Download Print deze pagina

Advertenties

SpaceTourer
InstructIeboekje

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor CITROEN Space Tourer

  • Pagina 1 SpaceTourer InstructIeboekje...
  • Pagina 2 Als de rubriek "MyCITROËN" niet beschikbaar is op de website van CITROËN voor uw land, kunt u hebt u tevens toegang tot de meest recente uw instructieboekje op het volgende internetadres raadplegen: informatie. Deze informatie is gemakkelijk te http://service.citroen.com/ddb/ herkennen aan de paginamarkering die wordt weergegeven met dit pictogram: Selecteer:...
  • Pagina 3 Dit instructieboekje is ontwikkeld om u In dit instructieboekje worden alle beschikbare Aan de beschrijvingen en afbeeldingen in de gelegenheid te stellen onder alle uitrustingen van het gamma van dit model kunnen geen rechten worden ontleend. omstandigheden optimaal en in alle veiligheid behandeld.
  • Pagina 4 Inhoudsopgave Ergonomie en comfort Verlichting en zicht Overzicht Spiegels Stickers Stuurwielverstelling Lichtschakelaar Voorstoelen Dagrijverlichting Tweezitsbank vóór Automatische verlichting Vaste eendelige bank Eco-rijden Grootlichtassistent Vaste stoel en bank achter Sfeerverlichting Achterstoel en -bank op rails Koplampen handmatig in Achterstoel(en) op rails Instrumentenpaneel hoogte verstellen Voorzieningen in het interieur...
  • Pagina 5 Inhoudsopgave Rijden Praktische informatie Technische gegevens Rijadviezen Brandstoftank Afmetingen Starten - afzetten van de motor, normale Tankbeveiliging diesel Motoren sleutel, sleutel met afstandsbediening Sneeuwkettingen Gewichten Identificatie Starten - afzetten van de motor "Keyless Trekken van een aanhanger entry and start" Eco-mode Parkeerrem Accessoires...
  • Pagina 6 Overzicht Exterieur Sleutel Sleutel, afstandsbediening 45-50 Batterijen vervangen, Panoramadak synchroniseren Accessoires 267-268 Keyless entry and start 52-62 Batterijen vervangen, synchroniseren Snelheidslimietherkenning 221-224 Starten/afzetten van de motor 198-200 Waarschuwing kans op sleutel, afstandsbediening aanrijding 239-242 Keyless entry and start- Active Safety Brake 242-244 afstandsbediening Vergrendeling/ontgrendeling van...
  • Pagina 7 Overzicht Exterieur (vervolg) Accessoires 267-268 Achterdeuren 79-80 Allesdragers/imperiaal Achterklep Elektrisch verstelbare Achterklepruit buitenspiegels 141-142 Achterruitverwarming Buitenspiegelverwarming Dodehoekbewakingssysteem 249-251 Detectie verslapping aandacht 247-248 Lane Departure Warning System 245-246 Lampen achter vervangen 298, 305-310 Achterlichten (achterdeuren) 298, 305-307 Achterlichten (achterklep) 298, 308-310 Derde remlicht 306, 309 achterdeuren...
  • Pagina 8 Overzicht Cockpit Plafonnier Sfeerverlichting plafonnier panoramadak Binnenspiegel Touchscreen (CITROËN Connect Nav) 41-43, 331-418 Achteruitrijcamera op binnenspiegel Touchscreen (CITROËN Urgence- of Assistance- Connect Radio) 41-43, 419-472 oproep 158, 328-329 Ventilatieroosters ® Bluetooth -autoradio 44, 473-495 Datum en tijd instellen Zekeringen dashboard 311-314 Handbediende airconditioning 125-126...
  • Pagina 9 Overzicht Cockpit (vervolg) Instrumentenpanelen 13-14 Verklikkerlampjes 15-28 Datum/tijd instellen (touchscreen) Koelvloeistoftemperatuur Datum/tijd instellen (autoradio) Onderhoudsindicator 29-31 Achteruitrijcamera 255-257 Motorolieniveaumeter Opslaan van snelheden Head-up display 218-219 ® AdBlue -actieradiusindicatoren 33-35 Snelheidslimietherkenning 221-224, 227, 230, 234 Kilometerteller Waarschuwing kans op aanrijding 239-242 Schakelindicator Active Safety Brake 242-244...
  • Pagina 10 Overzicht Interieur Airbags vóór, zij-airbags, Binnenspiegel window-airbags 168-172 Kinderspiegel Voorzieningen interieur 110-114 Uitschakelen airbag vóór aan Plafonnier vóór bekerhouder passagierszijde 170, 176 Lampen plafonnier 12V-aansluiting vervangen 307, 310 zonneklep USB-aansluiting dashboardkastje JACK-aansluiting opbergvak bovenste opbergvak accessoire-aansluitingen, Passagiersbank USB, JACK vóór met 2 zitplaatsen 93-94 230 V-aansluitingen Passagiersbankverwarming...
  • Pagina 11 Overzicht Onderhoud - Gegevens 12V-accu 316-320 Spaarfase accu, eco-mode Brandstoftank leeg Zekeringen (handopvoerpomp) motorruimte 311-312, 315 Niveaus controleren 273-275 olie remvloeistof stuurbekrachtigingsvloeistof Gewichten 324-326 koelvloeistof ruitensproeiervloeistof, koplampsproeiers brandstofadditief (diesel met roetfilter) Controle van onderdelen 276-277 accu luchtfilter/interieurfilter oliefilter roetfilter remblokken/-schijven Afmetingen Identificatie Lampen vervangen...
  • Pagina 12 Overzicht Stickers 102-103...
  • Pagina 13 Eco-rijden Eco-rijden Door in de dagelijkse praktijk een aantal Kies voor een soepele rijstijl aanwijzingen op te volgen kunt u het Schakel de achterruitverwarming en de brandstofverbruik en de CO -uitstoot van uw ontwaseming uit zodra deze niet meer nodig zijn Houd afstand van de auto's voor u, rem bij auto verminderen.
  • Pagina 14 Eco-rijden Beperk de oorzaken van een Houd u aan de hoger brandstofverbruik onderhoudsvoorschriften Verdeel het gewicht evenwichtig over de Controleer regelmatig de bandenspanning Laat bij het tanken het vulpistool niet meer dan auto: plaats de zwaarste voorwerpen in (bij koude banden), houd u daarbij aan de drie keer afslaan;...
  • Pagina 15 Instrumentenpaneel Instrumentenpaneel met LCD Tekst-display Meters en displays Bedieningstoetsen Analoge snelheidsmeter (km/h of mph). 6. Opschakelindicator. A. Resetten van de onderhoudsindicator. 2. Brandstofniveaumeter. Ingeschakelde versnelling automatische Tijdelijk weergegeven informatie: 3. Koelvloeistoftemperatuurmeter. transmissie of elektronisch gestuurde - onderhoud, 4. Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of versnellingsbak.
  • Pagina 16 Instrumentenpaneel Instrumentenpaneel met matrixdisplay Meters en displays Bedieningstoetsen Analoge snelheidsmeter (km/h of mph). 6. Zone voor het weergeven van: A. Resetten van de onderhoudsindicator. 2. Brandstofniveaumeter. waarschuwingsmeldingen of Weergave logboek 3. Koelvloeistoftemperatuurmeter. meldingen over de status van functies, waarschuwingsmeldingen. 4. Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of boordcomputer, digitale snelheidsmeter Weergave van de volgende informatie: de snelheidsbegrenzer.
  • Pagina 17 Instrumentenpaneel Verklikkerlampjes Waarschuwingslampjes Verklikkerlampjes ingeschakelde functies Als bij draaiende motor of tijdens het rijden een van de volgende De verklikkerlampjes geven de bestuurder informatie verklikkerlampjes gaat branden, wijst dit op een storing in De volgende verklikkerlampjes op het instrumentenpaneel over de werking van een systeem (ingeschakeld of het desbetreffende systeem en moet de bestuurder actie en/of op het display van het instrumentenpaneel geven aan uitgeschakeld) of waarschuwen de bestuurder in het...
  • Pagina 18 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats. STOP permanent, Dit waarschuwingslampje gaat in combinatie branden in het geval van een Zet het contact af en raadpleeg het CITROËN-netwerk met een ander ernstige storing van de motor, het of een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 19 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Autogordel(s) permanent Een van de autogordels is niet Trek aan de gordel en klik de gesp vast in de niet vastgemaakt of knippert in vastgemaakt of weer losgemaakt. gesphouder. of weer combinatie met een losgemaakt geluidssignaal.
  • Pagina 20 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Een of meer permanent, in combinatie Een voorportier, een schuifdeur of de Sluit het desbetreffende carrosseriedeel. portieren met een melding die het linker achterdeur/de achterklep is niet Dit verklikkerlampje gaat niet branden als de rechter geopend desbetreffende carrosseriedeel goed gesloten.
  • Pagina 21 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Zelfdiagnose permanent, in Er is sprake van een ernstige Zet de auto zo snel mogelijk op een veilige plaats stil. motor combinatie met het motorstoring. Parkeer de auto, zet het contact af en neem contact verklikkerlampje op met het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde STOP.
  • Pagina 22 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Bandenspanning permanent, in De bandenspanning van een of Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning. te laag combinatie met een meerdere wielen is te laag. De controle dient bij voorkeur bij koude banden te geluidssignaal en een worden uitgevoerd.
  • Pagina 23 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Antiblokkeersysteem permanent. Er is een storing in het De normale remwerking blijft behouden. (ABS) antiblokkeersysteem. Rijd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg zo snel mogelijk het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats. Waarschuwing knippert. Het systeem wordt geactiveerd.
  • Pagina 24 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Airbags tijdelijk. Het lampje brandt gedurende enkele Het lampje moet doven zodra de motor wordt gestart. seconden en dooft als het contact Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een wordt aangezet. gekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is. permanent.
  • Pagina 25 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Elektronisch permanent. De toets is ingedrukt en het Druk op de toets om de functie ESP/ASR in te schakelen. stabiliteitsprogramma verklikkerlampje brandt. Het verklikkerlampje dooft. (ESP /ASR ) De functie ESP/ASR is uitgeschakeld. De functie ESP/ASR wordt automatisch ingeschakeld als ESP: dynamische stabiliteitscontrole.
  • Pagina 26 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen ® De actieradius ligt tussen Laat het AdBlue ® AdBlue permanent zodra het -reservoir snel bijvullen: neem (BlueHDi- contact is aangezet, de 600 en 2400 km. contact op met het CITROËN-netwerk of een dieselmotor) in combinatie met een gekwalificeerde werkplaats of vul zelf het reservoir bij.
  • Pagina 27 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen SCR- permanent zodra het Er is een storing in het SCR- Deze waarschuwing verdwijnt zodra de uitstoot van emissieregelsysteem contact is aangezet, emissieregelsysteem. uitlaatgassen weer aan de normen voldoet. (BlueHDi- in combinatie met dieselmotor) het branden van het verklikkerlampje SERVICE...
  • Pagina 28 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Service brandt tijdelijk. Er is een kleine storing Identificeer de storing met behulp van de bijbehorende opgetreden waarbij geen specifiek melding, bijvoorbeeld: verklikkerlampje gaat branden. een te laag motorolieniveau, een te laag niveau van de ruiten-/ koplampsproeiervloeistof, een bijna lege batterij van de afstandsbediening, een te lage bandenspanning,...
  • Pagina 29 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Automatische permanent. De ruitenwisserschakelaar is naar De automatische stand van de ruitenwissers vóór is ruitenwissers beneden bewogen. geactiveerd. Beweeg om de automatische stand van de ruitenwissers te deactiveren de hendel omlaag of zet de hendel in een andere stand.
  • Pagina 30 Instrumentenpaneel Controlelampje Status Oorzaak Acties / Opmerkingen Lane Departure permanent. Het Lane Departure Warning System Het Lane Departure Warning System is ingeschakeld. Warning System is geactiveerd. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over het Lane Departure Warning System. Mistlampen vóór permanent.
  • Pagina 31 Instrumentenpaneel Koelvloeistoftemperatuur Onderhoudsindicator De onderhoudsindicator geeft aan hoeveel Controle kilometer u nog verwijderd bent van de De temperatuur en de druk in het koelcircuit eerstvolgende onderhoudsbeurt volgens het beginnen na enkele minuten rijden te stijgen. onderhoudsschema van de fabrikant. Om koelvloeistof bij te vullen: F laat de motor ten minste één uur afkoelen, Deze termijn wordt berekend op basis van de F draai de dop twee omwentelingen los om...
  • Pagina 32 Instrumentenpaneel De afstand tot de eerstvolgende De afstand tot de eerstvolgende De afstand tot de eerstvolgende beurt is overschreden beurt is meer dan 3000 km beurt is minder dan 1000 km Als het contact wordt aangezet, verschijnt er Voorbeeld: de afstand tot de eerstvolgende Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende 5 seconden de sleutel knipperen om aan te geen onderhoudsinformatie op het display.
  • Pagina 33 Instrumentenpaneel Op 0 zetten van de Bij de berekening van de resterende Als u na deze handeling de accu wilt onderhoudsindicator hoeveelheid af te leggen kilometers kan loskoppelen, vergrendel dan de auto ook de factor tijd worden meegewogen, en wacht minimaal 5 minuten. Het op afhankelijk van de rijgewoontes van de 0 zetten van de onderhoudsindicator zal bestuurder.
  • Pagina 34 Instrumentenpaneel Motorolieniveaumeter Oliepeilstok Raadpleeg de desbetreffende rubriek Bij uitvoeringen met een motorolieniveaumeter voor de plaats van de peilstok en wordt bij het aanzetten van het contact het bijvullen van motorolie bij de het motorolieniveau enkele seconden dieselmotor. weergegeven, gelijktijdig met de onderhoudsindicator.
  • Pagina 35 Instrumentenpaneel ® Actieradiusindicatoren Als de motor mogelijk niet opnieuw kan worden gestart door een te laag AdBlue -niveau ® AdBlue Actieradius groter dan 2400 km Actieradius tussen 600 en 2400 km Als het contact wordt aangezet, wordt er niet ® Zodra de reservevoorraad van het AdBlue automatisch een melding over de actieradius reservoir is aangesproken of een storing in het...
  • Pagina 36 Instrumentenpaneel Actieradius tussen 0 en 600 km Storing in verband met een te laag AdBlue ® -niveau Als het contact wordt aangezet, knippert dit verklikkerlampje in combinatie met een geluidssignaal en de melding "Vul brandstofadditief Zodra het contact wordt aangezet, knippert bij: Starten geblokkeerd".
  • Pagina 37 Instrumentenpaneel Als een storing in het SCR-systeem wordt gedetecteerd Er wordt automatisch een startblokkeringssysteem geactiveerd als meer dan 1100 km is gereden nadat de storing in het SCR-systeem is bevestigd. Laat het systeem zo snel mogelijk controleren door het CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats. Als een storing wordt gedetecteerd Tijdens de geautoriseerde rijfase Starten geblokkeerd...
  • Pagina 38 Instrumentenpaneel Kilometerteller en dagteller De kilometerteller en dagteller worden gedurende 30 seconden weergegeven bij het afzetten van het contact, bij het openen van het bestuurdersportier en bij het vergrendelen en ontgrendelen van de auto. Voor reizen in het buitenland kan de eenheid van de afstand worden Kilometerteller Dagteller...
  • Pagina 39 Instrumentenpaneel U kunt het scherm ook uitschakelen. Dit gaat Dimmer dashboardverlichting als volgt: Met dit systeem kunt u de lichtsterkte van de dashboardverlichting handmatig aanpassen aan het licht van de omgeving. F Druk op de toets Instellingen. Op het instrumentenpaneel Met touchscreen F Selecteer Scherm uitschakelen.
  • Pagina 40 Instrumentenpaneel Boordcomputer De boordcomputer geeft actuele informatie over het rijden (actieradius, brandstofverbruik...). Actuele informatie: ● actieradius, ● actueel brandstofverbruik, ● de teller van het Stop & Start- systeem. Traject "1": ● gemiddelde snelheid, ● gemiddeld brandstofverbruik, ● de afgelegde afstand, voor het eerste traject.
  • Pagina 41 Instrumentenpaneel Traject resetten Instrumentenpaneel met LCD-tekstdisplay F Druk zodra het gewenste traject wordt aangegeven F Of druk langer dan twee seconden op de rolknop op het stuurwiel (volgens de resettoets van het instrumentenpaneel langer dan twee seconden in. uitvoering). Instrumentenpaneel met LCD- tekst- of matrixdisplay F Druk zodra het gewenste traject wordt aangegeven de toets op het uiteinde van...
  • Pagina 42 Instrumentenpaneel Enkele definities Actieradius Huidig verbruik Afgelegde afstand (km of miles) (l/100 km, km/l of mpg) (km of miles) Aantal kilometers dat u nog met de Berekend over de laatste Berekend sinds de laatste nulstelling resterende hoeveelheid brandstof verstreken seconden. van de trajectgegevens.
  • Pagina 43 Instrumentenpaneel Touchscreen Menu's Gebruik de toetsen aan weerszijden van het touchscreen om de menu's te openen en druk vervolgens op de toetsen op het touchscreen. Gebruik deze toets om uw keuze te bevestigen. Gebruik deze toets om de pagina te verlaten.
  • Pagina 44 Instrumentenpaneel Menu "Rijden" De te configureren functies zijn in de volgende tabel weergegeven. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over een bepaalde functie van de rijhulpsystemen. Toets Desbetreffende functie Aanwijzingen Initialisatie Resetten van het bandenspanningscontrolesysteem. bandenspanningscontrole Dodehoekbewaking Inschakelen/uitschakelen van de functie. Stop and Start-systeem Uitschakelen/inschakelen van de functie.
  • Pagina 45 Instrumentenpaneel Toets Desbetreffende functie Aanwijzingen Configuratie auto Toegang tot de te configureren functies. Druk op OFF/ON om een Selecteer of deselecteer de tabs onder aan het touchscreen om de weergegeven functies te sorteren. functie in of uit te schakelen. Verlichting: Druk op het pictogram van - "Bochtverlichting": inschakelen/uitschakelen van de statische bochtverlichting.
  • Pagina 46 Instrumentenpaneel Datum en tijd instellen Met autoradio Met touchscreen F Druk op de toets Instellingen U kunt de datum en tijd synchroniseren om de verschillende menu's weer met het GPS-navigatiesysteem (indien te geven. aanwezig); deze instellingen worden F Selecteer "OPTIES". dan automatisch geregeld.
  • Pagina 47 Toegang tot de auto Sleutel Sleutel, afstandsbediening Met de sleutel met afstandsbediening kunt de auto ontgrendelen of vergrendelen door de centrale vergrendeling te bedienen via het portierslot of met de afstandsbediening. De sleutel met afstandsbediening dient tevens voor de lokalisatie van de auto, het openen en sluiten van de tankdop en het starten of afzetten van de motor, en maakt deel uit van de diefstalbeveiliging.
  • Pagina 48 Toegang tot de auto Ontgrendelen Met de afstandsbediening F Druk op deze knop om de auto te ontgrendelen. Met de sleutel Met de afstandsbediening, uitvoeringen met elektrisch bedienbare schuifdeur(en) F Druk op deze knop en houd de knop ingedrukt tot de schuifdeur opengaat om zowel de auto te ontgrendelen als de schuifdeur te openen.
  • Pagina 49 Toegang tot de auto Vergrendelen Let erop dat niets of niemand het Als uw auto niet is voorzien van het correcte sluiten van de ruiten in de weg alarmsysteem, wordt het vergrendelen Met de sleutel staat. bevestigd door het gedurende Zorg er met name voor dat kinderen ongeveer 2 seconden branden van de zich tijdens het bedienen van de ruiten...
  • Pagina 50 Toegang tot de auto Supervergrendeling Met de afstandsbediening Afhankelijk van de uitvoering worden de ruiten gesloten als deze Vergrendelen van de auto: knop ingedrukt wordt gehouden. De supervergrendeling blokkeert het van F Druk op deze knop. Zodra u de knop loslaat, stopt het buitenaf en van binnenuit openen van de sluiten van de ruiten.
  • Pagina 51 Toegang tot de auto Lokaliseren van de auto Diefstalbeveiliging Met deze functie kunt u uw auto op afstand Elektronische startblokkering lokaliseren, wat vooral praktisch is bij weinig licht. De auto dient hiervoor wel gedurende ten In de afstandsbediening is een chip minste 5 seconden vergrendeld te zijn.
  • Pagina 52 Toegang tot de auto Noodbediening(en) Vergrendelen van de schuifdeur F Controleer of de elektrische Hiermee kunt u de portieren mechanisch vergrendelen en ontgrendelen in het geval van een kinderbeveiliging (indien aanwezig) niet is storing in de centrale vergrendeling of van de accu. ingeschakeld.
  • Pagina 53 Toegang tot de auto Vergrendelen van de achterdeuren Storing afstandsbediening Batterij vervangen Batterij ref.: CR1620 / 3 V. F Controleer of de elektrische Na het losnemen en weer aansluiten van de Als de batterij van de kinderbeveiliging (indien aanwezig) niet is accukabels, het vervangen van de batterij afstandsbediening leeg is, wordt u ingeschakeld.
