MOTOROLIE
Controle van het motoroliepeil
■ Type A
■ Type B
1. Controleer of de auto horizontaal staat.
2. Start de motor en laat deze op de
normale bedrijfstemperatuur komen.
3. Zet de motor uit en wacht ongeveer 5
minuten zodat de olie naar het carter
terug kan lopen.
4. Trek de peilstok uit de houder, veeg
hem schoon en steek hem weer
geheel in de houder.
WAARSCHUWING
-
Radiateurslang
Wees
voorzichtig
radiateurslang
controleren of bijvullen van de
motorolie. Deze kan namelijk nog
zo warm zijn, dat u zich eraan kunt
branden.
ODM076059L
OXM079004
5. Trek de peilstok opnieuw uit de houder
en controleer het peil. Het peil moet
zich ergens tussen F en L bevinden.
OPMERKING
• Vul niet te veel motorolie bij. Dit
kan
met
de
veroorzaken.
tijdens
het
• Mors geen motorolie wanneer u
olie bijvult of ververst. Als u
motorolie
motorruimte, verwijder dit dan
onmiddellijk.
• Wanneer u de peilstok afveegt,
doe dit dan met een schone doek.
Wanneer er vuil in de olie
terechtkomt, kan motorschade
ontstaan.
OPMERKING -
Als
bijgevuld,
klopverschijnselen
nadieselen.
motorschade
plotselinge verhogingen van het
motortoerental, motorlawaai en
witte rook waargenomen kunnen
worden.
Onderhoud
schade
aan
de
motor
morst
in
Dieselmotor
te
veel
motorolie
wordt
kan
dit
door
leiden
Hierdoor
kan
ontstaan,
waarbij
de
de
tot
7 15