150 Programmakenmerken
DC-overspanning
De uitschakellimiet door DC-overspanning is 420 V (voor 200 V omvormers) en
840 V (voor 400 V omvormers).
DC-onderspanning
De uitschakellimiet door DC onderspanning kan aangepast worden. Zie parameter
2006 ONDERSPAN
Temperatuur van de omvormer
De omvormer bewaakt de IGBT-temperatuur. Er zijn twee bewakingsgrenzen: een
alarmlimiet en een uitschakellimiet als gevolg van een fout.
Kortsluiting
Als kortsluiting optreedt, zal de omvormer niet starten en wordt een foutmelding
gegeven.
Interne fout
Als de omvormer een interne fout detecteert, wordt de omvormer gestopt en wordt
een foutmelding gegeven.
Werkbereik
De omvormer heeft instelbare limieten voor het toerental, de stroom (maximum), het
koppel (maximum) en de gelijkspanning.
Instellingen
Parametergroep
20 LIMIETEN
Vermogensbegrenzing
Vermogensbeperking wordt gebruikt om de ingangsbrug en de DC tussenkring te
beschermen. Als het maximaal toegestane vermogen overschreden wordt, wordt het
omvormerkoppel automatisch begrensd. De maximale overbelasting en de continue
vermogenslimiet zijn afhankelijk van de omvormer hardware. Zie voor specifieke
waarden het hoofdstuk
Automatische resets
De omvormer is voorzien van een automatische resetfunctie na de volgende fouten:
overstroom, overspanning, onderspanning, externe en "analoge ingang onder een
minimum" -fouten. Elk van deze automatische resets moet door de gebruiker worden
geactiveerd.
REGEL.
Technische gegevens
op pagina 389.