  • Pagina 54 Toegang tot de auto "Keyless entry and Ontgrendelen Vergrendelen start" F Druk op deze knop om de auto F Druk op deze knop om de auto te ontgrendelen. volledig te vergrendelen. Afhankelijk van de uitvoering Met elektrisch bedienbare worden de ruiten gesloten als deze schuifdeur(en) Afstandsbediening knop ingedrukt wordt gehouden.
  • Pagina 55 Toegang tot de auto Inschakelen van de supervergrendeling van de auto: Supervergrendeling Het rijden met vergrendelde portieren kan in noodgevallen de toegang tot het interieur F Druk binnen 5 seconden na voor de hulpdiensten bemoeilijken. De supervergrendeling blokkeert het van het vergrendelen van de auto Verlaat om veiligheidsredenen (kinderen buitenaf en van binnenuit openen van de...
  • Pagina 56 Toegang tot de auto "Keyless entry and start" met De functie handsfree-toegang werkt Het in- en uitklappen van de de elektronische sleutel op zak niet als het contact AAN (stand buitenspiegels met de afstandsbediening Accessoires) is gezet met de knop kan worden uitgeschakeld door "START/STOP".
  • Pagina 57 Toegang tot de auto Ontgrendelen Met elektrisch bedienbare Met achterklep schuifdeur(en) F Leg, om de auto te ontgrendelen, terwijl F Trek, om de auto te ontgrendelen, terwijl u F Trek, om de auto te ontgrendelen, terwijl u u de afstandsbediening op zak hebt de afstandsbediening op zak hebt binnen de afstandsbediening op zak hebt binnen binnen de detectiezone A, uw hand op de...
  • Pagina 58 Toegang tot de auto Met te openen achterruit Vergrendelen Met elektrisch bedienbare (achterklep) schuifdeur(en) F Druk, als de afstandsbediening zich binnen F Druk, als de afstandsbediening zich binnen het detectiegebied A bevindt, met uw F Druk, terwijl u de afstandsbediening op het detectiegebied A bevindt, met uw vinger op de merktekens van een van de zak hebt binnen de detectiezone A, op...
  • Pagina 59 Toegang tot de auto Met achterklep Met achterdeuren Let erop dat niets of niemand het correcte sluiten van de ruiten in de weg staat. Zorg er met name voor dat kinderen zich tijdens het bedienen van de ruiten niet kunnen bezeren. Als uw auto niet is voorzien van het alarmsysteem, wordt het vergrendelen bevestigd door het gedurende...
  • Pagina 60 Toegang tot de auto Supervergrendeling Met elektrisch bedienbare Met achterdeuren schuifdeur(en) F Druk, als de afstandsbediening zich binnen F Druk, als de afstandsbediening zich Als de supervergrendeling is ingeschakeld, het detectiegebied A bevindt, met uw binnen het detectiegebied A bevindt, op de werken de binnen- en buitenportiergrepen vinger op de merktekens van een van de vergrendelknop van de linker achterdeur...
  • Pagina 61 Toegang tot de auto Met achterklep Lokaliseren van de auto Diefstalbeveiliging Met deze functie kunt u uw auto op afstand Elektronische startblokkering lokaliseren, wat vooral praktisch is bij weinig licht. De auto dient hiervoor wel gedurende ten In de afstandsbediening is een chip minste 5 seconden vergrendeld te zijn.
  • Pagina 62 Toegang tot de auto Noodbediening Geïntegreerde sleutel Vergrendelen van het Vergrendelen van het bestuurdersportier voorpassagiersportier Hiermee kan de auto vergrendeld en F Open het portier. ontgrendeld worden als de afstandsbediening niet werkt: lege batterij, 12V-accu ontladen of losgekoppeld, ... auto bevindt zich in een omgeving met veel elektromagnetische straling.
  • Pagina 63 Toegang tot de auto Vergrendelen van Vergrendelen van de achterdeuren de schuifdeur F Controleer of de elektrische F Controleer of de elektrische kinderbeveiliging (indien aanwezig) niet is kinderbeveiliging (indien aanwezig) niet is ingeschakeld. F Open de linker achterdeur. ingeschakeld. F Open de deur. F Steek de geïntegreerde sleutel (zonder te F Verwijder de dop op de zijkant van de deur.
  • Pagina 64 Toegang tot de auto Probleem met de Batterij vervangen afstandsbediening Batterij ref.: CR2032 / 3 V. Na het losnemen en weer aansluiten van de Deze batterij is via het CITROËN-netwerk of een accukabels, het vervangen van de batterij gekwalificeerde werkplaats verkrijgbaar. van de afstandsbediening of een storing in de Als de batterij vervangen moet worden, wordt u gewaarschuwd afstandsbediening kan de auto niet meer met...
  • Pagina 65 Toegang tot de auto Sleutels of afstandsbediening Vergrendelen van de auto Bij het aanschaffen van een verloren gebruikte auto Het rijden met vergrendelde portieren kan in Ga met het kentekenbewijs van de auto, geval van nood de toegang tot het interieur Laat uw sleutels door het CITROËN-netwerk uw legitimatiebewijs en indien mogelijk belemmeren.
  • Pagina 66 Toegang tot de auto Vergrendelen/ontgrendelen van binnenuit Vergrendelen van de auto Handmatig Ontgrendelen van de auto F Druk op deze knop. F Druk op deze knop. Het verklikkerlampje gaat branden om het Het verklikkerlampje gaat uit om het vergrendelen te bevestigen. ontgrendelen te bevestigen.
  • Pagina 67 Toegang tot de auto Voorportieren Van binnenuit Sluiten F Duw of trek het portier dicht om het te Openen sluiten en vergrendel het portier vervolgens. Van buitenaf Als een van de portieren niet goed is gesloten: brandt bij stilstaande auto en draaiende motor dit verklikkerlampje in combinatie met een waarschuwingsmelding die gedurende enkele seconden wordt...
  • Pagina 68 Toegang tot de auto Handbediende schuifdeur(en) Van buitenaf Van binnenuit Auto ontgrendeld en kinderbeveiliging uitgeschakeld. F Trek de handgreep naar achteren om de schuifdeur te openen. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over de kinderbeveiliging. F Trek, als de auto is ontgrendeld (afhankelijk Om de schuifdeur open te houden moet hij van de uitvoering met de sleutel, met de volledig worden geopend, zodat hij wordt...
  • Pagina 69 Toegang tot de auto Sluiten Van buitenaf Van binnenuit Als een van de schuifdeuren niet goed is gesloten: brandt bij stilstaande auto en draaiende motor dit verklikkerlampje in combinatie met een waarschuwingsmelding die gedurende enkele seconden wordt weergegeven, brandt tijdens het rijden (wagensnelheid hoger dan 10 km/h) dit verklikkerlampje in combinatie met een...
  • Pagina 70 Toegang tot de auto Elektrisch bedienbare schuifdeur(en) Met de handgrepen aan de buitenzijde en de handgrepen en knoppen in het interieur kan de schuifdeur elektrisch in beweging gezet worden. Bij het openen en sluiten van de schuifdeuren klinkt een geluidssignaal. Openen Van binnenuit Van buitenaf...
  • Pagina 71 Toegang tot de auto Van binnenuit, Met de knop(pen) voorin Met de knop(pen) op de deurstijl ontgrendelen en vervolgens openen Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over de kinderbeveiliging. F Druk als de kinderbeveiliging is uitgeschakeld F Druk als de kinderbeveiliging is uitgeschakeld op de knop van een schuifdeur om de auto te op de knop van een schuifdeur om de auto te ontgrendelen en de desbetreffende schuifdeur...
  • Pagina 72 Toegang tot de auto Van binnenuit Sluiten Met de handgreep Van buitenaf Met de knop(pen) voorin Met de afstandsbediening F Trek aan de handgreep en laat hem weer F Druk op de knop van een van de los om de schuifdeur elektrisch te laten schuifdeuren om de desbetreffende sluiten.
  • Pagina 73 Toegang tot de auto Met de knop(pen) op de deurstijl Als een van de schuifdeuren niet goed is gesloten: brandt bij stilstaande auto en draaiende motor dit verklikkerlampje in combinatie met een waarschuwingsmelding die gedurende enkele seconden wordt weergegeven, brandt tijdens het rijden (wagensnelheid hoger dan 10 km/h) dit verklikkerlampje in combinatie met een geluidssignaal...
  • Pagina 74 Toegang tot de auto Handbediende of elektrisch bediende schuifdeur(en) Algemene tips Controleer voordat u een schuifdeur opent Bij een aanrijding wordt de elektrische of sluit en gedurende de beweging van de bediening uitgeschakeld. Het handmatig schuifdeur of er, zowel in als buiten de auto, openen en sluiten blijft mogelijk.
  • Pagina 75 Toegang tot de auto Schuifdeuren en breedte Beveiliging / Detectie van obstakels Brandstofvulklep van uw auto elektrisch bedienbare schuifdeur(en) Een geopende schuifdeur steekt uit. Houd Het obstakeldetectiesysteem wordt geactiveerd Open niet de linker schuifdeur (indien hier rekening mee wanneer u de auto langs op het moment dat de schuifdeur tijdens het aanwezig) als de brandstofvulklep is een muur, een paaltje of een hoge stoeprand...
  • Pagina 76 Toegang tot de auto Op een steile helling Resetten elektrisch bedienbare schuifdeur(en) Nadat de accukabels zijn aangesloten terwijl de deuren zijn geopend, moeten de schuifdeuren mogelijk handmatig worden gesloten om ze te resetten. Als de elektrische bediening niet meer werkt, moet(en) de schuifdeur(en) als volgt worden gereset: F Sluit handmatig de schuifdeur(en) tot deze...
  • Pagina 77 Toegang tot de auto Handsfree-functie schuifdeur(en) Zorg dat u stabiel en op de juiste positie ten opzichte van de auto staat alvorens de voetbeweging te maken, om te voorkomen dat u uw evenwicht verliest (vooral bij regen, sneeuw, ijzel, modder, enz.). Voorkom dat u bij de voetbeweging de uitlaat raakt, u kunt hierdoor brandwonden oplopen.
  • Pagina 78 Toegang tot de auto Openen Sluiten Als de auto is vergrendeld, wordt deze ontgrendeld voordat de schuifdeur wordt geopend. Functie "Handsfree toegang" geactiveerd via het configuratiemenu van de auto. F Beweeg, terwijl u de afstandsbediening op zak hebt binnen de detectiezone A, uw Functie "Handsfree toegang"...
  • Pagina 79 Toegang tot de auto Storing Uitschakelen Met autoradio De handsfree-functie is standaard ingeschakeld. Als tijdens het gebruik van de functie een De functie kan worden uitgeschakeld via het geluidssignaal bestaande uit drie piepjes is te configuratiemenu van de auto. horen, is er een storing in het systeem. Activeer of deactiveer in het menu Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een Automatische vergrendeling...
  • Pagina 80 Toegang tot de auto Als de optie "Automatische De schuifdeur kan mogelijk plotseling Zorg ervoor dat het sluiten of openen vergrendeling handsfree-functie" worden geopend of gesloten: van de schuifdeuren niet gehinderd is geselecteerd in het menu van de als een trekhaakkogel is wordt door voorwerpen of personen.
  • Pagina 81 Toegang tot de auto Achterdeuren Sluiten F Sluit eerst de rechter en vervolgens de linker achterdeur. De twee achterdeuren zijn symmetrisch. De linker achterdeur is voorzien van een slot. Als eerst de linker achterdeur wordt gesloten, voorkomt een Van buitenaf aanslag op de zijkant van de rechter achterdeur dat deze kan worden gesloten.
  • Pagina 82 Toegang tot de auto Openen tot ongeveer 180° Van binnenuit Als de kinderbeveiliging is De deurvangers (afhankelijk van de uitvoering) ingeschakeld, werkt de hendel niet. Openen maken het mogelijk de achterdeuren met een hoek van ongeveer 90° tot 180° te openen. Auto vergrendeld en kinderbeveiliging Raadpleeg de desbetreffende uitgeschakeld.
  • Pagina 83 Toegang tot de auto Achterklep Sluiten Noodbediening Hiermee kan bij een lege accu of een eventuele Openen storing in het systeem van de centrale vergrendeling de achterklep mechanisch ontgrendeld worden. Ontgrendelen F Klap indien nodig de achterbank (indien aanwezig) naar voren om van binnenuit bij het slot te komen.
  • Pagina 84 Toegang tot de auto Ruit van de achterklep De ruit van de achterklep kunt u openen, zodat Sluiten u het achtercompartiment rechtstreeks kunt bereiken zonder dat u de achterklep hoeft te openen. Raadpleeg de desbetreffende rubriek Openen voor meer informatie over de sleutel, de afstandsbediening of het Keyless entry and start -systeem en in het bijzonder het vergrendelen van de auto.
  • Pagina 85 Toegang tot de auto Alarm Omtrekbeveiliging Totale beveiliging Dit systeem houdt de te openen carrosseriedelen van de auto in Inschakelen de gaten. Het alarm gaat af als iemand een van de te openen F Zet het contact af en verlaat de auto. carrosseriedelen (waaronder ook de motorkap) probeert te openen.
  • Pagina 86 Toegang tot de auto F Schakel het alarmsysteem Uitschakelen Interieurbeveiliging weer volledig in door de F Druk op deze ontgrendelknop Uitschakelen auto te vergrendelen met de van de afstandsbediening. afstandsbediening of met het F Zet het contact af en druk binnen "Keyless entry and start"-systeem.
  • Pagina 87 Toegang tot de auto Storing afstandsbediening Storing Om de alarmsystemen uit te schakelen: Als bij het aanzetten van het contact F Ontgrendel de auto met de sleutel (in de het verklikkerlampje van de knop blijft afstandsbediening bij uitvoeringen met branden, duidt dit op een storing in Keyless entry and start) in het slot van het het systeem.
  • Pagina 88 Toegang tot de auto Elektrisch bedienbare ruiten Resetten Nadat de accukabels los zijn geweest, moet de ruitbediening opnieuw gereset worden. Automatische bediening F Open de ruit volledig en sluit de ruit. Duw of trek de schakelaar voorbij het zware Telkens als de schakelaar omhoog wordt punt.
  • Pagina 89 Ergonomie en comfort Stuurwielverstelling Handmatig verstelbare voorstoelen Uit veiligheidsoverwegingen mogen de stoelen uitsluitend bij stilstaande auto worden versteld. Verstelling in lengterichting Hoogteverstelling (volgens uitvoering) F Zorg dat de auto stilstaat en duw de hendel omlaag om het stuurwiel te ontgrendelen. F Verstel het stuurwiel in hoogte en diepte voor een optimale zithouding.
  • Pagina 90 Ergonomie en comfort Rugleuningverstelling Lendensteun F Draai aan de draaiknop om de rugleuning F Trek de hendel zo ver mogelijk omhoog en F Draai aan de knop om de lendensteun in te verstellen. kantel de rugleuning naar voren of naar de gewenste stand te zetten.
  • Pagina 91 Ergonomie en comfort Tafelstand van de rugleuning van de bestuurders- en/of voorpassagiersstoel Als de rugleuning van de voorpassagiersstoel in de tafelstand is gezet, kunnen lange voorwerpen worden vervoerd. Als de rugleuning van de bestuurdersstoel in de tafelstand is gezet, kunnen de achterpassagiers door de hulpdiensten uit de auto worden gehaald.
  • Pagina 92 Ergonomie en comfort Elektrisch verstelbare voorstoel Zittinghoogte In lengterichting Rugleuninghoek F Beweeg de schakelaar omhoog of omlaag om de gewenste hoogte in te stellen. F Duw de schakelaar naar voren of naar F Duw de schakelaar naar voren of naar achteren om de gewenste stand te achteren om de gewenste hoek te Raadpleeg de desbetreffende...
  • Pagina 93 Ergonomie en comfort Aanvullende instellingen Hoogteverstelling Bediening stoelverwarming Voor de veiligheid is het frame van de hoofdsteun hoofdsteun gekarteld om te voorkomen dat de hoofdsteun zakt in het geval van Bij draaiende motor is de stoelverwarming voor een aanrijding. beide voorstoelen afzonderlijk regelbaar. De juiste stand van de hoofdsteun is als de bovenzijde van de hoofdsteun zich ter hoogte van de bovenzijde...
  • Pagina 94 Ergonomie en comfort Elektrisch verstelbare lendensteun Massagefunctie Uitschakelen U kunt de massagefunctie op elk gewenst moment uitschakelen door op deze knop te drukken, het controlelampje gaat dan uit. Intensiteit instellen F Druk de schakelaar in om de lendensteun Deze functie zorgt voor een massage ter naar wens in te stellen.
  • Pagina 95 Ergonomie en comfort Tweezitsbank vóór De tweezitsbank (volgens uitvoering) is niet verstelbaar en voorzien van een aan de rugleuning Voor de veiligheid is het frame van de bevestigde veiligheidsgordel voor de zitplaats aan de zijde van de bestuurdersstoel. hoofdsteun gekarteld om te voorkomen Hoogteverstelling dat de hoofdsteun zakt in het geval van een aanrijding.
  • Pagina 96 Ergonomie en comfort Verwarming tweezitsbank Opbergruimte onder de vóór zitting Afhankelijk van de uitvoering van uw auto Bij draaiende motor kunnen de zittingen van de bevindt zich onder de zitting een opbergruimte. bank worden verwarmd. F Trek de riem naar u toe om de zitting omhoog te klappen.
  • Pagina 97 Ergonomie en comfort Vaste eendelige bank De aanwezigheid van de hieronder beschreven Kommavormige hoofdsteun De rugleuning neerklappen voorzieningen en verstellingsmogelijkheden is afhankelijk en als tafeltje gebruiken van de uitvoering en configuratie van uw auto. F Zet de hoofdsteunen in de laagste stand. F De hoofdsteun omhoog zetten: trek hem omhoog tot hij in de vergrendeling klikt.
  • Pagina 98 Ergonomie en comfort Opklappen, toegang tot de 3e zitrij Verwijderen Wanneer u de bank uit de auto verwijdert, bewaar hem dan op een F Zet de rugleuning in de tafelstand (volgens F Zet de rugleuning in de tafelstand (volgens schone plaats om te voorkomen dat er uitvoering).
  • Pagina 99 Ergonomie en comfort Terugplaatsen F Controleer of er geen voorwerpen in de verankeringspunten liggen waardoor het correct vergrendelen van de verankeringen wordt verhinderd. Let erop dat het vergrendelen niet wordt verhinderd door voorwerpen of voeten F Breng de voorste verankeringen van de bank aan in de van passagiers achterin die zich op de F Trek aan de hendel en zet de rugleuning verankeringspunten op de vloer (zoals hierboven afgebeeld).
  • Pagina 100 Ergonomie en comfort Vaste stoel en bank achter De rugleuning neerklappen en als tafeltje gebruiken De aanwezigheid van de hieronder beschreven uitrusting en verstellingsmogelijkheden is afhankelijk van de uitvoering en configuratie van uw auto. F Zet de hoofdsteunen in de laagste stand. Kommavormige hoofdsteun F De hoofdsteun omhoog zetten: trek hem omhoog tot hij in de vergrendeling klikt.
  • Pagina 101 Ergonomie en comfort Opklappen, toegang tot de 3e zitrij Verwijderen (voorbeeld: individuele stoel) (voorbeeld: individuele stoel) F Zet de rugleuning in de tafelstand (volgens F Zet de rugleuning in de tafelstand (volgens uitvoering). uitvoering). F Klap de stoel naar voren. F Trek aan de hendel om de achterste verankeringen van de F Ontgrendel de voorste verankeringen met stoel te ontgrendelen en kantel de stoel vervolgens naar...
  • Pagina 102 Ergonomie en comfort Terugplaatsen Wanneer u de stoel (of de bank) uit de auto verwijdert, bewaar hem dan op (voorbeeld: individuele stoel) een schone plaats om te voorkomen F Controleer of er geen voorwerpen het dat er troep in de mechanismen vergrendelen van de verankeringen terechtkomt.
  • Pagina 103 Ergonomie en comfort Achterstoel en -bank op rails Verstellen van de rugleuning De verstelbare rugleuning kan in meerdere De verschillende hieronder beschreven Hoofdsteun standen worden gezet. voorzieningen en instellingen verschillen afhankelijk van de uitvoering en de configuratie van uw auto. F Omhoog zetten: trek de hoofdsteun omhoog F Trek de hendel omhoog om de rugleuning De stoel bevindt zich altijd aan de rechter kant...
  • Pagina 104 Ergonomie en comfort Naar voren of achteren schuiven De stoel volledig naar voren of De rugleuning neerklappen achteren schuiven en als tafeltje gebruiken (voorbeeld voor de stoel) (voorbeel voor een stoel) F Zet de hoofdsteun in de lage stand. F Zet de rugleuning in de tafelstand. F Trek aan de riem aan de achterzijde en verschuif de stoel.
  • Pagina 105 Ergonomie en comfort Rechtop zetten van de rugleuning Verwijderen Wanneer u de stoel (of de bank) uit de (tussen de merktekens) auto verwijdert, bewaar hem dan op (voorbeeld voor een individuele stoel) een schone plaats om te voorkomen F Schuif de stoel naar voren om bij de riem te kunnen komen. dat er troep in het mechanisme F Zet de rugleuning in de tafelstand.
  • Pagina 106 Ergonomie en comfort (voorbeeld voor een stoel) Terugplaatsen F Controleer of er geen voorwerpen op de rails liggen. F Schuif de stoel naar voren of naar achteren tot deze een vergrendelde stand heeft bereikt. Trek voordat u de stoel of bank F Zet de rugleuning rechtop.
