Bevestiging kinderzitjes met de veiligheidsgordel
Conform de Europese wetgeving geeft het overzicht de mogelijkheden weer met betrekking tot het bevestigen, met een veiligheidsgordel, van een
universeel gehomologeerd kinderzitje (c), gerangschikt naar gewicht van het kind en de plaats in de auto.
Zitplaats
Vaste passagiersstoel
Passagiersstoel
met verstelling
Zitrij 1 (a)
in hoogte en in
lengterichting van
de stoel
Zitrij 2 (b) (e)
Zitrij 3 (b) (e)
Legenda
F Raadpleeg de wettelijke bepalingen
(a)
van uw land alvorens een kinderzitje
op deze plaats te bevestigen.
(b) F Als u een kinderzitje met de rug of
met het gezicht in de rijrichting op
de zitplaats achter bevestigt, schuif
de achterstoel dan helemaal naar
achteren met de rugleuning rechtop.
< 13 kg
(groep 0 (d) en 0+)
Tot ongeveer 1 jaar
Met passagiersairbag
uitgeschakeld "OFF"
Met passagiersairbag
ingeschakeld "ON"
(c)
Universeel kinderzitje: kinderzitje dat in
alle auto's met de veiligheidsgordel kan
worden bevestigd.
(d) Groep 0: vanaf de geboorte tot 10 kg. Op
de passagiersplaats(en) vóór en op de
3e zitrij kan geen reiswieg of kinderbedje
voor in de auto worden bevestigd.
Gewicht van het kind en leeftijdsindicatie
9-18 kg
(groep 1)
Van 1 tot ongeveer
3 jaar
U (f)
X
U (g) (h)
(e)
(f)
15-25 kg
22 – 36 kg
(groep 2)
(groep 3)
Van 3 tot ongeveer
Van 6 tot ongeveer
6 jaar
10 jaar
X
UF (f)
U
F Als u een kinderzitje met de rug of
met het gezicht in de rijrichting op
de zitplaats achter bevestigt, schuif
dan de voorstoel naar voren en zet
vervolgens de rugleuning rechtop om
voldoende ruimte over te laten voor
het kinderzitje en de benen van het
kind.
F Stel de hoek van de rugleuning bij de
vaste passagiersstoel (niet die in de
neergeklapte stand kan worden gezet)
in op 0°.
Veiligheid
5
113