn.
Draai de sleutel linksom naar de vergren-
delde stand. Neem de sleutel uit het slot.
STARTEN EN RIJDEN
Controleer of de trekhaak vastzit door deze
stevig omhoog, omlaag en naar achteren te
bewegen.
WAARSCHUWING
Als de trekhaak niet goed zit, moet u deze
verwijderen en opnieuw monteren zoals eer-
der werd beschreven.
BELANGRIJK
Vet alleen de kogel in waarop de aanhange-
rkoppeling wordt geplaatst; houd de rest van
het kogelsegment vetvrij en droog.
N.B.
Als er een koppeling met trillingsdemper
wordt gebruikt, mag de trekkogel niet worden
gesmeerd.
}}
331