  • Pagina 107 Ergonomie en comfort Achterstoel(en) op rails Armleuning(en) De verschillende hieronder beschreven Hoofdsteun voorzieningen en instellingen verschillen afhankelijk van de uitvoering en de configuratie van uw auto. F Omhoog zetten: trek de hoofdsteun omhoog tot deze de vergrendelde stand heeft bereikt. F Verwijderen: druk op de nok A en trek de hoofdsteun omhoog.
  • Pagina 108 Ergonomie en comfort Verstellen van de rugleuning Naar voren of achteren schuiven De rugleuning neerklappen en als tafeltje gebruiken De verstelbare rugleuning kan in meerdere standen worden gezet. F Zet de hoofdsteun in de lage stand. De stoel kan op twee manieren naar voren of naar achteren worden geschoven: F Aan de voorzijde: til de hendel op en schuif F Trek de hendel omhoog om de rugleuning...
  • Pagina 109 Ergonomie en comfort Verwijderen Terugplaatsen Wanneer u de stoelen uit de auto F Schuif de stoel naar voren om bij de riem te kunnen komen. verwijdert, bewaar ze dan op een F Zet de rugleuning in de tafelstand. schone plaats om te voorkomen dat er troep in de mechanismen terechtkomt.
  • Pagina 110 Ergonomie en comfort F Controleer of er geen voorwerpen op de rails liggen. Let erop dat het vergrendelen niet wordt F Schuif de stoel naar voren of naar achteren verhinderd door voorwerpen of voeten tot deze een vergrendelde stand heeft van passagiers achterin die zich op de bereikt.
  • Pagina 111 Ergonomie en comfort Voorzorgsmaatregelen Vervoeren van bagage Voorschriften of voorwerpen achter de met betrekking tot de stoelen en de bank van de stoelen en banken 3e zitrij Na de verschillende handelingen: verwijder een hoofdsteun niet zonder deze op te bergen en aan een steun te bevestigen, controleer of de veiligheidsgordels bereikbaar blijven en gemakkelijk door de...
  • Pagina 112 Ergonomie en comfort Voorzieningen in het interieur Matten Verwijderen 2e en 3e zitrij Verwijderen van de mat aan de Bevestigen bestuurderszijde: F zet de stoel in de achterste stand, F maak de bevestigingen los, F verwijder vervolgens de mat. Terugplaatsen Terugplaatsen van de mat aan de bestuurderszijde: F leg de mat goed op zijn plaats,...
  • Pagina 113 Ergonomie en comfort Zonneklep Dashboardkastje Opbergvak De zonneklep beschermt tegen zonlicht dat van In het dashboardkastje bevindt zich de schakelaar In dit vak kunnen een fles water, de voren of van de zijkant komt en is voorzien van voor het uitschakelen van de passagiersairbag boorddocumentatie enz.
  • Pagina 114 Ergonomie en comfort Opbergvakken in de Bovenste opbergvak Tafeltjes voorportieren Het opbergvak bevindt zich bovenop het Op de opklaptafeltjes aan de achterzijde van de rugleuning van dashboard, achter het stuurwiel. beide voorstoelen kunnen voorwerpen gelegd worden. F Gebruiken: beweeg het tafeltje zo ver Vloeistof die in de bekerhouder wordt Druk op de knop om het deksel (volgens mogelijk naar beneden, tot het in de...
  • Pagina 115 Ergonomie en comfort 12V-aansluiting(en) USB-aansluiting (afhankelijk van de uitvoering) Het aansluiten van elektrische apparatuur die niet door CITROËN is goedgekeurd, zoals een lader met USB- aansluitingen, kan leiden tot storingen in de werking van de elektrische componenten van de auto, zoals een slechte radio-ontvangst of storingen in de weergave van de displays.
  • Pagina 116 Ergonomie en comfort JACK-aansluiting 230V-stopcontact (50 Hz) Afhankelijk van de uitvoering van uw auto bevindt Sluit hoogstens één apparaat op het zich in het opbergvak onder de stoel rechts stopcontact aan (verlengsnoeren of voor, dat vanaf de 2e zitrij bereikbaar is, een dubbelstekkers niet toegestaan).
  • Pagina 117 Ergonomie en comfort Voorzieningen in het passagierscompartiment Opbergnetten op de rugleuning van de voorstoelen Afhankelijk van de uitvoering is het passagierscompartiment voorzien van de volgende voorzieningen. Handgreep (lus) Bekerhouder (volgens uitvoering) Kledinghaken Wees voorzichtig met het gebruik van de bekerhouder om morsen te voorkomen.
  • Pagina 118 Ergonomie en comfort Sjorogen Bagagenet Bagagenet voor hoge belading Met dit bagagenet kan de auto tot aan het dak worden beladen: achter de voorstoelen (1e zitrij) als de stoelen (en banken) op de 2e en 3e zitrij zijn neergeklapt of verwijderd, achter de stoelen (en banken) op de 2e zitrij, als de stoelen (en banken) op de 3e zitrij zijn neergeklapt of verwijderd.
  • Pagina 119 Ergonomie en comfort Als uw auto is uitgerust met stoelen en banken Bovenste bevestigingspunten Plaatsen van het net of individuele stoelen op rails: Maak aan de bovenzijde de sierkapjes los en breng aan de onderzijde de bevestigingspunten aan (zoals hiervoor reeds beschreven). F Klap de stoelen en banken op de 2e en 3e zitrij (volgens uitvoering) neer (in de tafelstand) of verwijder ze.
  • Pagina 120 Ergonomie en comfort Bagageafdekking Zijruiten 2e zitrij Zonneschermen voor de zijruiten De zijruiten van de 2e zitrij (volgens uitvoering) De zonneschermen voor de zijruiten van de kunnen worden geopend. 2e zitrij beschermen het interieur tegen de zon. Tijdens het rijden moeten deze ruiten zijn gesloten of in een van de standen zijn vastgezet.
  • Pagina 121 Ergonomie en comfort Uitneembare lamp Gebruik F Verwijder de lamp door deze aan de bovenzijde uit de houder te trekken. F Druk de schakelaar op de achterzijde in om de lamp in of uit te schakelen. F Klap de steun aan de achterzijde uit om de lamp neer te zetten en de lichtbundel te richten, bijvoorbeeld tijdens het verwisselen van een wiel.
  • Pagina 122 Ergonomie en comfort Panoramadak Het panoramadak is voorzien van twee onafhankelijke handbediende zonneschermen om het thermische en akoestische comfort te verbeteren. Zonneschermen Openen Sluiten F Schuif het zonnescherm dat u wilt openen F Schuif het zonnescherm dat u wilt sluiten met behulp van de handgreep naar met behulp van de handgreep naar voren achteren tot aan de gewenste stand.
  • Pagina 123 Ergonomie en comfort Verschuifbare en uitklapbare tafel Naar voren of achteren schuiven Opbergruimte F Beweeg deze hendel omhoog (zonder het zware punt te overschrijden) en verschuif het geheel naar voren of naar achteren. F Laat de hendel los zodra de gewenste F Schuif het deksel van de opbergruimte met De tafel bevat een centrale opbergruimte met positie is bereikt.
  • Pagina 124 Ergonomie en comfort Uitklappen Inklappen Bekerhouders F Bedien de hendel aan de bovenzijde en beweeg de complete tafel omhoog tot deze F Beweeg beide tafelbladen omhoog tot U kunt 2 bekers of blikjes plaatsen en kleine wordt vergrendeld. voorbij het zware punt en zet ze in de voorwerpen (creditcard, uitneembare asbak, verticale stand.
  • Pagina 125 Ergonomie en comfort Verwijderen Richting omdraaien Terugplaatsen F Controleer of er geen voorwerpen op de rail liggen die het vergrendelen kunnen hinderen. F Beweeg de hendel helemaal omhoog om U kunt de verwijderde tafel 180 graden draaien. de verankeringspunten te ontgrendelen en kantel de complete tafel naar voren.
  • Pagina 126 Ergonomie en comfort Let bij het kantelen op de voeten van de passagiers. Buiten de auto opslaan Wanneer u de tafel uit de auto verwijdert en opslaat, bewaar hem dan op een schone plaats om te voorkomen dat er troep in de mechanismen terechtkomt.
  • Pagina 127 Ergonomie en comfort Handbediende airconditioning Toevoer van buitenlucht/ luchtrecirculatie De airconditioning werkt alleen als de motor draait. Door de toevoer van buitenlucht wordt voorkomen dat de voorruit en de zijruiten beslaan. De recirculatiestand dient om de luchttoevoer af te sluiten bij stank en stofoverlast. Luchtverdeling Luchtopbrengst U kunt deze stand bovendien tijdelijk...
  • Pagina 128 Ergonomie en comfort Airconditioning De airconditioning werkt doeltreffend in elk F Druk nogmaals op deze toets. jaargetijde, bij draaiende motor en mits de ruiten zijn gesloten. Het verklikkerlampje gaat uit. Het systeem stelt u in staat: de temperatuur in het interieur 's zomers te verlagen, Als de airconditioning is uitgeschakeld, in de winter bij temperaturen boven 3°C...
  • Pagina 129 Ergonomie en comfort Automatische airconditioning met gescheiden regeling Temperatuur De bestuurder en voorpassagier kunnen de temperatuur afzonderlijk naar wens instellen. De op het display weergegeven waarde heeft betrekking op een bepaald comfortniveau en niet op de temperatuur in graden Celsius of Fahrenheit.
  • Pagina 130 Ergonomie en comfort Functie "Mono" Programma zicht F Druk op de toets "zicht" om de Het comfortniveau aan passagierszijde kan Als de temperatuur in de auto bij worden aangepast aan het comfortniveau aan voorruit en zijruiten sneller te het instappen veel lager of hoger bestuurderszijde (monozone).
  • Pagina 131 Ergonomie en comfort Airconditioning Luchtverdeling Luchtopbrengst De airconditioning werkt doeltreffend in elk F Druk deze toets herhaaldelijk in F Druk op deze toets om de jaargetijde, bij draaiende motor en mits de om de luchtstroom te verdelen luchtopbrengst te verhogen. ruiten zijn gesloten.
  • Pagina 132 Ergonomie en comfort Toevoer van buitenlucht/ Uitschakelen van het systeem luchtrecirculatie F Druk op deze toets tot het symbool van de propeller is Door de toevoer van buitenlucht wordt verdwenen. voorkomen dat de voorruit en de zijruiten beslaan. De recirculatiestand dient om de luchttoevoer Alle functies van de airconditioning worden dan af te sluiten bij stank en stofoverlast.
  • Pagina 133 Ergonomie en comfort Ontwasemen - Ontdooien voorruit en zijruiten Deze opdruk op het bedieningspaneel geeft aan in welke stand de knoppen moeten staan om de voorruit en de zijruiten snel te ontwasemen of te ontdooien. Handbediende Automatische airconditioning airconditioning met gescheiden regeling Verwarmde voorruit en ruitensproeierkoppen Raadpleeg de desbetreffende...
  • Pagina 134 Ergonomie en comfort Buitenspiegelverwarming De buitenspiegelverwarming wordt automatisch uitgeschakeld om onnodig stroomverbruik te voorkomen. F U kunt de buitenspiegelverwarming ook eerder uitschakelen door nogmaals op deze toets te drukken. Het lampje van de toets gaat dan uit. Schakel, zodra de omstandigheden het toelaten, de achterruit- en buitenspiegelverwarming uit, omdat een geringer stroomverbruik leidt tot een...
  • Pagina 135 Ergonomie en comfort Achterruitverwarming De achterruit- en buitenspiegelverwarming wordt automatisch uitgeschakeld om onnodig stroomverbruik te voorkomen. F U kunt de achterruit- en buitenspiegelverwarming ook eerder uitschakelen door nogmaals op deze toets te drukken. Het lampje van de toets gaat dan uit. Schakel, zodra de omstandigheden het toelaten, de achterruit- en buitenspiegelverwarming uit omdat een...
  • Pagina 136 Ergonomie en comfort Gebruiksadviezen voor de verwarming, ventilatie en airconditioning Neem voor een optimale werking van de verwarming, ventilatie en airconditioning de Als de auto lange tijd in de zon heeft volgende gebruiksadviezen in acht: gestaan en de temperatuur in het F Let erop dat voor een gelijkmatige verdeling van de lucht naar het interieur de interieur hoog is opgelopen, zet dan de uitstroomopening onder de voorruit, de verschillende luchtkanalen, ventilatieroosters en...
  • Pagina 137 Ergonomie en comfort Geadviseerde instellingen Verwarming of handbediende airconditioning Gewenste werking Recirculatie interieurlucht / Handbediende Luchtverdeling Luchtopbrengst Temperatuur Toevoer van buitenlucht airconditioning WARM KOUD ONTWASEMEN ONTDOOIEN Airconditioning met gescheiden regeling: gebruik bij voorkeur de volledig automatische stand door op de toets "AUTO" te drukken.
  • Pagina 138 Ergonomie en comfort Verwarming - Airconditioning achter Luchtopbrengst F Draai aan de knop om de Inschakelen/uitschakelen luchtopbrengst te vergroten of te verkleinen. Comforttemperatuur Draai de knop naar blauw Deze toets bevindt zich voorin op het (koel) of rood (warm) om de bedieningspaneel van de airconditioning.
  • Pagina 139 Ergonomie en comfort Programmeerbaar verwarmings-/ventilatiesysteem Programmeren Autoradio F Druk op de toets MENU om het F Selecteer: hoofdmenu weer te geven. - het 1e klokje om het gewenste inschakeltijdstip te programmeren/op te slaan, F Selecteer "Voorverw./Voorventil". Verwarming - het 2e klokje om een tweede F Vink "Activering"...
  • Pagina 140 Ergonomie en comfort Long Range- Gooi de lege batterijen van de Het lampje van de afstandsbediening afstandsbediening afstandsbediening niet weg: ze bevatten knippert gedurende ongeveer 2 seconden als metalen die schadelijk zijn voor het de auto het signaal niet heeft ontvangen. Het bereik van de afstandsbediening is milieu.
  • Pagina 141 Ergonomie en comfort De programmeerbare verwarming werkt op brandstof uit de brandstoftank van de auto. Verzeker u er vóór gebruik voor dat er voldoende brandstof in de tank zit. Als de brandstoftank bijna leeg is, is Zorg ervoor dat de programmeerbare het raadzaam om het systeem niet te verwarming altijd is uitgeschakeld gebruiken.
  • Pagina 142 Ergonomie en comfort Plafonniers Automatisch inschakelen/uitschakelen Leeslampjes (volgens uitvoering) De plafonnier vóór gaat automatisch branden als de sleutel uit het contact wordt gehaald. Bij het ontgrendelen van de auto, zodra een Vóór portier wordt geopend of als de auto wordt gelokaliseerd met de afstandsbediening, gaan alle plafonniers branden.
  • Pagina 143 Verlichting en zicht Spiegels Buitenspiegels Elektrisch inklappen (volgens uitvoering) Elektrisch uitklappen Bij stilstaande auto en aangezet contact De spiegels worden weer elektrisch uitgeklapt Elektrisch verstellen kunnen de buitenspiegels van binnenuit zodra de auto ontgrendeld wordt met de elektrisch worden ingeklapt: afstandsbediening of de sleutel.
  • Pagina 144 Verlichting en zicht Buitenspiegels met verwarming Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over de Achterruitverwarming. Stel om veiligheidsredenen de spiegels zo af dat de dode hoek zo klein mogelijk is. De waargenomen objecten in de buitenspiegels lijken verder af dan ze in Afhankelijk van de uitvoering van uw auto: werkelijkheid zijn.
  • Pagina 145 Verlichting en zicht Binnenspiegel Spiegel naar De binnenspiegel is voorzien van een antiverblindingsstand waardoor de spiegel donkerder wordt en de bestuurder achterpassagiers minder hinder ondervindt van bijvoorbeeld de zon en van de koplampen van achteropkomend verkeer. Handmatige binnenspiegel "Elektrochromatische" binnenspiegel Deze spiegel, die boven de binnenspiegel is geplaatst, biedt de bestuurder of voorpassagier Verstellen...
  • Pagina 146 Verlichting en zicht Lichtschakelaar Ring voor de hoofdverlichting Overschakelen van dim- Lichten uit (afgezet contact) / naar grootlicht en terug Draai aan de ring om het symbool van de gewenste dagrijverlichting vóór (draaiende motor). stand tegenover het merkteken te zetten. Automatische verlichting.
  • Pagina 147 Verlichting en zicht Ring voor de mistverlichting Alleen mistachterlicht Mistlampen vóór en mistachterlicht Het mistachterlicht werkt als minimaal de parkeerlichten zijn ingeschakeld. De mistlampen vóór werken als de dimlichten zijn Als de verlichting automatisch wordt ingeschakeld (handmatig of in de stand AUTO). uitgeschakeld (uitvoeringen met automatische F Draai de ring naar voren om het verlichting) of als het dimlicht handmatig wordt...
  • Pagina 148 Verlichting en zicht Richtingaanwijzers Bij helder of regenachtig weer, Vergeten verlichting zowel overdag als 's nachts, (knipperlichten) Als het contact is afgezet, de verlichting zijn de mistlampen vóór en de handmatig is ingeschakeld en een van mistachterlichten verblindend voor de voorportieren wordt geopend, klinkt medeweggebruikers en daarom niet een geluidssignaal om aan te geven dat toegestaan.
  • Pagina 149 Verlichting en zicht Dagrijverlichting vóór Automatische Uitschakelen verlichting F Draai de ring in een andere stand. (LED-verlichting) Het uitschakelen van de functie wordt Met behulp van een lichtsensor worden de bevestigd door een melding. kentekenplaatverlichting, het achterlicht en het dimlicht automatisch ingeschakeld als de Storing lichtsterkte van de omgeving onvoldoende is.
  • Pagina 150 Verlichting en zicht Handbediende follow me Automatische Met autoradio home-verlichting follow me home- verlichting Deze functie zorgt ervoor dat na het afzetten van het contact de dimlichten nog even blijven Als de functie automatische verlichting Activeer of deactiveer in het menu branden om het uitstappen in het donker te is geactiveerd, wordt onder donkere "Persoonlijke instelling - configuratie"...
  • Pagina 151 Verlichting en zicht Instapverlichting Programmeren Met touchscreen buitenzijde Het in- en uitschakelen van de functie De instapverlichting is bedoeld om op instapverlichting en de duur van het branden van donkere plaatsen het lokaliseren van de auto de instapverlichting kunnen worden ingesteld. en het instappen te vergemakkelijken.
  • Pagina 152 Verlichting en zicht Statische bochtverlichting Programmeren U kunt de statische bochtverlichting desgewenst uitschakelen via het configuratiemenu van de auto. Standaard is de statische bochtverlichting ingeschakeld. Met autoradio Activeer of deactiveer in het menu Tijdens het rijden met dim- of grootlicht "Persoonlijke instelling - configuratie"...
  • Pagina 153 Verlichting en zicht Grootlichtassistent Dit systeem schakelt automatisch om Onderbreken tussen dim- en grootlicht, afhankelijk van De bestuurder kan indien nodig op elk moment de lichtsterkte van de omgeving en de zelf overschakelen op grootlicht of dimlicht. aanwezigheid van overig verkeer op de weg die worden geregistreerd door een camera aan de F Geef nogmaals een bovenzijde van de voorruit.
  • Pagina 154 Verlichting en zicht Met autoradio Er kunnen storingen in de werking van het systeem optreden: als het zicht slecht is (bijvoorbeeld bij sneeuwval, zware regenval of dichte mist, ...), als het gedeelte van de voorruit voor de camera vuil, beslagen of bedekt is (bijvoorbeeld met een sticker), als de verlichting van uw auto wordt...
  • Pagina 155 Verlichting en zicht Sfeerverlichting Inschakelen Koplampen handmatig in hoogte verstellen Als het buiten donker is, gaat de verlichting van de plafonnier vóór en het panoramadak (indien aanwezig) automatisch branden als de parkeerlichten worden ingeschakeld. De sfeerverlichting gaat automatisch uit als de parkeerlichten worden uitgeschakeld.
  • Pagina 156 Verlichting en zicht Ruitenwisserschakelaar Ruitenwissers vóór Selectiehendel wissnelheid: zet de hendel in de Instellen Handmatige functies gewenste stand. Afhankelijk van de uitvoering van uw auto zijn De bestuurder schakelt de ruitenwissers verschillende instellingen mogelijk: handmatig in. Hoge snelheid (hevige neerslag). automatische werking van de ruitenwissers vóór, Uitvoering met handbediende...
  • Pagina 157 Verlichting en zicht Automatische ruitenwissers vóór Ruitenwisser achter De ruitenwissers worden automatisch ingeschakeld als de sensor achter de binnenspiegel regen detecteert. De snelheid van de ruitenwissers wordt aangepast aan de hoeveelheid neerslag. Inschakelen Elke keer als het contact meer dan 1 minuut is afgezet, moet u de automatische werking van de ruitenwissers opnieuw activeren door de hendel één keer omlaag te duwen.
  • Pagina 158 Verlichting en zicht Achteruitversnelling Ruitensproeiers vóór en Te laag niveau ruiten-/ koplampsproeiervloeistof koplampsproeiers Als de ruitenwissers vóór zijn ingeschakeld op het moment dat u de achteruitversnelling inschakelt, wordt Als uw auto is voorzien van automatisch de ruitenwisser achter ingeschakeld. koplampsproeiers en het niveau van het reservoir te laag is, verschijnt dit pictogram Activeren/Deactiveren op het instrumentenpaneel in combinatie...
