KLIMAAT
Elektrisch verwarmde achterbank*
De verwarming voor de buitenste plaatsen van
2
de achterbank
heeft drie standen om het com-
fort voor passagiers te verhogen als het koud is.
De lampjes in de drukknoppen geven het actuele ver-
warmingsniveau aan.
Druk herhaalde malen op de knop voor het vol-
gende:
•
Hoogste verwarmingsstand - er branden drie
lampjes.
•
Lagere verwarmingsstand - er branden twee
lampjes.
•
Laagste verwarmingsstand - er brandt één
lampje.
•
Verwarming uitschakelen - geen van de
lampjes brandt.
De elektrisch verwarmde achterbank vervalt als u kiest voor de geïntegreerde zittingverhoger met twee standen (p. 54).
2
142
WAARSCHUWING
Een elektrisch verwarmde stoel mag niet wor-
den gebruikt door personen die niet goed
kunnen voelen dat de temperatuur toeneemt
of die om een andere reden moeilijkheden
hebben om de elektrisch verwarmde stoel te
bedienen. Er kunnen dan namelijk brandwon-
den ontstaan.
Gerelateerde informatie
•
Algemene informatie over de klimaatregeling
(p. 134)
•
Elektrisch verwarmde voorstoelen* (p. 141)
Ventilator
Houd de ventilator altijd geactiveerd om te voor-
komen dat de ruiten beslaan.
N.B.
Als de ventilator volledig uitgeschakeld is,
start de airconditioning niet – wat kans op
beslagen ruiten kan geven.
Ventilatorknop
Draai aan de knop om de venti-
latorsnelheid te verhogen of te
verlagen. Als AUTO wordt
gekozen, wordt de ventilator-
snelheid automatisch (p. 143)
geregeld. De eerder ingestelde
ventilatorsnelheid wordt
gedeactiveerd.
Gerelateerde informatie
•
Algemene informatie over de klimaatregeling
(p. 134)
•
Elektronische klimaatregeling, ECC (p. 140)
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.