158 Programmakenmerken
Diagnostiek
Parameter
1401
1402/1403/1410
Alarm
PID SLAAP
Meting van de motortemperatuur via de standaard I/O
Deze sectie beschrijft de temperatuurmeting van één motor wanneer de I/O-klemmen
van de omvormer als de interface worden gebruikt.
De motortemperatuur kan gemeten worden met P
op analoge ingang en uitgang.
Eén sensor
Motor
T
3,3 nF
WAARSCHUWING! Volgens IEC 60664 is voor de aansluiting van de motor-
temperatuursensor dubbele of versterkte isolatie tussen de onder spanning
staande motoronderdelen en de sensor noodzakelijk. Versterkte isolatie omvat een
vrije afstand en kruipafstand van 8 mm (0,3 in.) (apparatuur van 400/500 V AC).
Als het geheel niet voldoet aan de eisen, moeten de aansluitklemmen op de I/O-kaart
beveiligd worden tegen contact en mogen ze niet aangesloten worden op andere
apparatuur, of moet de temperatuursensor galvanisch worden gescheiden van de
I/O-klemmen.
Aanvullende informatie
Status PID-slaapfunctie via RO 1
Status PID-slaapfunctie via RO 2...4. Alleen met optie
MREL-01.
Aanvullende informatie
Slaapmodus
100- of PTC-sensoren aangesloten
t
Drie sensoren
AI1
Motor
GND
T
T
AO
GND
T
3,3 nF
AI1
GND
AO
GND