  • Pagina 159 Verlichting en zicht F Als de ruitenwisserschakelaar binnen een Voorruit- en Inschakelen minuut nadat het contact is afgezet wordt ruitensproeierverwarming* F Druk bij draaiende motor op deze bediend, worden de ruitenwissers in de Bij koud weer verwarmt deze functie de voorruit toets;...
  • Pagina 160 Veiligheid Alarmknipperlichten Urgence-oproep of Assistance-oproep Lichtsignaal van de richtingaanwijzers om het Automatisch inschakelen overige verkeer te waarschuwen in het geval van de alarmknipperlichten van file, pech, slepen of een ongeval. Bij een noodstop - afhankelijk van de mate van remvertraging, als het ABS ingrijpt, maar ook als er een aanrijding wordt gesignaleerd, worden de alarmknipperlichten automatisch ingeschakeld.
  • Pagina 161 Veiligheid Claxon Elektronische stabiliteitscontrole (ESP) Elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP: Noodremassistentie (NRA) Electronic Stability Program) dat de volgende Dit systeem zorgt ervoor dat in noodgevallen systemen omvat: de optimale remdruk sneller wordt bereikt, het antiblokkeersysteem (ABS) en de zodat de remafstand kleiner wordt. elektronische remdrukregelaar (REF), Het systeem wordt ingeschakeld als het de noodremassistentie (NRA),...
  • Pagina 162 Veiligheid Intelligente tractiecontrole Antiblokkeersysteem Zorg er bij vervanging van de wielen (ABS) en elektronische (banden en velgen) voor dat wielen worden gemonteerd die voor uw auto remdrukregelaar (REF) Afhankelijk van de uitvoering is uw auto zijn gehomologeerd. uitgerust met een systeem dat zorgt voor extra De normale werking van het tractie op besneeuwde wegen: intelligente antiblokkeersysteem kan merkbaar zijn...
  • Pagina 163 Veiligheid Dynamische stabiliteitscontrole Storing F Druk op deze knop. (ESP) en antispinregeling (ASR) Als dit verklikkerlampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en een melding op het display, duidt dit op een storing in het systeem. F Zet de draaiknop in deze stand. Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats om het systeem te laten controleren.
  • Pagina 164 Veiligheid U kunt uit verschillende standen kiezen: Grip control Specifieke en gepatenteerde antispinregeling Normaal (ESP) Sneeuw waarmee de aandrijving wordt verbeterd op Dit is de stand voor situaties waarin weinig In deze stand past het systeem bij het ondergronden met sneeuw, modder en zand. wielslip optreedt, gebaseerd op de meest wegrijden de regeling aan op de hoeveelheid Dit systeem werkt in elke situatie op optimale...
  • Pagina 165 Veiligheid U kunt een aantal functies van het ESP (antispinregeling en dynamische stabiliteitscontrole) uitschakelen door de Off road (modder, nat gras enz.) Zand draaiknop in de stand "OFF" te draaien. In deze stand is het gelijktijdig licht doorslippen Deze functies worden automatisch weer In deze stand wordt bij het wegrijden veel van de aangedreven wielen toegestaan, zodat ingeschakeld vanaf 50 km/h of als het contact...
  • Pagina 166 Veiligheid Veiligheidsgordels Veiligheidsgordels vóór Omdoen Hoogteverstelling F Trek aan de gordel en steek de gesp in de F Beweeg de knop A omlaag en schuif het gordelsluiting. bevestigingspunt omlaag om het lager te F Controleer of de gordel goed is plaatsen.
  • Pagina 167 Veiligheid Tweezitsbank vóór Veiligheidsgordels achter Zorg ervoor dat de gordels op de 2 zitrij in de juiste gordelsluiting worden vastgemaakt. Bevestig de gordels van de buitenste zitplaatsen niet in de gordelsluiting van de middelste zitplaats en gebruik de gordels van de buitenste zitplaatsen niet op de middelste zitplaats.
  • Pagina 168 Veiligheid Pictogram(men) veiligheidsgordel(s) Als uw auto is uitgerust met individuele Als uw auto is uitgerust met een tweezitsbank voorstoelen: vóór: Pictogram veiligheidsgordel bestuurder A. Pictogram veiligheidsgordel linker zitplaats losgemaakt/niet vastgemaakt. (bestuurder) losgemaakt/niet vastgemaakt. 2. Pictogram veiligheidsgordel voorpassagier B. Pictogram veiligheidsgordel middelste en/ losgemaakt/niet vastgemaakt.
  • Pagina 169 Veiligheid Adviezen Voorschriften voor kinderen Maak voor kinderen tot 12 jaar of kleiner dan Alvorens te gaan rijden dient de bestuurder Voor een effectieve werking van de 1,50 m gebruik van een geschikt kinderzitje. te controleren of alle passagiers hun veiligheidsgordel: De veiligheidsgordel mag door niet meer dan veiligheidsgordel goed hebben omgedaan...
  • Pagina 170 Veiligheid Airbags De airbags werken alleen als het Het activeren van (een van) de airbags contact aan is. gaat gepaard met wat rook en een De airbags zijn speciaal ontworpen om de knal, als gevolg van de activering van De airbags werken slechts eenmaal. veiligheid van de inzittenden (uitgezonderd de pyrotechnische lading die in het Als er een tweede aanrijding plaatsvindt...
  • Pagina 171 Veiligheid Frontairbags Activering De airbags worden opgeblazen, behalve de airbag aan passagierszijde wanneer deze is uitgeschakeld, bij een ernstige frontale aanrijding binnen (een gedeelte van) de impactzone vóór (A), waarbij de krachten in de horizontale lengterichting van de auto en vanaf de voorzijde richting de achterzijde op de auto inwerken.
  • Pagina 172 Veiligheid Uitschakelen airbag aan Zijairbags Schakel voor de veiligheid van uw kind passagierszijde de airbag aan passagierszijde altijd uit als u een kinderzitje met de rug in de Alleen de airbag aan passagierszijde kan rijrichting op de voorstoel plaatst. worden uitgeschakeld. Anders kan een kind bij het afgaan van de airbag levensgevaarlijk gewond raken.
  • Pagina 173 Veiligheid Window-airbags (zitrij 2 en 3) Indien uw auto is uitgerust met window-airbags, Storing helpen deze de inzittenden (uitgezonderd Als dit waarschuwingslampje gaat branden de passagiers op de middelste zitplaatsen) raadpleeg dan altijd het CITROËN-netwerk te beschermen bij een ernstige zijdelingse of een gekwalificeerde werkplaats om het aanrijding, om de kans op letsel aan de zijkant systeem te laten controleren.
  • Pagina 174 Veiligheid Adviezen Houd u aan de onderstaande veiligheidsvoorschriften voor een Zijairbags maximale effectiviteit van de airbags. Bedek de stoelen uitsluitend met daarvoor goedgekeurde stoelhoezen, die in Maak er een gewoonte van om normaal De airbag wordt namelijk zeer snel combinatie met actieve zijairbags gebruikt rechtop in de voorstoelen te zitten.
  • Pagina 175 Veiligheid Algemene informatie met betrekking tot kinderzitjes Hoewel CITROËN bij het ontwerp van uw auto veel aandacht heeft besteed aan veiligheidsvoorzieningen voor uw kinderen, is hun veiligheid natuurlijk ook afhankelijk van uzelf. Volg voor een optimale veiligheid de volgende CITROËN beveelt u aan kinderen op adviezen op: de achterzitplaatsen van uw auto te conform de Europese wetgeving dienen...
  • Pagina 176 Veiligheid Kinderzitje achterin "Rug in de rijrichting" "Gezicht in de rijrichting" 3e zitrij (volgens uitvoering) Schuif als u een kinderzitje "met de rug in de Schuif als u een kinderzitje "met het gezicht Schuif als een kinderzitje op de 3e zitrij is rijrichting"...
  • Pagina 177 Veiligheid Kinderzitje op de passagiersstoel voor* "Met de rug in de rijrichting" "Met het gezicht in de rijrichting" Wanneer een kinderzitje met de rug in de Wanneer een kinderzitje met het gezicht in Passagiersstoel in de hoogste stand en zo rijrichting op de passagiersstoel voor wordt de rijrichting op de passagiersstoel voor ver mogelijk naar achteren.
  • Pagina 178 Veiligheid Uitschakelen van de airbag vóór aan passagierszijde Airbag aan passagierszijde OFF Plaats nooit een kind in een kinderzitje "met de rug in de rijrichting" op de voorpassagiersstoel als de airbag vóór aan passagierszijde is ingeschakeld. Het kind kan in dat geval bij een aanrijding levensgevaarlijk gewond raken.
  • Pagina 179 Veiligheid НИКОГА НЕ инсталирайте детско столче на седалка с АКТИВИРАНА предна ВЪЗДУШНА ВЪЗГЛАВНИЦА. Това може да причини СМЪРТ или СЕРИОЗНО НАРАНЯВАНЕ на детето. NIKDY neumisťujte dětské zádržné zařízení orientované směrem dozadu na sedadlo chráněné AKTIVOVANÝM čelním AIRBAGEM. Hrozí nebezpečí SMRTI DÍTĚTE nebo VÁŽNÉHO ZRANĚNÍ. Brug ALDRIG en bagudvendt barnestol på...
  • Pagina 180 Veiligheid NEKAD NEuzstādiet uz aizmuguri vērstu bērnu sēdeklīti priekšējā pasažiera sēdvietā, kurā ir AKTIVIZĒTS priekšējais DROŠĪBAS GAISA SPILVENS. Tas var izraisīt BĒRNA NĀVI vai radīt NOPIETNUS IEVAINOJUMUS. Qatt m’ghandek thalli tifel/tifla marbut f’siggu dahru lejn l-Airbag attiva, ghaliex tista’ tikkawza korriment serju jew anke mewt lit-tifel/tifla Plaats NOOIT een kinderzitje met de rug in de rijrichting op een zitplaats waarvan de AIRBAG is INGESCHAKELD.
  • Pagina 181 Veiligheid Door CITROËN aanbevolen kinderzitjes CITROËN levert een reeks kinderzitjes met artikelnummer die met een driepuntsveiligheidsgordel kunnen worden vastgemaakt: Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kg "RÖMER Baby-Safe Plus" "Takata Baby P2C Mini" Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst. Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst.
  • Pagina 182 Veiligheid Groep 1: 9 - 18 kg "Fair Bimbofix" "RÖMER Duo Plus Isofix" Wordt met het gezicht in de rijrichting geplaatst. Wordt met het gezicht in de rijrichting geplaatst. Groep 2 en 3: 15 - 36 kg "RÖMER KIDFIX" "KLIPPAN Optima" Kan aan de ISOFIX-verankeringen van de auto Vanaf 22 kg (vanaf ongeveer 6 jaar): gebruik worden bevestigd.
  • Pagina 183 Veiligheid Bevestiging kinderzitjes met de veiligheidsgordel Conform de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkheden weer met betrekking tot het bevestigen, met een veiligheidsgordel, van een universeel (a) gehomologeerd kinderzitje, gerangschikt naar gewicht van het kind en de plaats in de auto: Gewicht van het kind en leeftijdsindicatie Minder dan 13 kg Van 9 tot 18 kg...
  • Pagina 184 Veiligheid (a) Universeel kinderzitje: kinderzitje dat in alle U: Zitplaats geschikt voor de bevestiging van Verwijder de hoofdsteun en berg deze op auto's kan worden bevestigd met behulp een universeel gehomologeerd kinderzitje alvorens een kinderzitje met rugleuning van de veiligheidsgordel. met een veiligheidsgordel, zowel met de op een passagierszitplaats te bevestigen.
  • Pagina 185 Veiligheid ISOFIX-bevestigingen De ISOFIX-bevestigingen zorgen voor een maak de haak van de bovenste riem vast veilige, degelijke en snelle montage van het aan de ring B achter, kinderzitje in uw auto. trek de bovenste riem strak. Uw auto voldoet aan de laatste ISOFIX-normen. De ISOFIX-kinderzitjes beschikken over twee De plaats van de voorgeschreven ISOFIX- sloten die aan de twee bevestigingsringen A...
  • Pagina 186 Veiligheid Door CITROËN aanbevolen ISOFIX-kinderzitjes Het CITROËN-netwerk levert een gamma ISOFIX-kinderzitjes. Deze kinderzitjes, die zijn voorzien van een onderdeelnummer, zijn goedgekeurd voor gebruik in uw auto. Raadpleeg ook de montagehandleiding van de fabrikant van het kinderzitje voor meer informatie over het plaatsen en verwijderen van het zitje. "Baby P2C Mini"...
  • Pagina 187 Veiligheid "Baby P2C Midi" met ISOFIX-basis "RÖMER Duo Plus ISOFIX" (lengtecategorie: D, C, A, B, B1) (lengtecategorie: B1) Groep 1: 9 tot 18 kg Groep 1: van 9 tot 18 kg Dit zitje dient te worden geplaatst met de rug Dit zitje wordt uitsluitend met het gezicht in in de rijrichting met behulp van een ISOFIX- de rijrichting geplaatst.
  • Pagina 188 Veiligheid Zitplaatsen geschikt voor ISOFIX-kinderzitjes Overeenkomstig de Europese wetgeving geeft het overzicht de mogelijkheden aan voor het bevestigen van een ISOFIX-kinderzitje op een plaats in de auto voorzien van ISOFIX-bevestigingen. Bij universele en semi-universele ISOFIX-kinderzitjes wordt de ISOFIX-maat op het kinderzitje naast het ISOFIX-logo aangegeven met een letter (A t/m G).
  • Pagina 189 Veiligheid Gewicht van het kind / leeftijds indicatie Tot 10 kg Tot 10 kg (groep 0) (groep 0) 9 - 18 kg (groep 1) Tot 13 kg Van 1 tot ca. 3 jaar (groepe 0+) ca. 6 maanden Tot ca. 1 jaar "rug in de Type ISOFIX-kinderzitje Reiswieg...
  • Pagina 190 Veiligheid IUF Zitplaats geschikt voor de bevestiging van een Raadpleeg de desbetreffende rubriek universeel gehomologeerd ISOFIX- kinderzitje met voor meer informatie over de ISOFIX- het gezicht in de rijrichting en een bovenste riem. bevestigingen en in het bijzonder de IL-SU Zitplaats geschikt voor de bevestiging van bovenste riem.
  • Pagina 191 Veiligheid Adviezen Kinderzitjes Plaatsen van een zitverhoger De onjuiste bevestiging van een kinderzitje Voor een optimale bevestiging van het kinderzitje brengt de veiligheid van het kind in gevaar bij met "het gezicht in de rijrichting" is het noodzakelijk Het bovenste gedeelte van de een aanrijding.
  • Pagina 192 Veiligheid Mechanisch Elektrische kinderbeveiliging kinderslot De elektrische kinderbeveiliging, die met de afstandsbediening kan worden ingeschakeld, voorkomt dat de deuren achter (schuifdeuren en achterdeuren of achterklep) van binnenuit worden geopend. Beide schuifdeuren zijn voorzien van een kinderslot om het openen van binnenuit te Uitschakelen verhinderen.
  • Pagina 193 Veiligheid Kinderbeveiliging van Bij een zware aanrijding wordt de elektrische kinderbeveiliging de ruitbediening achter automatisch uitgeschakeld. Met dit mechanische systeem kan het openen van de zijruit links en/of rechts achter worden Als het lampje een ander signaal geeft, voorkomen. wijst dit op een storing in de elektrische kinderbeveiliging.
  • Pagina 194 Rijden Rijadviezen Bent u genoodzaakt over een overstroomd Houd u altijd aan de verkeersregels en let Belangrijk! weggedeelte te rijden, doe dan het volgende: onder alle omstandigheden goed op. Richt uw aandacht op het verkeer en houd Rijd nooit met aangetrokken handrem - uw handen op het stuurwiel, zodat u snel kunt kans op oververhitting en beschadiging reageren op onverwachte situaties.
  • Pagina 195 Rijden Voor een lange levensduur van uw auto en Vervoer geen zware voorwerpen op het Ga zorgvuldig om met de voor uw eigen veiligheid is het raadzaam om de imperiaal. auto Ook mag de maximale belasting van de volgende voorzorgsmaatregelen te nemen bij De banden moeten minimaal de op de sticker het gebruik van de auto: verankeringspunten van het imperiaal niet...
  • Pagina 196 Rijden Bij het trekken van een aanhanger Gewichtsverdeling Koeling Remmen F Verdeel het gewicht in de caravan/ Het trekken van een aanhanger op Het trekken van een aanhanger verlengt de remweg. aanhanger gelijkmatig, plaats zware een helling veroorzaakt een hogere Vermijd langdurig gebruik van de remmen om te voorwerpen zo dicht mogelijk bij de as en koelvloeistoftemperatuur.
  • Pagina 197 Rijden Starten - afzetten van de motor, normale sleutel, sleutel met afstandsbediening Contactslot Starten met de sleutel De parkeerrem moet zijn aangetrokken. F Als uw auto is uitgerust met een elektronisch gestuurde versnellingsbak, zet dan de selectiehendel in de stand N en trap vervolgens het rempedaal stevig in.
  • Pagina 198 Rijden Het verklikkerlampje gaat niet branden Als de motor niet onmiddellijk aanslaat, zet als de motor al op bedrijfstemperatuur dan het contact uit. is. Neem afhankelijk van de Wacht enige tijd alvorens opnieuw te weersomstandigheden de volgende starten. Als na enkele startpogingen de voorschriften in acht: motor nog steeds niet is aangeslagen, Laat bij gematigde temperaturen de...
  • Pagina 199 Rijden Afzetten met de sleutel Om te voorkomen dat de pedalen Neem bij het verlaten van de auto de blijven hangen: sleutel mee en vergrendel de portieren. F Zet de auto stil. gebruik uitsluitend matten die op de Verlaat om veiligheidsredenen bevestigingen van de auto passen;...
  • Pagina 200 Rijden Starten - afzetten van de motor, "Keyless entry and start" Starten F Druk vervolgens op de knop "START/STOP". F Als uw auto is uitgerust met een Het stuurslot wordt ontgrendeld en de motor automatische transmissie, zet dan de wordt bijna onmiddellijk gestart. selectiehendel in de stand P en houd F Zorg ervoor dat de afstandsbediening zich vervolgens het rempedaal stevig ingetrapt.
  • Pagina 201 Rijden Afzetten Contact aanzetten De afstandsbediening van het "Keyless entry and start"-systeem moet zich in (zonder te starten) de detectiezone bevinden. F Zet de auto stil. Verlaat de auto nooit bij draaiende F Druk op de knop "START/ motor terwijl u de afstandsbediening op STOP"...
  • Pagina 202 Rijden F Houd de afstandsbediening tegen de Noodprocedure voor het starten Als de afstandsbediening noodsleutellezer. niet wordt herkend Als de auto de elektronische sleutel niet F Als uw auto is uitgerust met een herkent in het detectiegebied doordat de handgeschakelde versnellingsbak, zet dan de batterij van de afstandsbediening leeg is, kan versnellingshendel in de neutraalstand en trap de noodsleutellezer links achter het stuurwiel...
  • Pagina 203 Rijden Diefstalbeveiliging Parkeerrem Elektronische startbeveiliging Aantrekken Stuur bij het parkeren van de auto, zeker wanneer deze zwaar is beladen, In de sleutels is een chip aangebracht die over een F Trap het rempedaal in en trek de hefboom op een helling de voorwielen in geheime code beschikt.
  • Pagina 204 Rijden Hill Start Assist Dit systeem houdt bij het wegrijden op een helling uw auto ongeveer 2 seconden op zijn plaats. In die tijd kunt u uw voet van het rempedaal naar het gaspedaal verplaatsen. Het systeem is alleen actief: als de auto volledig stilstaat met het rempedaal ingedrukt, als het bestuurdersportier is gesloten.
  • Pagina 205 Rijden Handgeschakelde Handgeschakelde 6-versnellingsbak 5-versnellingsbak Inschakelen van de Inschakelen van de 5 of de Inschakelen van de achteruitversnelling versnelling achteruitversnelling F Trap het koppelingspedaal volledig F Beweeg de versnellingshendel zo ver F Trek de ring onder de pookknop omhoog in en zet de versnellingshendel in de mogelijk naar rechts om de 5 of de en beweeg de versnellingshendel eerst...
  • Pagina 206 Rijden Opschakelindicator Dit systeem adviseert de bestuurder op te schakelen om het brandstofverbruik te verminderen. Afhankelijk van de rijomstandigheden en de uitrusting Voorbeeld: van uw auto kan het systeem u adviseren één of meer versnellingen op te schakelen. U kunt deze aanwijzingen opvolgen zonder de tussenliggende versnellingen in te hoeven schakelen.
  • Pagina 207 Rijden Automatische transmissie De stand N kunt u gebruiken in een file of bij het wassen van de auto in een Bij deze automatische transmissie met Selectiehendel automatische wasstraat. 6 versnellingen kunt u kiezen voor automatisch of handmatig schakelen. Bij het bedienen van de selectiehendel Deze transmissie heeft dus twee is het om veiligheidsredenen raadzaam gebruiksmogelijkheden:...
