364 Foutopsporing
Resetten
RESET
EXIT
De omvormer kan worden gereset door op de toets
(basis-bedieningspaneel) of
RESET
(assistent-bedieningspaneel) te drukken, via digitale ingang of veldbus, of door
de voedingsspanning even uit te schakelen. De bron voor het foutresetsignaal wordt
geselecteerd door parameter
1604 FOUTRESET
KEUZE. Wanneer de fout is
verholpen, kan de motor opnieuw worden gestart.
Foutgeschiedenis
Wanneer een fout wordt gedetecteerd, wordt deze opgeslagen in de foutgeschiede-
nis. De laatste fouten worden opgeslagen met de tijd waarop deze zijn gedetecteerd.
Parameters
0401 LAATST
FOUT,
0412 VORIGE FOUT 1
en
0413 VORIGE FOUT 2
slaan de meest recente fouten op. De parameters
0404...0409
tonen bedrijfsgege-
vens van de omvormer ten tijde van het optreden van de laatste fout. Het assistent-
bedieningspaneel geeft extra informatie over de foutgeschiedenis. Zie de sectie
Fout
Logger modus
op pagina
99
voor meer informatie.