Algemene aanbevelingen
voor de stoelen
Stoelverstellingen mogen om
veiligheidsredenen alleen worden
uitgevoerd als de auto stilstaat.
Het neerklappen en rechtop zetten van
de rugleuningen mag uitsluitend worden
uitgevoerd bij stilstaande auto.
Zorg er bij het verstellen van de stoel naar
achteren voor dat het schuiven van de
stoel niet wordt verhinderd door personen
of voorwerpen.
Kans op bekneld raken van de
achterpassagiers of op blokkeren van de
stoel als grote voorwerpen op de vloer
achter de stoel zijn geplaatst.
Plaats geen zware of harde voorwerpen
op de rugleuningen die een tafel vormen.
Ze kunnen bij een noodstop of een
aanrijding veranderen in gevaarlijke
projectielen.
-
Verwijder een hoofdsteun niet zonder
deze op te bergen; zet de steun in de
auto vast.
-
Controleer altijd of de
veiligheidsgordels bereikbaar blijven
en gemakkelijk door de passagier
kunnen worden vastgemaakt,
-
Ga niet rijden voordat alle passagiers
hun veiligheidsgordel hebben
vastgemaakt en afgesteld.
-
Zorg ervoor dat niemand op de 3e zitrij
zijn voeten onder de stoel van de 2e
zitrij houdt terwijl die gekanteld wordt.
-
Wanneer een stoel van de 3e zitrij in
de volledig ingeklapte stand staat,
zorg er dan voor dat de riem correct is
vastgemaakt aan de bevestiging voor
de bovenste riem van de 2e zitrij: risico
op onverwacht kantelen van de stoel.
Ergonomie en comfort
Controleer voor het uitvoeren van deze
handelingen of de bewegende onderdelen
en de vergrendelingen ongehinderd
functioneren.
Houd de rugleuning vast en ondersteun
deze tot de horizontale stand om
plotseling neerklappen te voorkomen.
Plaats uw hand nooit onder de zitting om
de stoel omlaag of omhoog te klappen,
uw vingers kunnen bekneld raken. Plaats
uw hand op de handgreep/de riem
(afhankelijk van de uitvoering) op de
zitting.
Let op: als de rugleuning niet goed is
vergrendeld, komt bij een noodstop of een
aanrijding de veiligheid van de passagiers
ernstig in het geding.
De inhoud van de bagageruimte kan naar
voren slingeren – Kans op ernstig letsel!
3
55