  • Pagina 208 Rijden Weergave op het instrumentenpaneel Wegrijden Als de aanduiding P wordt weergegeven op het instrumentenpaneel terwijl de selectiehendel in een andere stand staat, dient u de selectiehendel in de stand P te zetten om te kunnen starten. Als tijdens het rijden per ongeluk de stand N wordt geselecteerd, laat het motortoerental dan zakken tot stationair toerental, zet de selectiehendel in de stand D en trap het gaspedaal weer in.
  • Pagina 209 Rijden Automatisch Handmatig schakelen Kruipfunctie (rijden schakelprogramma zonder gasgeven) Dankzij deze functie verloopt het rijden op lage F Selecteer de stand D om snelheid soepeler (inparkeren, filerijden, ...). automatisch te laten schakelen Als de motor draait, de parkeerrem is vrijgezet tussen de zes versnellingen.
  • Pagina 210 Rijden Op het instrumentenpaneel verschijnt de Handmatig schakelen In een steile en/of lange afdaling is het aanduiding M en verschijnen achtereenvolgens om de remmen te ontzien raadzaam de ingeschakelde versnellingen. om af te remmen op de motor (schakel terug of blijf in een lage versnelling F U kunt op elk moment rijden).
  • Pagina 211 Rijden Parkeren van de auto Wanneer de auto zwaar beladen is en u De automatische transmissie kan deze op een steile helling parkeert, houd beschadigd raken: dan het rempedaal ingetrapt, selecteer als u het gaspedaal en het de stand P, trek de parkeerrem aan en rempedaal gelijktijdig intrapt laat vervolgens het rempedaal weer los.
  • Pagina 212 Rijden Elektronisch gestuurde versnellingsbak Selectiehendel Flippers aan de stuurkolom Bij deze elektronisch gestuurde versnellingsbak kunt u kiezen tussen het comfort van de automatische bediening en handmatig schakelen. Deze transmissie heeft twee gebruiksmogelijkheden: automatische bediening, waarbij het op- en terugschakelen volledig automatisch wordt geregeld, zonder dat de bestuurder iets hoeft te doen, handmatige bediening, waarbij de...
  • Pagina 213 Rijden Weergave op het instrumentenpaneel Starten van de auto Automatisch schakelprogramma F Selecteer de stand N. F Houd het rempedaal ingetrapt. F Selecteer bij draaiende motor de stand A F Start de motor. om het automatische schakelprogramma in Op het display van het te schakelen.
  • Pagina 214 Rijden Zelf schakelen (tijdelijk) Handmatig schakelen Het is niet noodzakelijk om bij het schakelen het gaspedaal los te laten. Bij het remmen of het verminderen van de snelheid schakelt de versnellingsbak automatisch terug, zodat de juiste versnelling is geselecteerd op het moment dat u het gaspedaal weer intrapt.
  • Pagina 215 Rijden Achteruitversnelling Stilzetten van de auto Storing Selecteer de achteruitversnelling (stand R) uitsluitend als de auto volledig stilstaat en de Als de aanduiding A of AUTO bij het aanzetten voet op het rempedaal wordt gehouden. van het contact gaat knipperen, in combinatie met een geluidssignaal en een melding, duidt dit op een storing in de versnellingsbak.
  • Pagina 216 Rijden Stop & Start Overgang naar de Stop & Start-teller STOP-stand Het Stop & Start-systeem zet de motor (minuten/seconden of uren/minuten) tijdelijk af (STOP-stand) als u stopt (bij rood Bij auto's met een handgeschakelde Als uw auto is uitgerust met licht, opstoppingen enz.).
  • Pagina 217 Rijden Bijzonderheden: STOP-stand niet Overgang naar de Bijzonderheden: automatisch activeren van de START-stand beschikbaar START-stand De STOP-stand wordt niet geactiveerd onder De START-stand wordt automatisch Bij een auto met een handgeschakelde bepaalde bijzondere omstandigheden (met geactiveerd onder bepaalde bijzondere versnellingsbak dooft het verklikkerlampje betrekking tot bijvoorbeeld de laadtoestand omstandigheden (met betrekking tot "ECO"...
  • Pagina 218 Rijden Uitschakelen / inschakelen Met touchscreen Openen van de motorkap Schakel omwille van uw veiligheid het Met autoradio Stop & Start-systeem altijd uit alvorens werkzaamheden onder de motorkap uit te voeren om verwondingen als gevolg Open het menu Rijden en activeer/deactiveer van het automatisch inschakelen van de "Stop and Start-systeem".
  • Pagina 219 Rijden Storing Afhankelijk van de uitvoering van uw auto: Het Stop & Start-systeem maakt gebruik van een speciale 12V-accu. Bij een storing in het systeem gaat dit verklikkerlampje op het instrumentenpaneel knipperen. Laat werkzaamheden aan dit type accu uitsluitend uitvoeren door Het lampje van deze knop knippert en het CITROËN-netwerk of een er wordt een melding weergegeven in...
  • Pagina 220 Rijden Head-up display Schakelaars Inschakelen/uitschakelen Systeem dat bepaalde informatie op een getint scherm projecteert, in het directe gezichtsveld van de bestuurder zodat deze zijn ogen niet van de weg hoeft af te wenden. Informatie op het head-up display Aan. F Druk bij draaiende motor op de toets 1 om het 2.
  • Pagina 221 Rijden Hoogteverstelling Regelen van de lichtsterkte Het is raadzaam de toetsen uitsluitend bij stilstaande auto te bedienen. Leg nooit voorwerpen rondom het scherm (of in de uitsparing) zodat het uitklappen en de goede werking van het scherm niet verhinderd worden. Bij bepaalde weersomstandigheden (regen en/of sneeuw, zeer zonnig weer, ...) kan de informatie op het head-up display...
  • Pagina 222 Rijden Snelheden opslaan F Selecteer de functie waarvoor u nieuwe Met behulp van deze functie kunt u U kunt de opgeslagen snelheden opslaan die u vervolgens snelheden wilt opslaan: snelheden weergeven door op kunt gebruiken voor de configuratie van deze toets te drukken. de twee functies snelheidsbegrenzer ●...
  • Pagina 223 Rijden Snelheidslimietherkenning De automatische snelheidslimietherkenning is een rijhulpsysteem. Het systeem geeft niet Werkingsprincipes altijd de juiste snelheidslimiet aan. De op de borden langs of boven de weg weergegeven snelheidslimieten gaan altijd Afhankelijk van de uitvoering voor de door het systeem weergegeven gebruikt het systeem de informatie snelheden.
  • Pagina 224 Rijden Weergave op het instrumentenpaneel Weergave van de snelheid Inschakelen/uitschakelen Deze functie kan worden in- en uitgeschakeld via het configuratiemenu van de auto. Met autoradio Het systeem is ingeschakeld maar ontvangt geen informatie over de snelheidslimiet. Open het menu "Persoonlijke instelling - configuratie"...
  • Pagina 225 Rijden Grenzen van het systeem Opslaan van de snelheidslimiet Stuurkolomschakelaars als ingestelde snelheid De regelgeving met betrekking tot snelheidslimieten verschilt per land. Deze geheugenfunctie vormt een Het systeem houdt geen rekening met lagere aanvulling op de weergave van de snelheidslimieten die in de volgende gevallen Snelheidslimietherkenning.
  • Pagina 226 Rijden Weergave op het instrumentenpaneel Opslaan F Als de snelheidsbegrenzer/ F Druk nogmaals op deze knop snelheidsregelaar wordt ingeschakeld, om deze nieuwe ingestelde worden de desbetreffende gegevens snelheid te bevestigen. weergegeven. Weergave op het head-up display Als een verkeersbord wordt gedetecteerd, geeft het systeem de snelheidslimiet weer.
  • Pagina 227 Rijden Snelheidsbegrenzer ("LIMIT") Weergave op het instrumentenpaneel De snelheidsbegrenzer voorkomt dat de auto de door de bestuurder ingestelde maximumsnelheid overschrijdt. Als de ingestelde maximumsnelheid is bereikt, Bediening op het stuurwiel heeft het dieper intrappen van het gaspedaal geen effect. De ingestelde maximumsnelheid blijft na het afzetten van het contact opgeslagen in het geheugen.
  • Pagina 228 Rijden Inschakelen / Pause Instellen van de Trap het gaspedaal voorbij de maximumsnelheid (instelling) weerstand in om de ingestelde Om de snelheidsbegrenzer te kunnen inschakelen moet snelheid tijdelijk te overschrijden. de ingestelde snelheid minimaal 30 km/h bedragen. Er kan een snelheid worden ingesteld zonder Het onderbreken van de snelheidsbegrenzer geschiedt de begrenzer in te schakelen.
  • Pagina 229 Rijden Tijdelijk overschrijden van Storing de ingestelde snelheid F Trap het gaspedaal met kracht in tot voorbij het zware punt om de ingestelde snelheid te overschrijden. De werking van de snelheidsregelaar wordt Het knipperen van streepjes wijst op een storing tijdelijk onderbroken en de weergegeven in de snelheidsbegrenzer.
  • Pagina 230 Rijden Snelheidsregelaar ("CRUISE") Bediening aan de stuurkolom Met behulp van de snelheidsregelaar kan de Na het afzetten van het contact worden bestuurder met een constante ingestelde alle ingestelde snelheden gewist. snelheid rijden zonder gas te hoeven geven. Bij het gebruik van de snelheidsregelaar moet de bestuurder te allen tijde de snelheidslimiet in acht nemen en zijn aandacht op het verkeer blijven vestigen.
  • Pagina 231 Rijden Weergave op het instrumentenpaneel Inschakelen Door het gaspedaal in te trappen, kan de ingestelde snelheid tijdelijk worden Het inschakelen van de snelheidsregelaar overschreden. geschiedt handmatig: daarvoor moet de auto Om weer terug te keren naar de met een snelheid van minstens 40 km/h rijden. ingestelde snelheid is het voldoende Bij een auto met handgeschakelde het gaspedaal los te laten tot de...
  • Pagina 232 Rijden Wijzigen van de oorspronkelijke Onderbreken (ingestelde) snelheid Het onderbreken van de snelheidsregelaar Als de snelheidsregelaar is ingeschakeld, kunt geschiedt handmatig met de toets, door het u vervolgens de snelheid wijzigen: rem- of koppelingspedaal in te trappen of met behulp van de toetsen 2 of 3: om veiligheidsredenen, door activering van F herhaaldelijk kort indrukken om te de ESC.
  • Pagina 233 Rijden Overschrijden van de Storing Let tijdens het gebruik van de ingestelde snelheid snelheidsregelaar op wanneer u de snelheid met de toetsen instelt; dit kan Als de ingestelde snelheid wordt overschreden, een plotselinge verandering van de gaat de weergegeven snelheid knipperen. wagensnelheid veroorzaken.
  • Pagina 234 Rijden Adaptieve snelheidsregelaar ("CRUISE") Dit systeem zorgt ervoor dat de auto Bediening aan de stuurkolom automatisch de door de bestuurder ingestelde snelheid aanhoudt. Standaard is de afstand tot de Bovendien kan dit systeem (wanneer de voorligger ingesteld op "Normaal". situatie dit toelaat) een bepaalde afstand, Zo niet, dan wordt de laatst ingestelde die u zelf kunt selecteren, tussen uw auto waarde gebruikt bij het inschakelen van...
  • Pagina 235 Rijden De adaptieve snelheidsregelaar moet worden Weergave op het instrumentenpaneel Inschakelen geselecteerd in het menu Rijden. De adaptieve snelheidsregelaar moet handmatig worden ingeschakeld, daarbij moet de wagensnelheid tussen 40 km/h en 150 km/h liggen. Als de ingestelde snelheid hoger is dan 150 km/h, gaat de adaptieve snelheidsregelaar automatisch over op een conventionele snelheidsregeling (zonder automatische...
  • Pagina 236 Rijden Wijzigen van alleen de Afstand tot voorligger kruissnelheid Als de regelaar is ingeschakeld, kunt u vervolgens de ingestelde kruissnelheid op de volgende manieren wijzigen: met de toets 2 of 3: F herhaaldelijk kort indrukken om te Met behulp van een radar aan de voorzijde van wijzigen in stappen van + of - 1 km/h, de auto, die een bereik heeft van ongeveer F ingedrukt houden om te wijzigen in...
  • Pagina 237 Rijden Wijzigen van de afstand tot de Onderbreken Als de afstandsradar een voorligger signaleert voorligger en de geselecteerde snelheid te hoog ligt ten opzichte van die van deze voorligger, wordt het systeem niet geactiveerd en wordt de waarschuwingsmelding "Inschakelen geweigerd, omstandigheden ongeschikt" weergegeven tot de omstandigheden voldoende veilig zijn voor de activering van het systeem.
  • Pagina 238 Rijden Rijomstandigheden en bijbehorende waarschuwingen In de volgende tabel worden de bij bepaalde rijomstandigheden weergegeven waarschuwingen en meldingen beschreven. Deze waarschuwingen worden niet opeenvolgend weergegeven. Pictogram Bijbehorende melding Toelichting Geen voertuig gedetecteerd: het systeem werkt als een normale snelheidsregelaar. Detectie van een voertuig op de grens van het bereik van de radar: het systeem werkt als een normale snelheidsregelaar.
  • Pagina 239 Rijden Beperkingen van de werking Als de adaptieve snelheidsregelaar automatisch wordt onderbroken, kan Als het verschil tussen de ingestelde deze pas weer worden geactiveerd als snelheid en de snelheid van de voorligger weer aan alle veiligheidsvoorwaarden groter is dan 30 km/h, werkt het systeem wordt voldaan.
  • Pagina 240 Rijden Storing De adaptieve snelheidsregelaar werkt Let tijdens het gebruik van de adaptieve zowel overdag als 's nachts, ook bij mist snelheidsregelaar op wanneer u de en matige regen. snelheid met de toetsen instelt; dit kan In het geval van een storing van de adaptieve een plotselinge verandering van de snelheidsregelaar wordt u gewaarschuwd door wagensnelheid veroorzaken.
  • Pagina 241 Rijden Waarschuwing kans op aanrijding en Werkingsvoorwaarden Active Safety Brake Het systeem Waarschuwing kans op aanrijding werkt: bij een van een kentekenplaat voorzien voertuig dat in dezelfde rijrichting rijdt of staat, bij voetgangers, als de wagensnelheid minimaal 7 km/h is (de functie wordt uitgeschakeld als de snelheid daalt tot 5 km/h).
  • Pagina 242 Rijden Het systeem Active Safety Brake werkt niet: Werkingslimieten Waarschuwing kans op als de voorbumper van de auto is aanrijding In de volgende gevallen is het raadzaam beschadigd, de functie uit te schakelen via het Afhankelijk van de door het systeem gedetecteerde binnen 10 seconden na de laatste keer dat configuratiemenu van de auto: kans op een aanrijding en de geselecteerde...
  • Pagina 243 Rijden Instellen van de stand voor de Met autoradio Niveau 2: waarschuwing door middel activering van de waarschuwing van visuele signalen en geluidssignalen die aangeeft dat een aanrijding dreigt. De stand voor de activering van de Er wordt een melding weergegeven om waarschuwing is bepalend voor de manier de bestuurder aan te sporen te remmen.
  • Pagina 244 Rijden Als de radar en de camera de aanwezigheid Active Safety Brake Als het systeem in werking is, kunnen van een voertuig of een voetganger hebben er lichte trillingen voelbaar zijn in het bevestigd, knippert dit verklikkerlampje als rempedaal. het systeem wordt geactiveerd. Als de auto volledig tot stilstand is Belangrijk: als het automatische gekomen, blijven de remmen automatisch...
  • Pagina 245 Rijden Uitschakelen / inschakelen Storing Intelligente van de waarschuwing en noodremassistentie (AFUi) het remmen In het geval van een storing wordt u Wanneer de bestuurder onvoldoende gewaarschuwd door het branden van Standaard wordt de functie automatisch afremt om de aanrijding te voorkomen, dit verklikkerlampje in combinatie met ingeschakeld als de motor wordt gestart.
  • Pagina 246 Rijden Als een van de twee sensoren (camera Reinig het gedeelte van de voorruit voor of radar) is afgedekt of een beperkt de camera regelmatig. bereik heeft terwijl de andere normaal Laat geen sneeuw op de motorkap werkt, blijft het systeem werken maar of op het dak liggen, omdat de minder nauwkeurig dan normaal.
  • Pagina 247 Rijden Lane Departure Warning System (LDWS) Detectie - Waarschuwing Inschakelen/uitschakelen U wordt gewaarschuwd door het Deze functie kan worden in- en uitgeschakeld knipperen van dit verklikkerlampje via het configuratiemenu van de auto. op het instrumentenpaneel in combinatie met een geluidssignaal. Met autoradio Het systeem waarschuwt niet als de richtingaanwijzer is ingeschakeld en...
  • Pagina 248 Rijden Met touchscreen Storing Er kunnen storingen in de signalering optreden: als de rijstrookmarkeringen weggesleten zijn en er weinig contrast is tussen het Afhankelijk van de uitvoering van uw auto: wegdek en de markeringen, als de voorruit vuil is, Het lampje van deze knop knippert. onder bepaalde extreme Open het menu Rijden en activeer/deactiveer weersomstandigheden: mist, zware...
  • Pagina 249 Rijden Detectie verslapping aandacht Inschakelen/uitschakelen Deze functie kan worden in- en uitgeschakeld Het is raadzaam om een pauze te nemen Het systeem geeft een waarschuwing via het configuratiemenu van de auto. wanneer u zich moe voelt. Pauzeer in elk geval zodra het detecteert dat de bestuurder elke twee uur.
  • Pagina 250 Rijden Zodra het systeem heeft bepaald dat de koers van Waarschuwing verslapping aandacht bestuurder Onder bepaalde omstandigheden de auto op een zekere mate van vermoeidheid of (slecht wegdek of harde windstoten) Afhankelijk van de uitvoering wordt het systeem aandachtsverslapping van de bestuurder wijst, wordt kan het systeem waarschuwingen "Waarschuwing overschrijding rijtijd"...
  • Pagina 251 Rijden Dodehoekbewaking Indien een voertuig - een (motor) fiets, een auto of een vrachtwagen - zich in de dode hoek van de auto bevindt, zal er een waarschuwingslampje gaan branden in de linker- of rechterbuitenspiegel (afhankelijk van de situatie) onder de volgende voorwaarden: alle voertuigen gaan dezelfde kant op en rijden op aangrenzende rijstroken, de snelheid van uw auto ligt tussen...
  • Pagina 252 Rijden Inschakelen/uitschakelen Deze functie kan worden in- en uitgeschakeld via het configuratiemenu van de auto. Met autoradio Er wordt geen waarschuwingssignaal bij het inhalen van of ingehaald worden afgegeven in de volgende situaties: door een zeer lang voertuig (vrachtwagen, voor stilstaande objecten (geparkeerde autobus...) die én in de dode hoek auto's, vangrails, lantaarnpalen, borden...), achter wordt gedetecteerd én zich in het...
  • Pagina 253 Rijden Met touchscreen Storing Afhankelijk van de uitrusting van uw auto: Bij slechte weersomstandigheden (zware regen, hagel enz.) kan het systeem tijdelijk minder nauwkeurig Open het menu Rijden en activeer/deactiveer werken. "Dodehoekbewaking". Vooral het rijden op een nat wegdek Een storing wordt aangegeven door het of van een droog wegdek op een nat knipperen van dit (deze) verklikkerlampje(s).
  • Pagina 254 Rijden Grafische weergave Parkeerhulp Parkeerhulp achter De functie wordt geactiveerd zodra de achteruitversnelling wordt ingeschakeld. Dit wordt bevestigd door een geluidssignaal. Zodra de achteruitversnelling wordt uitgeschakeld, is de functie niet meer actief. Geluidssignalen Deze functie signaleert met behulp van De grafische weergave is een aanvulling sensoren in de bumper obstakels in de op het geluidssignaal.
  • Pagina 255 Rijden Parkeerhulp vóór Uitschakelen/inschakelen Storing De functie kan worden uitgeschakeld of ingeschakeld via het configuratiemenu van de Als bij het inschakelen van de achteruitversnelling auto. een storing wordt gesignaleerd, gebeurt afhankelijk van de uitvoering het volgende: De functie wordt automatisch uitgeschakeld Dit verklikkerlampje gaat branden als een aanhanger wordt aangekoppeld en er verschijnt een melding, in...
  • Pagina 256 Rijden Achteruitrijcamera met weergave op het binnenspiegelglas Als de achterklep of de achterdeur (afhankelijk van de uitvoering) wordt geopend, kan de weergave worden verstoord. Als een achterdeur is geopend, houd er dan rekening mee dat de deur uitsteekt achter de auto. Het is normaal dat de beelden vervormd zijn.
  • Pagina 257 Rijden Tijdens het achteruitrijden registreert het 180°-camerasysteem achter systeem met behulp van de camera's achter de omgeving van de auto. Er wordt in realtime een birdview-beeld samengesteld van de nabije omgeving van de auto (tussen de blauwe haken) dat tijdens de manoeuvre permanent wordt aangepast.
  • Pagina 258 Rijden Beelden van de omgeving achter de auto "180°-beeld" "Ingezoomd beeld" (samengesteld) Als de achteruitversnelling wordt ingeschakeld, wordt de camera op de achterklep of de achterdeur geactiveerd. "Standaardbeeld" Dankzij het 180°-beeld kunt u bij het achteruit Tijdens het achteruitrijden slaat de camera de uit een parkeerplaats rijden anticiperen op beelden van de omgeving op.
  • Pagina 259 Rijden Een melding (in het Engels) geeft aan dat u Wanneer het submenu wordt weergegeven, "Modus AUTO" de omgeving van de auto moet controleren kunt u een van de vier beeldopties kiezen: voordat u de manoeuvre uitvoert. "Standaardbeeld". Inschakelen "180°-beeld". Het systeem wordt automatisch ingeschakeld als de achteruitversnelling wordt ingeschakeld.
  • Pagina 260 Rijden Bandenspanningscontrolesysteem Dit systeem controleert automatisch de bandenspanning tijdens het rijden. Het bandenspanningscontrolesysteem is niet De voor uw auto voorgeschreven Het systeem bewaakt de spanning van de vier meer dan een hulpmiddel, hetgeen inhoudt bandenspanning vindt u op de sticker met banden zodra de auto begint te rijden.
  • Pagina 261 Rijden Waarschuwing te lage bandenspanning Resetten Elke keer nadat u een of meer banden op F Gebruik in het geval van een lekke band U krijgt deze waarschuwing als dit spanning hebt gebracht en na het verwisselen lampje blijft branden in combinatie de bandenreparatieset of het reservewiel van een of meer wielen, moet u het systeem met een geluidssignaal en, volgens...
  • Pagina 262 Rijden Met autoradio Storing Selecteer in het menu "Persoonlijke Als het waarschuwingslampje te lage instelling - configuratie" de optie bandenspanning gaat knipperen en vervolgens "Initialisatie bandenspanningscontrole". blijft branden in combinatie met het lampje Service, wijst dit op een storing in het systeem. In dat geval werkt de bandenspanningscontrole mogelijk niet goed.
  • Pagina 263 Praktische informatie Brandstoftank Inhoud van de brandstoftank: ongeveer 69 liter. Openen Tanken Tank meer dan 8 liter brandstof om er voor te zorgen dat de stijging van het brandstofniveau wordt weergegeven op de brandstofmeter. Tijdens het openen van de tankdop kan een geluid van aangezogen lucht hoorbaar zijn.
  • Pagina 264 Praktische informatie Tankbeveiliging diesel Uw auto is voorzien van een katalysator, die de schadelijke bestanddelen in de uitlaatgassen vermindert. Dit mechanisme is aangebracht in auto's met een dieselmotor, waardoor het onmogelijk is om benzine te tanken. Hiermee wordt schade Indien u per vergissing de verkeerde aan de motor, ontstaan door het tanken van de verkeerde brandstof, voorkomen.
  • Pagina 265 Praktische informatie Brandstof voor Het vullen van de brandstoftank met behulp van een dieselmotoren jerrycan is wel mogelijk, maar doe dit met beleid. Houd de tuit van de jerrycan recht en druk deze niet tegen de klep van de tankbeveiliging, om ervoor te zorgen dat de brandstof netjes in de vulopening stroomt.
  • Pagina 266 Praktische informatie Gebruik uitsluitend kettingen die geschikt zijn Sneeuwkettingen Montagetips voor het type velg van uw auto. F Als u onderweg sneeuwkettingen moet Onder winterse omstandigheden verbeteren monteren, zet de auto dan langs de kant sneeuwkettingen de tractie en het remgedrag van de weg stil op een vlakke ondergrond.
  • Pagina 267 Praktische informatie Trekken van een aanhanger Wij raden u aan gebruik te maken van een speciaal door CITROËN geteste en goedgekeurde trekhaak inclusief bedrading en deze door het CITROËN- netwerk of een gekwalificeerde werkplaats te laten monteren. Als de trekhaak wordt gemonteerd door een bedrijf dat niet tot het CITROËN- netwerk behoort, moet de montage altijd volgens de voorschriften van de...
  • Pagina 268 Praktische informatie Eco-mode Spaarfase De eco-mode bepaalt de maximale gebruiksduur van een aantal functies om te voorkomen dat de De spaarfase stuurt de elektrische functies van accu ontladen raakt. de auto aan om het ontladen van de accu te Nadat de motor is afgezet, kunt u een aantal elektrische functies zoals het audio- en voorkomen.
  • Pagina 269 Praktische informatie Accessoires "Styling" Wieldoppen, sierdoppen voor velgen, Een ruime keuze aan accessoires en originele onderdelen wordt u aangeboden door het CITROËN-netwerk. dorpellijsten, pookknoppen, ... Deze accessoires en onderdelen zijn volledig aangepast aan uw auto, zijn voorzien van een artikelnummer en beschikken over de garantie van CITROËN.
  • Pagina 270 Praktische informatie "Multimedia" Dakstangen/imperiaal Smartphonehouder, semi geïntegreerde tablethouder of navigatiesysteemhouder, gamma autoradio's en portable navigatiesystemen, zwarte doos, Bluetooth handsfree set, DVD-speler, multimediahouder, rijhulpsystemen, voertuigvolgsysteem, ... U kunt bij het CITROËN-netwerk ook terecht voor het aanschaffen van producten voor reiniging, onderhoud (interieur en exterieur), waaronder Gebruik bij het monteren van dakstangen de Monteer een imperiaal op de daarvoor...
  • Pagina 271 Praktische informatie Wisserbladen vervangen Voordat u een wisserblad Monteren demonteert F Breng het nieuwe wisserblad aan en klik het vast. F Zet de ruitenwisserarm voorzichtig terug. Na het monteren van een wisserblad vóór F Zet het contact aan. F Bedien nogmaals de ruitenwisserschakelaar om de ruitenwissers in de ruststand te zetten.
  • Pagina 272 Praktische informatie TOTAL & CITROËN Partners in prestaties en respect voor het milieu Innovatie voor nog betere prestaties Sinds meer dan 40 jaar ontwikkelen de Research & Development-teams van TOTAL voor CITROËN smeermiddelen die geschikt zijn voor de nieuwste technologieën die in auto’s van het merk CITROËN worden toegepast, zowel voor wedstrijddoeleinden als gebruik in het dagelijkse leven.
  • Pagina 273 Praktische informatie Motorkap Openen F Open het portier. Schakel het Stop&Start-systeem altijd uit als u handelingen onder de motorkap wilt uitvoeren, om letsel door het automatisch activeren van de START-stand te voorkomen. F Trek de hendel aan de onderzijde van het portierkader naar u toe.
  • Pagina 274 Praktische informatie Dieselmotor Reservoir ruiten- en koplampsproeiers. 2. Reservoir koelvloeistof. 3. Motorolie (bij)vullen. 4. Oliepeilstok. 5. Handopvoerpomp*. 6. Vulopening remvloeistof. Accu. 8. Afzonderlijk massapunt (aansluiting "-"). Zekeringkast. 10. Reservoir stuurbekrachtigingsvloeistof. 11. Luchtfilter. De afbeelding van deze motor dient als voorbeeld. De plaats van de oliepeilstok en de olievuldop is afhankelijk van de motoruitvoering.
  • Pagina 275 Praktische informatie Niveaus controleren Controleer deze niveaus regelmatig en respecteer de voorwaarden zoals vermeld in het onderhoudsschema van de fabrikant. Vul indien nodig bij, tenzij anders aangegeven. Laat in het geval van een sterk gedaald niveau het desbetreffende circuit controleren door het CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats. Let bij werkzaamheden onder de motorkap goed op, want bepaalde delen van de motor kunnen zeer heet zijn (kans op brandwonden) en de motorventilateur kan ieder moment aanslaan (zelfs bij afgezet contact).
  • Pagina 276 Praktische informatie Eigenschappen van de olie Olie verversen Koelvloeistofniveau Controleer voordat u olie bijvult of ververst of Raadpleeg het onderhoudsschema van de de motorolie die u wilt gebruiken overeenkomt fabrikant voor het verversingsinterval voor uw Het koelvloeistofniveau dient zich zo dicht met de door de fabrikant aanbevolen motorolie auto.
  • Pagina 277 Praktische informatie Niveau ruiten- en Niveau brandstofadditief Het controleren en bijvullen moet altijd koplampsproeiervloeistof (diesel met roetfilter) worden uitgevoerd bij koude motor. Een te laag koelvloeistofniveau kan Wanneer uw auto is voorzien van leiden tot ernstige motorschade. Een te laag additiefniveau koplampsproeiers, wordt een te laag wordt aangegeven door dit vloeistofniveau van de ruiten- en...
  • Pagina 278 Praktische informatie Controles Roetfilter (diesel) Als het roetfilter vervuild is, wordt Raadpleeg, tenzij anders aangegeven, het onderhoudsschema van de fabrikant dat betrekking heeft u hierop geattendeerd door het op de motoruitvoering van uw auto voor het controleren van bepaalde onderdelen. tijdelijk branden van dit lampje in Laat de controles eventueel uitvoeren door het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 279 Praktische informatie Handgeschakelde versnellingsbak Handrem Staat van remschijven De versnellingsbak is onderhoudsvrij Als de handrem een te grote slag (olie verversen niet noodzakelijk). heeft of als het systeem minder goed Raadpleeg het CITROËN-netwerk of Raadpleeg het onderhoudsschema werkt, moet de handrem, zelfs tussen een gekwalificeerde werkplaats voor van de fabrikant voor de periodieke twee onderhoudsbeurten door,...
  • Pagina 280 Praktische informatie ® AdBlue en SCR-systeem Als het AdBlue ® -reservoir leeg is, zorgt een wettelijk verplicht systeem ervoor voor BlueHDi-dieselmotoren dat de motor niet opnieuw kan worden gestart. De AdBlue ® bevindt zich in een specifiek Als het SCR-systeem niet goed werkt, reservoir.
  • Pagina 281 Praktische informatie ® Gebruik uitsluitend AdBlue ® die aan de norm Bijvullen van AdBlue Gebruiksvoorschriften ISO 22241 voldoet. AdBlue ® is een oplossing op ureumbasis. Deze vloeistof is onontvlambaar, kleurloos en ® Het AdBlue -reservoir moet bij elke periodieke geurloos (indien koel bewaard). Verdun de AdBlue ®...
  • Pagina 282 Praktische informatie Voorschriften voor opslag Procedure AdBlue ® bevriest bij temperaturen lager dan Controleer voordat u gaat bijvullen of de auto ongeveer -11°C en verliest zijn kwaliteit bij op een vlakke en horizontale ondergrond staat. temperaturen vanaf 25°C. Het is raadzaam de flacons koel en buiten direct zonlicht te F Zet het contact af en verwijder de sleutel of bewaren.
  • Pagina 283 Praktische informatie Belangrijk: als u additief hebt Spoel gemorst additief onmiddellijk weg met koud water of veeg het weg met bijgevuld nadat het reservoir leeg een vochtige doek. is geraakt, aangegeven door de Als het additief is gekristalliseerd, melding "Vul brandstof- additief bij: verwijder het dan met een spons en Starten geblokkeerd", dient u ongeveer warm water.
  • Pagina 284 Storingen verhelpen Gevarendriehoek (opbergen) Gereedschapskist Toegang Deze veiligheidsuitrusting vormt een aanvulling op de Op de weg plaatsen van de alarmknipperlichten. gevarendriehoek Elke auto moet zijn voorzien van een gevarendriehoek. Voordat u uit de auto stapt om de gevarendriehoek uit te vouwen en te plaatsen moet u de alarmknipperlichten inschakelen en uw reflecterende veiligheidsvest aantrekken.
  • Pagina 285 Storingen verhelpen F Om de gereedschapskist langs de stang 1 te Verwijderen Openen bewegen: beweeg de gereedschapskist iets omhoog en duw hem vervolgens helemaal naar achteren. F Druk op de grendels A en schuif ze naar F Maak de haakjes B van het deksel los en open het F Als de gereedschapskist helemaal in het midden om de gereedschapskist te deksel om bij het gereedschap te kunnen komen.
  • Pagina 286 Storingen verhelpen Bij auto's met een Bij auto's met een Dit gereedschap is specifiek voor bandenreparatieset reservewiel uw auto en is afhankelijk van de uitrusting. Gebruik het niet voor andere doeleinden. 12V-compressor. Wielsleutel. De compressor bevat een Hiermee kunnen de wielbouten worden afdichtingsproduct voor het tijdelijk verwijderd en kan de krik worden uit- en repareren van een band.
  • Pagina 287 Storingen verhelpen Bandenreparatieset Deze set bestaat uit een compressor en een Beschikbaar gereedschap flacon met afdichtmiddel. Dit gereedschap is specifiek bestemd voor uw auto, gebruik Hiermee kunt u de band tijdelijk repareren. het niet voor andere doeleinden. Afhankelijk van de uitvoering U kunt vervolgens naar de dichtstbijzijnde is uw auto voorzien van het volgende gereedschap.
  • Pagina 288 Storingen verhelpen Beschrijving van de set A. Schakelaar stand "Reparatie" of "Op Flacon met afdichtmiddel. spanning brengen". G. Witte slang met dop voor de reparatie. B. Aan/uit schakelaar "I/O". H. Zwarte slang voor het op spanning C. Knop voor leeg laten lopen. brengen.
  • Pagina 289 Storingen verhelpen Reparatiemethode 1. Afdichting van het lek F Zet het contact af. F Rol de witte slang G volledig uit. F Sluit de stekker van de compressor aan op F Draai de dop van de witte slang los. de 12V-aansluiting in de auto. F Zet de schakelaar A in de stand F Sluit de witte slang aan op het ventiel van F Start de motor en laat deze draaien.
  • Pagina 290 Storingen verhelpen 2. Op spanning brengen F Verwijder de set en draai de dop van de witte slang vast. Zorg ervoor dat restanten van de vloeistof niet op of in de auto terecht kunnen komen. Houd de set binnen handbereik. F Activeer de compressor door de F Zet de schakelaar A in de stand schakelaar B in de stand "I"...
  • Pagina 291 Storingen verhelpen Uitnemen van de flacon F Berg de zwarte slang op. F Neem het gebogen aansluitstuk van de witte slang los. F Houd de compressor rechtop. F Sluit de stekker van de compressor weer F Breng de band met behulp van de F Draai de flacon aan de onderzijde los.
  • Pagina 292 Storingen verhelpen Controle / aanpassen bandenspanning U kunt de compressor, zonder inspuiting van het afdichtmiddel, ook gebruiken om uw bandenspanning te controleren of uw banden op spanning te brengen. F Sluit de stekker van de compressor aan op Als de spanning van een of meer de 12V-aansluiting van de auto.
  • Pagina 293 Storingen verhelpen Wiel verwisselen Toegang tot het gereedschap Beschikbaar gereedschap Dit gereedschap is specifiek voor uw auto en kan, afhankelijk van de uitvoering van uw auto, verschillen. Gebruik het niet voor andere doeleinden. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over slepen. De krik mag uitsluitend worden gebruikt voor het verwisselen van een wiel met een beschadigde band.
  • Pagina 294 Storingen verhelpen Toegang tot het reservewiel Verwijderen F Open de achterdeuren (of achterklep) om bij de in de dorpel geplaatste bout van de reservewielhouder te komen. F Het reservewiel is bereikbaar vanaf de F Als uw auto is uitgerust met een trekhaak, achterzijde van de auto.
  • Pagina 295 Storingen verhelpen Terugplaatsen F Haal de reservewielhouder los van de haak en plaats het reservewiel in de nabijheid F Plaats het wiel voor de reservewielhouder. van het te vervangen wiel. F Beweeg het reservewiel geleidelijk in de reservewielhouder door hem heen en weer (van links naar rechts) te bewegen tot het bevestigingsgedeelte van de haak vrij komt.
  • Pagina 296 Storingen verhelpen Demonteren van het wiel Stilzetten van de auto Zet de auto op een plaats waar het verkeer niet gehinderd wordt en zorg ervoor dat de auto op een horizontale, stabiele en stroeve ondergrond staat. Schakel bij een auto met een handgeschakelde versnellingsbak de eerste versnelling in en zet vervolgens het contact uit om de wielen te blokkeren.
  • Pagina 297 Storingen verhelpen F Verwijder de wielbouten en leg ze op een F Draai de krik 2 met de draaiknop uit tot de kop van de krik het steunpunt A of B raakt; het schone plaats weg. contactvlak van het steunpunt A of B moet goed in het middelste deel van de kop van de F Verwijder het wiel.
  • Pagina 298 Storingen verhelpen Monteren van het wiel F Plaats het wiel op de naaf. F Laat de krik zakken. F Draai de wielbouten met de hand vast. F Vouw de krik 2 op en verwijder hem. F Draai met de wielsleutel 1 en de dop 4 de slotbout (indien aanwezig) enigszins vast.
  • Pagina 299 Storingen verhelpen Na het verwisselen van het wiel Berg het wiel met de lekke band correct op in de reservewielhouder. Laat zo snel mogelijk het aanhaalmoment van de wielbouten en de bandenspanning van het reservewiel controleren door het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats. Laat de lekke band zo spoedig mogelijk repareren en verwissel hem met het reservewiel.
  • Pagina 300 Storingen verhelpen Een lamp vervangen Lampen Type C Type E Uw auto is voorzien van verschillende typen lampen. Verwijder ze als volgt: Type A Xenonlamp: het vervangen van een xenonlamp Halogeenlamp: duw de borgveer open en verwijder de lamp uit de lamphouder. moet worden uitgevoerd door het CITROËN- netwerk of door een gekwalificeerde Type D...
  • Pagina 301 Storingen verhelpen Verlichting vóór Halogeenlampen Xenonlampen Mistlampen vóór Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor Type D, H11-55W meer informatie over het vervangen van meer informatie over het vervangen van lampen en in het bijzonder de typen lampen. lampen en in het bijzonder de typen lampen.
  • Pagina 302 Storingen verhelpen Dagrijverlichting / parkeerlicht Zijknipperlicht De koplampunits zijn voorzien van glas van polycarbonaat met een speciale Type A, WY5W-5W (amberkleurig) vernislaag: F reinig de koplampen nooit met een droge of schurende doek en gebruik geen oplosmiddelen, F gebruik een spons met zeepwater of een pH-neutraal product, F wanneer u met een hogedrukreiniger hardnekkig vuil...
  • Pagina 303 Storingen verhelpen Dimlicht Dagrijverlichting Parkeerlicht (uitvoering met halogeenlampen) (uitvoering met halogeenlampen) (uitvoering met halogeenlampen) Type C, H7-55W Type A, W21W LL-21W Type A, W5W F Druk op de bovenste clip van het deksel en F Druk op de bovenste clip van het deksel en F Druk op de bovenste clip van het deksel en kantel het deksel naar achteren om het te kantel het deksel naar achteren om het te...
  • Pagina 304 Storingen verhelpen Grootlicht Richtingaanwijzers (uitvoering met halogeenlampen) (uitvoering met halogeenlampen) Type C, H1-55W Type B, PY21W-21W (amber) F Druk op de bovenste clip van het deksel en F Druk op de bovenste clip van het deksel en kantel het deksel naar achteren om het te kantel het deksel naar achteren om het te verwijderen.
  • Pagina 305 Storingen verhelpen Dimlicht Grootlicht Richtingaanwijzers (xenonlampen) (uitvoering met xenonlampen) (uitvoering met xenonlampen) Type E, D8S 25W Type C, H1-55W Type B, PY21W-21W (amber) F Druk op de bovenste clip van het deksel en F Druk op de bovenste clip van het deksel en kantel het deksel naar achteren om het te kantel het deksel naar achteren om het te Het vervangen van een xenonlamp van...
  • Pagina 306 Storingen verhelpen Mistlampen Type C, H11-55W F Druk op de borgklem en maak de stekker los. F Draai de lamphouder los door deze een F Draai de bouten van de luchtgeleider A aan kwart omwenteling linksom te draaien. de onderzijde van de voorbumper los. F Verwijder de lamphouder.
  • Pagina 307 Storingen verhelpen F Controleer welke lamp defect is en open Achterlichten vervolgens de achterdeuren. (achterdeuren) Zie de desbetreffende rubriek voor meer informatie over het vervangen van lampen en in het bijzonder de typen lampen. F Druk de 3 borglippen iets naar buiten en verwijder vervolgens de lamphouder.
  • Pagina 308 Storingen verhelpen Derde remlicht Kentekenplaatsverlichting (achterdeuren) (achterdeuren) Type A, W5W-5W Type A, W5W-5W F Verwijder de kunststof kap met behulp van een kleine schroevendraaier. F Steek een schroevendraaier door de opening en druk de lamp naar buiten. F Open de linker achterdeur. F Steek een kleine schroevendraaier in een van F Maak de stekker los.
  • Pagina 309 Storingen verhelpen Plafonniers (voor en achter) Type A, W5W-5W F Maak het lampglas los door een kleine schroevendraaier in de openingen aan de buitenzijde van de plafonnier te steken. F Trek de lamp uit de houder en vervang de lamp. F Bevestig het lampglas in de behuizing en controleer of het goed is vastgeklikt.
  • Pagina 310 Storingen verhelpen F Controleer welke lamp defect is en open Achterlichten vervolgens de achterklep. (achterklep) Zie de desbetreffende rubriek voor meer informatie over het vervangen van lampen en in het bijzonder de typen lampen. F Houd de lichtunit vast, druk op de clip aan de binnenzijde en verwijder de lichtunit vervolgens voorzichtig.
  • Pagina 311 Storingen verhelpen Derde remlicht Kentekenplaatverlichting (achterklep) (achterklep) Type A, W5W-5W Type A, W5W-5W F Maak het bekledingspaneel aan beide uiteinden los door het omhoog te kantelen. F Trek aan het bekledingspaneel om de middelste bevestigingen los te maken en verwijder het vervolgens. F Open de achterklep.
  • Pagina 312 Storingen verhelpen Plafonniers (voor en achter) Neem voor het vervangen van dit type lamp met LED’s en lichtgeleiders contact op met het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats. Het CITROËN-netwerk kan u voor de LED's een vervangingsset leveren.
  • Pagina 313 Storingen verhelpen Zekering vervangen Toegang tot het gereedschap Vervangen van een zekering Voordat u een zekering vervangt, dient u: F de oorzaak van de storing te achterhalen om deze te verhelpen, F stroomverbruikers uit te schakelen, F de auto stil te zetten met het contact uit, F de defecte zekering te achterhalen met behulp van de zekeringtabel en de Goed...
  • Pagina 314 Storingen verhelpen Zekeringen dashboard Montage van elektrische accessoires De zekeringkast bevindt zich aan de onderzijde Bij het ontwerp van het elektrische circuit van van het dashboard (linkerzijde). uw auto is reeds rekening gehouden met de montage van zowel de standaarduitrusting als eventuele opties.
  • Pagina 315 Storingen verhelpen Versie 1 (Eco) Zekering Ampère Functies De aanwezigheid van de hieronder beschreven zekeringen is afhankelijk van de uitrusting van uw auto. Elektrische stuurbekrachtiging, koppelingspedaalschakelaar. Claxon. Ruitensproeierpomp voor/achter. Ruitensproeierpomp voor/achter. 12V-aansluiting achter. Ruitenwisser(s) achter. F10/F11 Sloten binnen- en buitenzijde, voor en achter. Bediening airconditioning vóór, bediening autoradio, selectiehendel, head-up display.
  • Pagina 316 Storingen verhelpen Versie 2 (Full) Zekering Ampère Functies De aanwezigheid van de hieronder beschreven "Keyless entry and start"-systeem of contactslot. zekeringen is afhankelijk van de uitrusting van uw auto. Touchscreen, achteruitrijcamera en parkeerhulp. Bediening airconditioning achter, hifi-versterker. Ruitenwisser(s) achter. F10/F11 Sloten binnen- en buitenzijde, voor en achter.
  • Pagina 317 Storingen verhelpen De aanwezigheid van de hieronder beschreven zekeringen is afhankelijk van de uitrusting van uw auto. Zekeringkast in de motorruimte Zekering Ampère Functies De zekeringkast bevindt zich onder de motorkap, naast de accu. Ruitensproeierverwarming. Ruitensproeierpomp voor en achter. Toegang tot de zekeringen Radar vóór automatisch noodremsysteem, elektrische stuurbekrachtiging.
  • Pagina 318 Storingen verhelpen 12V-accu Toegang tot de accu De accu bevindt zich in de motorruimte. Procedure voor het gebruik van een hulpaccu F Open de motorkap via hendel in het interieur en gebruik voor het starten van de motor met behulp van vervolgens de veiligheidshaak aan de buitenzijde.
  • Pagina 319 Storingen verhelpen F Wacht tot de motor stationair draait en Starten van de motor met een neem dan de kabels in omgekeerde hulpaccu en startkabels volgorde los. F Breng, indien uw auto hiermee is uitgerust, Als de accu van uw auto ontladen is, kan de motor worden gestart met een hulpaccu het kunststof kapje aan op de pluspool (+).
  • Pagina 320 Storingen verhelpen F Sluit de kabels van de lader B als volgt 12V-accu opladen met een Volg de door de fabrikant van de lader geleverde aan: acculader instructies. - de rode pluskabel (+) op de pluspool (+) Sluit de kabels nooit aan op de verkeerde polen. Voor een optimale levensduur van de accu van de accu A, is het noodzakelijk om het laadniveau van de...
  • Pagina 321 Storingen verhelpen Loskoppelen van de accu Accupoolklem met snelsluiting Na het weer aansluiten van de accukabels Zet na het weer aansluiten van de accu het contact aan en wacht 1 minuut alvorens de Als u de auto gedurende langere tijd niet gaat motor te starten, zodat de elektronische gebruiken, koppel dan de 12V-accu los.
  • Pagina 322 Storingen verhelpen Capaciteit accu Slepen Zet bij een auto met een handgeschakelde versnellingsbak de U kunt uw auto laten slepen door een andere versnellingshendel in de neutraalstand. Capaciteit in Ah auto of een andere auto slepen met behulp van Lengte auto (ampère-uur) het sleepoog.
  • Pagina 323 Storingen verhelpen Slepen van uw auto Slepen van een andere auto Algemene aanwijzingen Volg de huidige wetgeving in uw land op. Controleer of het gewicht van de trekkende auto hoger is dan van de auto die wordt gesleept. Er moet iemand achter het stuur van de gesleepte auto blijven zitten.
  • Pagina 324 Storingen verhelpen Brandstoftank leeg (diesel) Bij auto's met dieselmotor is het in het geval 1.6 HDi-motor BlueHDi-motor van een lege brandstoftank noodzakelijk om F Vul de brandstoftank met minimaal 5 liter (behalve BlueHDi) het brandstofsysteem te ontluchten. diesel. Raadpleeg voor alle uitvoeringen, uitgezonderd F Zet het contact aan (zonder de motor te die met een BlueHDi-motor, de afbeelding van starten).
  • Pagina 325 Technische gegevens Afmetingen (in mm) Compact (L1) Deze afmetingen zijn gemeten met een niet beladen auto. Ingeklapte buitenspiegels Standaard (L2) Achterdeuren Achterklep Lang (L3) * Vergroot laadvermogen. ** Vergroot laadvermogen met verhoogd dak. *** Volgens land van bestemming.
  • Pagina 326 Technische gegevens Motoren Gewichten Bij hoge buitentemperaturen kunnen de prestaties van de auto minder worden Technische gegevens om de motor te beschermen. Als de Gewichten en buitentemperatuur meer dan 37°C van de motoren aanhangergewichten bedraagt, moet het treingewicht worden De technische gegevens van de motor verminderd.
  • Pagina 327 Technische gegevens Dieselmotoren EURO 6 Inhoud carter, Aanhanger Aanbevolen Motor Motorcode Versnellingsbak met vervangen filter Lengte ongeremd (kg) kogeldruk (kg) (liter) 8-9 plaatsen 8-9 plaatsen L1, L2, L3 Handgeschakeld, 5 versnellingen BlueHDi 95 (DV6FDU) (BVM5) L2*, L3* L1, L2, L3 Elektronisch gestuurd, BlueHDi 95...
  • Pagina 328 Technische gegevens Inhoud carter, Aanhanger Aanbevolen Motor Motorcodes Versnellingsbak met vervangen filter Lengte ongeremd (kg) kogeldruk (kg) (liter) 8-9 plaatsen 8-9 plaatsen L1, L2, L3 Handgeschakeld, 2.0 BlueHDi 6 versnellingen 150 S&S (DW10FD) (BVM6) L2*, L3* L1, L2, L3 Automatisch, 2.0 BlueHDi 6 versnellingen 180 S&S...
  • Pagina 329 Technische gegevens Identificatie De auto is voorzien van verschillende zichtbare merktekens voor de identificatie en registratie van de auto. D. Sticker bandenspanning/kleurcode van de lak. Deze sticker, die op de middenstijl aan bestuurderszijde is bevestigd, bevat de volgende informatie: - bandenspanning zonder en met volle belading, - bandenmaat (met de belastingsindex en de snelheidsaanduiding van de band),...
  • Pagina 330 Audio en telematica Noodoproep of Pechhulp Noodoproep met lokalisatiefunctie Druk in geval van nood langer dan Wanneer de elektronische 2 seconden op deze toets. eenheid airbags een botsing heeft Het knipperen van het groene LED- gedetecteerd, wordt onafhankelijk van lampje en een gesproken bericht het eventueel afgaan van de airbags, bevestigen dat de oproep naar de automatisch een noodoproep gedaan.
  • Pagina 331 Audio en telematica Pechhulp met lokalisatiefunctie Werking van het systeem Druk langer dan 2 seconden op deze toets voor het aanvragen Bij het aanzetten van het van hulp bij het stranden van de Wanneer u uw auto buiten het contact gaat het groene lampje auto.
  • Pagina 333 De overgang naar de waakfase wordt aangekondigd door een Hieronder vindt u de link naar de OSS (Open Source Software)- melding over de eco-mode. Raadpleeg de desbetreffende broncodes voor het systeem. rubriek voor meer informatie over de eco-mode. http://www.psa-peugeot-citroen.com/oss...
  • Pagina 334 Audio en telematica Basisfuncties Als bij draaiende motor op de toets wordt Gebruik de toetsen aan weerszijden van het Het touchscreen is van het gedrukt, wordt het geluid onderbroken. touchscreen om de menu's te openen en "capacitieve" type. Als bij afgezet contact op de toets wordt druk vervolgens op de op het touchscreen Voor het schoonmaken van het scherm is gedrukt, wordt het systeem ingeschakeld.
  • Pagina 335 Audio en telematica Sneltoetsen: de toetsen in de bovenste balk 23 °C 531 kHz 12:13 Via het menu "Instellingen" kunt van het touchscreen bieden rechtstreeks u een profiel voor één persoon toegang tot de keuze van de geluidsbron, of voor een groep personen met de lijst met zenders (of titels afhankelijk van gemeenschappelijke instellingen de geluidsbron), notificaties van meldingen,...
  • Pagina 336 Audio en telematica Stuurkolomschakelaars Gesproken commando's: Verhogen van het volume. Radio (draaien): automatisch zoeken Kort indrukken: gesproken van de vorige/volgende zender. commando's van het systeem. Media (draaien): vorige/volgende Ingedrukt houden: gesproken track, scrollen door lijsten. commando's van de smartphone via Kort indrukken: bevestigen van een Geluid onderbreken/herstellen.
  • Pagina 337 Audio en telematica Menu's Online navigatie Connectiviteit Radio Media 23 °C 12:13 23 °C 531 kHz 12:13 23 °C 87.5 MHz 12:13 FM/87.5 MHz 87.5MHz Instellen van de navigatie en kiezen van de Gebruiken van bepaalde apps van de smartphone Selecteren van een geluidsbron of een zender, bestemming.
  • Pagina 338 Audio en telematica Gesproken commando's Stuurwieltoetsen Basisfuncties Informatie - gebruik Druk kort op deze toets om de functie Voorbeeld van een "gesproken Druk op de spraaktoets gesproken commando's te activeren. commando" voor het navigatiesysteem: en zeg wat u wilt na de "Navigeer naar adres, pieptoon.
  • Pagina 339 Audio en telematica Algemene gesproken commando's Deze commando's kunnen vanaf elke schermpagina worden gegeven nadat op de stuurwieltoets voor de gesproken commando's of de telefoon is gedrukt, behalve als er een telefoongesprek bezig is. "Gesproken commando's" Aanwijzingen Help Help voor gesproken commando's Ik kan u met allerlei onderwerpen helpen.
  • Pagina 340 Audio en telematica Gesproken commando's "Navigatie" Deze commando's kunnen vanaf elke schermpagina worden gegeven nadat op de stuurwieltoets voor de gesproken commando's of de telefoon is gedrukt, behalve als er een telefoongesprek bezig is. "Gesproken commando's" Aanwijzingen Navigeer naar huis Om de navigatie te starten of een routepunt toe te voegen, zegt u "navigeer naar"...
  • Pagina 341 Audio en telematica Gesproken commando's "Radio Media" Deze commando's kunnen vanaf elke schermpagina worden gegeven nadat op de stuurwieltoets voor de gesproken commando's of de telefoon is gedrukt, behalve als er een telefoongesprek bezig is. "Gesproken commando's" Aanwijzingen U kunt een radiozender uitkiezen door "stem af op" en dan de zendernaam of frequentie te zeggen.
  • Pagina 342 Audio en telematica Gesproken commando's "Telefoon" Als er een telefoon is verbonden met het systeem, kunnen deze gesproken commando's vanaf elke primaire schermpagina worden gegeven nadat op de stuurwieltoets voor de telefoon is gedrukt, behalve als er een telefoongesprek bezig is. Als er geen Bluetooth-verbinding is met een telefoon, wordt de melding "Koppel alstublieft eerst een telefoon"...
  • Pagina 343 Audio en telematica Gesproken commando's "Tekstberichten" Als er een telefoon is verbonden met het systeem, kunnen deze gesproken commando's vanaf elke primaire schermpagina worden gegeven nadat op de stuurwieltoets voor de telefoon is gedrukt, behalve als er een telefoongesprek bezig is. Als er geen Bluetooth-verbinding is met een telefoon, wordt de melding "Koppel alstublieft eerst een telefoon"...
  • Pagina 344 Audio en telematica Navigatie Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 23 °C 12:13 23 °C 12:13...
  • Pagina 345 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Navigatie De oriëntatie van de kaart selecteren; noorden boven, rijrichting boven of vogelvluchtperspectief. Navigatie Beschikbare verkeersinformatie weergeven. Handmatig een gebied selecteren op de Wereldkaart wereldkaart of de lengte- en breedtegraad invoeren.
  • Pagina 346 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 POI op kaart 23 °C 12:13 23 °C 12:13...
  • Pagina 347 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Tankstations Inschakelen of uitschakelen van de beschikbare Parkeerplaats gegevens (tankstations, parkeergelegenheden, risicozones en gevarenzones). Gevarenzone Kaartkleur De kaartweergave instellen op de dag-/nachtmodus. Reizen Activiteiten Winkelcentrum De beschikbare POI's selecteren. POI op kaart Openbaar Geografisch Navigatie...
  • Pagina 348 Audio en telematica Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Lijst tankstations Parkeerplaats in omgeving auto...
  • Pagina 349 Audio en telematica Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Aanwijzingen Inzoomen op het gebied rondom de Inzoomen Bevestigen geselecteerde plaats. Omgeving auto Op route Het lokalisatiecriterium selecteren. Op bestemming Weer Via TMC verzonden weerinformatie. Tankstations in de omgeving van de auto Tankstations Tankstations op de route Tankstations in de omgeving van de...
  • Pagina 350 Audio en telematica Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Geconstateerde verkeersdrukte Lijst van gevarenzones POI selecteren...
  • Pagina 351 Audio en telematica Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Aanwijzingen Verkeer Geconstateerde verkeersdrukte Realtime informatie over de verkeersdrukte. De lijst van gevarenzones (werkzaamheden, Gevarenzone Lijst van gevarenzones pechgevallen, ongevallen, enz.) weergeven. POI selecteren Een weer te geven POI-categorie configureren.
  • Pagina 352 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Mijn bestemmingen Navigatiemenu Een POI vinden...
  • Pagina 353 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Navigatie Het land selecteren. Secundaire pagina Het actieve adres opslaan. Bevestigen Het actieve adres bevestigen. Adres invoeren Recent Navigatie Thuis De lijsten met bestemingen weergeven en de Favorieten navigatie starten. Secundaire pagina Werk Contact...
  • Pagina 354 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Navigatiecriteria Stop inlassen Menu navigatie Route en etappes Route en etappes Instellingen Instellingen 22 23 24 25...
  • Pagina 355 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Snelste De navigatiecriteria selecteren (snelwegen en/of Kortste Navigatie tolwegen vermijden en rekening houden met de Compromis verkeersdrukte). Secundaire pagina Ecologisch Navigatiecriteria Op kaart tonen De route weergeven op basis van de geselecteerde criteria. Bevestigen Uw selecties opslaan.
  • Pagina 356 Audio en telematica Een bestemming kiezen Naar een nieuwe bestemming Naar een van de meest recente bestemmingen Druk op Navigatie om de Om de navigatie te kunnen gebruiken Druk op Navigatie om de hoofdpagina weer te geven. moet een "Plaats", "Straat" en hoofdpagina weer te geven.
  • Pagina 357 Audio en telematica Naar "Thuis" of "Werk" Naar een contact uit het Naar Points of Interest (POI) telefoonboek Druk op Navigatie om de Druk op Navigatie om de De Points of Interest (POI) zijn onderverdeeld hoofdpagina weer te geven. hoofdpagina weer te geven. in verschillende categorieën.
  • Pagina 358 Audio en telematica Naar een punt op de kaart Naar GPS-coördinaten Er verschijnt een markeerpunt in Druk op Navigatie om de Druk op Navigatie om de hoofdpagina weer te geven. hoofdpagina weer te geven. het midden van het scherm, met de "Breedtegraad"...
  • Pagina 359 Audio en telematica TMC (Traffic Message Channel) TMC (Trafic Message Channel) is een Europese standaard voor verkeersinformatieberichten die via het RDS-systeem van FM-radio's in realtime worden ontvangen. De door deze TMC-berichten doorgegeven locaties worden vervolgens weergegeven op een GPS-navigatiekaart en onmiddellijk verwerkt in de aanwijzingen van het navigatiesysteem, zodat ongevallen, files en wegafsluitingen worden vermeden.
  • Pagina 360 Audio en telematica Online navigatie Afhankelijk van het uitrustingsniveau van de auto Internetverbinding via het systeem van de auto Internetverbinding via de mobiele telefoon van de gebruiker 23 °C 12:13...
  • Pagina 361 Audio en telematica Verbinding voor online navigatie Internetverbinding via de mobiele Als "TOMTOM TRAFFIC" wordt Om veiligheidsredenen is het gebruik telefoon van de gebruiker weergegeven, zijn de diensten van een smartphone tijdens het beschikbaar. rijden verboden. Het gebruik van USB-verbinding de smartphone vraagt namelijk veel Sluit de USB-kabel aan.
  • Pagina 362 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 23 °C 12:13 POI op kaart 27 28 29 30 23 °C 12:13 23 °C 12:13 23 °C 12:13...
  • Pagina 363 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Navigatie De oriëntatie van de kaart selecteren; noorden boven, rijrichting boven of vogelvluchtperspectief. Zodra het systeem verbinding heeft met de Navigatie netwerken wordt "TOMTOM TRAFFIC" in plaats van "TMC" weergegeven. U kunt dan in realtime TOMTOM TRAFFIC gebruikmaken van alle beschikbare opties.
  • Pagina 364 Audio en telematica Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Weerbericht Lijst tankstations Sorteren op plaats...
  • Pagina 365 Audio en telematica Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Aanwijzingen Plaats selecteren Bevestigen Een plaats selecteren of wijzigen. Omgeving auto Op route Een plaats selecteren of wijzigen. Op bestemming Het weerbericht voor vandaag of de komende Weer Weerbericht dagen weergeven. Tankstations in de omgeving van de auto Tankstations op de route De lijst van tankstations en bijbehorende...
  • Pagina 366 Audio en telematica Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Geconstateerde verkeersdrukte Lijst van gevarenzones POI selecteren...
  • Pagina 367 Audio en telematica Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Aanwijzingen In realtime weergeven van verkeersinformatie: Verkeer Geconstateerde verkeersdrukte type, beschrijving en duur van de vertraging (in minuten). In realtime weergeven van de gevarenzones Gevarenzones Lijst van gevarenzones (werkzaamheden, pechgevallen, ongevallen, enz.).
  • Pagina 368 Audio en telematica Het weerbericht weergeven Specifieke instellingen voor de online navigatie Druk op Navigatie om de Druk op Navigatie om de Als u gebruik wilt maken van online hoofdpagina weer te geven. hoofdpagina weer te geven. navigatie, moet u de optie "Versturen van gegevens toestaan."...
  • Pagina 369 Audio en telematica Doorgeven van U kunt updates voor het systeem, "Gevarenzones" gevarenzones en kaartgegevens downloaden vanaf de website van het merk. Om het doorgeven van gevarenzones U vindt daar ook de procedure voor het toe te staan moet u de optie updaten.
  • Pagina 370 Audio en telematica Connectiviteit De beschikbare functies zijn afhankelijk van de uitrusting. Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Bluetooth-verbinding 23 °C 531 kHz 12:13 Verbinding wifi-netwerk Netwerken Verbindingen en Contracten Services Wifi-verbinding delen...
  • Pagina 371 Audio en telematica De beschikbare functies zijn afhankelijk van de uitrusting. Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Alle gekoppelde of niet gekoppelde telefoons Alle Connectiviteit weergeven. Secundaire pagina Verbonden Alle gekoppelde telefoons weergeven. Bluetooth- verbinding Zoeken Zoeken naar te koppelen randapparatuur. Beveiligd De beveiligde wifi-netwerken weergeven.
  • Pagina 372 Audio en telematica ® Bluetooth -verbinding Procedure via het systeem Verbinding delen Het koppelen van de Bluetooth- telefoon aan de handsfree set mag om Druk op Telefoon om de Het systeem stelt 3 verbindingsprofielen voor veiligheidsredenen en vanwege het de telefoon voor: hoofdpagina weer te geven.
  • Pagina 373 Audio en telematica Wifi-verbinding Wifi-verbinding delen Verbindingen beheren Verbinding met het Wifi-netwerk van de Aanmaken van een lokaal Wifi-netwerk door Druk op Connectiviteit om de smartphone. het systeem. hoofdpagina weer te geven. Druk op Connectiviteit om de Druk op Connectiviteit om de hoofdpagina weer te geven.
  • Pagina 374 Audio en telematica MirrorLink -verbinding voor smartphones 23 °C 531 kHz 12:13...
  • Pagina 375 Audio en telematica Nadat de verbinding tot stand is gebracht, Om veiligheidsredenen is het gebruik Om veiligheidsredenen zijn bepaalde wordt een scherm weergegeven met van een smartphone tijdens het apps alleen te gebruiken als de auto daarop de eerder op uw smartphone rijden verboden.
  • Pagina 376 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 23 °C 531 kHz 12:13...
  • Pagina 377 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Weergeven van of terugkeren naar de eerder op uw smartphone gedownloade apps die compatibel zijn met de MirrorLink -technologie. Een menulijst weergeven afhankelijk van de eerder geselecteerde app. Connectiviteit "Back": huidige bewerking annuleren, omhooggaan in de menustructuur.
  • Pagina 378 Audio en telematica CarPlay ® -verbinding voor smartphones 23 °C 531 kHz 12:13...
  • Pagina 379 Audio en telematica Sluit de USB-kabel aan. De smartphone Om veiligheidsredenen is het gebruik Bij het aansluiten van de USB-kabel bevindt zich in de laadmodus als hij via van een smartphone tijdens het ® verbreekt de CarPlay -functie de de USB-kabel is verbonden. rijden verboden.
  • Pagina 380 Audio en telematica Radio Media Niveau 1 Niveau 2 23 °C 87.5 MHz 12:13 FM/87.5 MHz 87.5MHz 23 °C 87.5 MHz 12:13 FM/87.5 MHz 87.5MHz 23 °C 531 kHz 12:13 AM/531 kHz Zenderlijst...
  • Pagina 381 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Radio Radio Media iPod Een andere geluidsbron selecteren. Bron Bluetooth Automatisch of handmatig zoeken naar Radio Media Frequentie radiozenders. Frequentie / Opslaan van een zender door een nog vrije toets Geheugen Geheugen lang ingedrukt te houden.
  • Pagina 382 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Audio-instellingen Audio-instellingen Opties radio-media Radio-instellingen Audio-instellingen Zenderlijst...
  • Pagina 383 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Geluidssfeer De geluidssfeer selecteren. Verdeling Geluidsverdeling volgens Arkamys ® -systeem. Radio Media Het geluidsvolume instellen of de Geluid snelheidsafhankelijke volumeregeling activeren. Secundaire pagina Spraak Het volume van de stem instellen. Audio-instellingen Beltonen Het volume van de beltoon instellen.
  • Pagina 384 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Opties radio-media Beheer foto's...
  • Pagina 385 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Albums Artiesten Radio Media Secundaire pagina Genres Een selectiecriterium selecteren. Muziekbestanden Afspeellijsten Mappen Radio Media Foto's weergeven. Het systeem ondersteunt de volgende Secundaire pagina afbeeldingsformaten: .gif, .jpg, .jpeg, .bmp, .png, .raw en .tiff, met een maximale bestandsgrootte Beheer foto's van 10 MB per afbeelding.
  • Pagina 386 Audio en telematica Radio Selecteren van een zender Een zender opslaan Druk op Radio Media om de Druk op "Frequentie". Selecteer een zender of een frequentie (zie de hoofdpagina weer te geven. desbetreffende rubriek). Druk op "Geheugen". Druk op "Frequentie". Voer de frequentie in met het virtuele toetsenbord.
  • Pagina 387 Audio en telematica RDS inschakelen en uitschakelen Tekstberichten weergeven TA-berichten beluisteren Druk op Radio Media om de Met de functie "radiotekst" worden De functie TA (Traffic Announcement) hoofdpagina weer te geven. door de radiozender meegestuurde geeft voorrang aan het luisteren naar tekstberichten weergegeven, die TA-verkeersinformatieberichten.
  • Pagina 388 Audio en telematica DAB-radio (Digital Audio Broadcasting) Digital Terrestrial Radio Weergave van de naam van de beluisterde radiozender en de beluisterde "multiplex" (naam en mummer), ook wel "bundel" genoemd. Selectie van de audiobron. Weergave van de Vorige "multiplex". "Radiotext" van de Vorige radiozender.
  • Pagina 389 Audio en telematica Digitale radio Volgsysteem DAB/FM Digitale radio zorgt voor een betere "DAB" is niet overal beschikbaar. Als "Automatisch volgen DAB / FM" is geluidskwaliteit. Als het digitale signaal niet goed is, geactiveerd, kan er sprake zijn van een Via "multiplex/bundel"...
  • Pagina 390 Audio en telematica Media USB-speler AUX-aansluiting (AUX-ingang) Geluidsbron kiezen Druk op Radio Media om de hoofdpagina weer te geven. Selecteer "Bron". Selecteer de geluidsbron. Bluetooth ® streaming audio Steek de USB-stick in de USB-aansluiting of Deze geluidsbron is uitsluitend beschikbaar als sluit de USB-apparatuur via een kabel (niet de "AUX-ingang"...
  • Pagina 391 Audio en telematica ® Apple -speler aansluiten Informatie en adviezen De autoradio speelt bestanden met de extensie Sluit een Apple ® -speler met behulp van een geschikte Het systeem is geschikt voor externe kabel (niet meegeleverd) aan op de USB-aansluiting. "wma, .aac, .flac, .ogg, .mp3"...
  • Pagina 392 Audio en telematica Telefoon Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 23 °C 531 kHz 12:13 Contacten en favorieten Bekende apparaten 23 °C 531 kHz 12:13 Laatste gesprekken...
  • Pagina 393 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Alle De contacten in de geselecteerde categorie weergeven. Telefoon Selecteer een in het systeem opgeslagen contact Adres of favoriet via het geselecteerde profiel om het contact te bellen. Favorieten De contacten sorteren op Achternaam-voornaam of Voornaam-achternaam.
  • Pagina 394 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Bluetooth-verbinding Instellingen - Bluetooth Berichten E-mail...
  • Pagina 395 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Alle gekoppelde telefoons of niet-gekoppelde en door Alle Telefoon het systeem waargenomen telefoons weergeven. Secundaire pagina Verbonden Alle gekoppelde telefoons weergeven. Bluetooth- verbinding Zoeken Zoeken naar te koppelen randapparatuur. Alle Telefoon De berichten in de geselecteerde categorie Secundaire pagina Ontvangen weergeven.
  • Pagina 396 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Opties Instellingen - Bluetooth Opties Snelberichten...
  • Pagina 397 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Beveiliging Het rijden veiliger maken. Het nummer van de voicemailbox van de Voicemail telefoon invoeren en opslaan. Telefoon Secundaire pagina Beltonen Het volume van de beltoon opslaan. Opties De statistieken van de gekoppelde telefoon Statistieken weergeven.
  • Pagina 398 Audio en telematica ® Bluetooth -telefoon koppelen Procedure via het systeem Verbinding delen Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan de Bluetooth handsfree set van uw Druk op Telefoon om de Het systeem stelt 3 verbindingsprofielen voor autoradio mag om veiligheidsredenen hoofdpagina weer te geven.
  • Pagina 399 Audio en telematica Automatisch opnieuw verbinding maken Wijzigen van het verbindingsprofiel: Wanneer u terugkomt in uw auto De mogelijkheid om slechts één verbindingsprofiel te selecteren is afhankelijk met de telefoon waarmee het laatst Druk op Telefoon om de verbinding is gemaakt, wordt deze van het type telefoon.
  • Pagina 400 Audio en telematica Beheer van telefoonverbindingen Verwijderen van een telefoon Een gesprek aannemen Selecteer de prullenbak rechts boven Als u gebeld wordt, klinkt een beltoon en Met behulp van deze functie kan randapparatuur worden op het scherm om een prullenbak verschijnt een pop-upvenster op het scherm.
  • Pagina 401 Audio en telematica Bellen Een contact bellen Laatste nummers bellen Druk op Telefoon om de Gebruik de telefoon bij voorkeur niet Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven. onder het rijden. hoofdpagina weer te geven. Parkeer de auto. Of houd de toets Gebruik de toetsen op het stuurwiel om te bellen.
  • Pagina 402 Audio en telematica Contacten / items beheren Berichten beheren Druk op Telefoon om de Druk op Telefoon om de De toegang tot de "Berichten" is hoofdpagina weer te geven. hoofdpagina weer te geven. afhankelijk van de compatibiliteit van de smartphone met het systeem van de auto. Selecteer "Contact".
  • Pagina 403 Audio en telematica Snelberichten beheren E-mailberichten beheren Druk op Telefoon om de Druk op "Wijzigen" om het (de) Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven. aangemaakte nieuwe bericht(en) te hoofdpagina weer te geven. wijzigen. Druk op de toets "OPTIES" om de Druk op de toets "OPTIES"...
  • Pagina 404 Audio en telematica Instellingen Niveau 1 Niveau 2 Audio-instellingen Audio-instellingen 23 °C 12:13 Audio-instellingen...
  • Pagina 405 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Geluidssfeer De geluidssfeer selecteren. ® Verdeling Geluidsverdeling volgens Arkamys -systeem. Het geluidsvolume instellen of de Geluid Instellingen snelheidsafhankelijke volumeregeling activeren. Audio-instellingen Spraak Het volume van de stem instellen. Beltonen Het volume van de beltoon instellen. Bevestigen De instellingen opslaan.
  • Pagina 406 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Schermconfiguratie Schermconfiguratie Parameters en tools Systeemparameters Informatie Talen...
  • Pagina 407 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Instellingen Animatie De instellingen activeren of deactiveren. Secundaire pagina Lichtsterkte De lichtsterkte instellen. Schermconfiguratie Bevestigen De instellingen opslaan. Afstand en verbruik De eenheden voor de afstand, het Eenheden brandstofverbruik en de temperatuur instellen. Temperatuur Instellingen Fabrieksparameters...
  • Pagina 408 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Instellen tijd-datum Parameters en tools Configuratie van de profielen...
  • Pagina 409 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Datum Datum De datum en het weergaveformaat instellen. Formaat datum: Instellingen Tijd De tijd instellen. Secundaire pagina Tijdzone De tijdzone instellen. Tijd Instellen tijd- Formaat tijd: Het weergaveformaat instellen: 12h/24h. datum Synchronisatie met GPS De GPS-synchronisatie in- of uitschakelen.
  • Pagina 410 Audio en telematica Audio-instellingen Configuratie van de profielen Druk op Instellingen om de De verdeling van het geluid (of de Het configureren van de profielen mag, hoofdpagina weer te geven. ruimtelijke verdeling dankzij het Arkamys © om veiligheidsredenen en vanwege het feit systeem) in de auto is belangrijk voor de dat deze handeling volledige aandacht van kwaliteit van de weergave en biedt de...
  • Pagina 411 Audio en telematica Druk op deze toets om een profielfoto Druk op deze toets om het Selecteer een "Profiel" (1, 2 of 3) toe te voegen. geselecteerde profiel te resetten. om dit te koppelen aan de "Audio- instellingen". Selecteer "Audio-instellingen". Plaats de USB-stick waar de foto op Bij het resetten van een profiel wordt staat in de USB -aansluiting.
  • Pagina 412 Audio en telematica Instellingen van het systeem wijzigen De taal selecteren Druk op Instellingen om de Druk op Instellingen om de Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven. hoofdpagina weer te geven. hoofdpagina weer te geven. Druk op de toets "OPTIES" om de Druk op de toets "OPTIES"...
  • Pagina 413 Audio en telematica Selecteer "Datum". Tijd instellen Druk op Instellingen om de Druk op "Bevestigen". hoofdpagina weer te geven. Druk op deze toets om de datum in te stellen. Druk op de toets "OPTIES" om de Het systeem schakelt niet automatisch secundaire pagina weer te geven.
  • Pagina 414 Audio en telematica Veelgestelde vragen In de volgende tabel vindt u de antwoorden op de meest gestelde vragen over uw radio. Navigatie VRAAG ANTWOORD OPLOSSING De route wordt niet De criteria kunnen tegenstrijdig zijn met de huidige plaatsbepaling Controleer de criteria in het menu "Navigatie". berekend.
  • Pagina 415 Audio en telematica VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Sommige files op de route Bij het opstarten heeft het systeem enkele minuten nodig om de Wacht tot de verkeersinformatie goed wordt worden niet direct gemeld. verkeersinformatie te ontvangen. ontvangen (weergave van de icoontjes van de verkeersinformatie op de kaart).
  • Pagina 416 Audio en telematica Radio VRAAG ANTWOORD OPLOSSING De ontvangstkwaliteit van De auto bevindt zich te ver van de zender van het beluisterde Activeer de functie "RDS" via het snelmenu de beluisterde radiozender radiostation of er bevindt zich geen zender in het gebied waarin de om het systeem te laten controleren of er een neemt geleidelijk af of de auto zich bevindt.
  • Pagina 417 Audio en telematica Media VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Het afspelen van de Door bepaalde bestanden die standaard op een USB-stick kunnen Wis de bestanden die standaard op de USB-stick muziek op mijn USB-stick staan kan het erg lang duren tot de muziek op de USB-stick wordt staan en beperk het aantal submappen in de begint pas na afgespeeld (tot 10 keer de fabrieksopgave).
  • Pagina 418 Audio en telematica Telefoon VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Het lukt me niet om mijn Het is mogelijk dat de Bluetooth-functie van de telefoon is Controleer of de Bluetooth-functie van uw Bluetooth-telefoon te uitgeschakeld of dat uw telefoon niet zichtbaar is voor het systeem. telefoon is ingeschakeld.
  • Pagina 419 Audio en telematica Instellingen VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Na het instellen van de De geluidssfeer is gekoppeld aan de bassen en hoge tonen. Wijzig de instelling van de bassen en de hoge bassen en hoge tonen is tonen of de geluidssfeer om de gewenste de geluidssfeer niet meer geluidskwaliteit te verkrijgen.
  • Pagina 420 Audio en telematica VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Er is een verschil in Voor een optimaal luistergenot kunt u de audio-instellingen Controleer of de audio-instellingen (Volume:, geluidskwaliteit tussen (Volume:, Bass:, Treble:, Geluid, Loudness) voor elke geluidsbron Bass:, Treble:, Geluid, Loudness) zijn afgestemd de verschillende afzonderlijk instellen.
  • Pagina 421 De overgang naar de waakfase wordt aangekondigd door een Hieronder vindt u de link naar de OSS (Open Source Software)- melding over de eco-mode. Raadpleeg de desbetreffende broncodes voor het systeem. rubriek voor meer informatie over de eco-mode. http://www.psa-peugeot-citroen.com/oss...
  • Pagina 422 Audio en telematica Basisfuncties Als bij draaiende motor op de toets wordt Gebruik de toetsen aan weerszijden van het Het touchscreen is van het "capacitieve" gedrukt, wordt het geluid onderbroken. touchscreen om de menu's te openen en type. Als bij afgezet contact op de toets wordt druk vervolgens op de op het touchscreen Voor het schoonmaken van het scherm is gedrukt, wordt het systeem ingeschakeld.
  • Pagina 423 Audio en telematica Sneltoetsen: de toetsen in de bovenste balk 23 °C 531 kHz 12:13 Via het menu "Instellingen" kunt van het touchscreen bieden rechtstreeks u een profiel voor één persoon toegang tot de keuze van de geluidsbron, de of voor een groep personen met lijst met zenders (of titels afhankelijk van de gemeenschappelijke instellingen geluidsbron), notificaties van meldingen en...
  • Pagina 424 Audio en telematica Stuurkolomschakelaars Gesproken commando's: Verhogen van het volume. Radio (draaien): automatisch zoeken Ingedrukt houden: gesproken van de vorige/volgende zender. commando's van de smartphone via Media (draaien): vorige/volgende het systeem. track, scrollen door lijsten. Kort indrukken: bevestigen van een Geluid onderbreken/herstellen.
  • Pagina 425 Audio en telematica Menu's Connectiviteit Telefoon Radio Media 23 °C 531 kHz 12:13 23 °C 87.5 MHz 12:13 23 °C 531 kHz 12:13 FM/87.5 MHz 87.5MHz Gebruiken van bepaalde apps van de smartphone Selecteren van een geluidsbron of een zender, Via Bluetooth ®...
  • Pagina 426 Audio en telematica Connectiviteit De beschikbare functies zijn afhankelijk van de uitrusting. Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Bluetooth-verbinding 23 °C 531 kHz 12:13 Verbinding wifi-netwerk Netwerken Verbindingen en Contracten Services Wifi-verbinding delen...
  • Pagina 427 Audio en telematica De beschikbare functies zijn afhankelijk van de uitrusting. Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Alle gekoppelde of niet gekoppelde telefoons Alle Connectiviteit weergeven. Secundaire pagina Verbonden Alle gekoppelde telefoons weergeven. Bluetooth- verbinding Zoeken Zoeken naar te koppelen randapparatuur. Beveiligd De beveiligde wifi-netwerken weergeven.
  • Pagina 428 Audio en telematica ® Bluetooth -verbinding Procedure via het systeem Verbinding delen Het koppelen van de Bluetooth- telefoon aan de handsfree set mag om Druk op Telefoon om de Het systeem stelt 3 verbindingsprofielen voor veiligheidsredenen en vanwege het hoofdpagina weer te geven. de telefoon voor: feit dat deze handeling de volledige "Telefoon"...
  • Pagina 429 Audio en telematica Wifi-verbinding Wifi-verbinding delen Verbindingen beheren Verbinding met het Wifi-netwerk van de Aanmaken van een lokaal Wifi-netwerk door Druk op Connectiviteit om de smartphone. het systeem. hoofdpagina weer te geven. Druk op Connectiviteit om de Druk op Connectiviteit om de hoofdpagina weer te geven.
  • Pagina 430 Audio en telematica MirrorLink -verbinding voor smartphones 23 °C 531 kHz 12:13...
  • Pagina 431 Audio en telematica Nadat de verbinding tot stand is gebracht, wordt Om veiligheidsredenen is het gebruik van Om veiligheidsredenen zijn bepaalde een scherm weergegeven met daarop de eerder op een smartphone tijdens het rijden verboden. apps alleen te gebruiken als de auto uw smartphone gedownloade apps die compatibel Het gebruik van de smartphone vraagt stilstaat.
  • Pagina 432 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 23 °C 531 kHz 12:13...
  • Pagina 433 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Weergeven van of terugkeren naar de eerder op uw smartphone gedownloade apps die compatibel zijn met de MirrorLink -technologie. Een menulijst weergeven afhankelijk van de eerder geselecteerde app. Connectiviteit "Back": huidige bewerking annuleren, omhooggaan in de menustructuur.
  • Pagina 434 Audio en telematica CarPlay ® -verbinding voor smartphones 23 °C 531 kHz 12:13...
  • Pagina 435 Audio en telematica Sluit de USB-kabel aan. De smartphone Om veiligheidsredenen is het gebruik van Bij het aansluiten van de USB-kabel bevindt zich in de laadmodus als hij via een smartphone tijdens het rijden verboden. ® verbreekt de CarPlay -functie de de USB-kabel is verbonden.
  • Pagina 436 Audio en telematica Radio Media Niveau 1 Niveau 2 23 °C 87.5 MHz 12:13 FM/87.5 MHz 87.5MHz 23 °C 87.5 MHz 12:13 FM/87.5 MHz 87.5MHz 23 °C 531 kHz 12:13 AM/531 kHz Zenderlijst...
  • Pagina 437 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Radio Radio Media iPod Een andere geluidsbron selecteren. Bron Bluetooth Automatisch of handmatig zoeken naar Radio Media Frequentie radiozenders. Frequentie / Opslaan van een zender door een nog vrije toets Geheugen Geheugen lang ingedrukt te houden.
  • Pagina 438 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Audio-instellingen Audio-instellingen Opties radio-media Radio-instellingen Audio-instellingen Zenderlijst...
  • Pagina 439 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Geluidssfeer De geluidssfeer selecteren. ® Verdeling Geluidsverdeling volgens Arkamys -systeem. Radio Media Het geluidsvolume instellen of de Geluid snelheidsafhankelijke volumeregeling activeren. Secundaire pagina Spraak Het volume van de stem instellen. Audio-instellingen Beltonen Het volume van de beltoon instellen.
  • Pagina 440 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Opties radio-media Beheer foto's...
  • Pagina 441 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Albums Artiesten Radio Media Secundaire pagina Genres Een selectiecriterium selecteren. Muziekbestanden Afspeellijsten Mappen Radio Media Foto's weergeven. Het systeem ondersteunt de volgende Secundaire pagina afbeeldingsformaten: .gif, .jpg, .jpeg, .bmp, .png, .raw en .tiff, met een maximale bestandsgrootte Beheer foto's van 10 MB per afbeelding.
  • Pagina 442 Audio en telematica Radio Selecteren van een zender Een zender opslaan Druk op Radio Media om de Druk op "Frequentie". Selecteer een zender of een frequentie (zie de hoofdpagina weer te geven. desbetreffende rubriek). Druk op "Geheugen". Druk op "Frequentie". Voer de frequentie in met het virtuele toetsenbord.
  • Pagina 443 Audio en telematica RDS inschakelen en uitschakelen Tekstberichten weergeven TA-berichten beluisteren Druk op Radio Media om de Met de functie "radiotekst" worden De functie TA (Traffic Announcement) hoofdpagina weer te geven. door de radiozender meegestuurde geeft voorrang aan het luisteren naar TA- tekstberichten weergegeven, die verkeersinformatieberichten.
  • Pagina 444 Audio en telematica DAB-radio (Digital Audio Broadcasting) Digital Terrestrial Radio Weergave van de naam van de beluisterde radiozender en de beluisterde "multiplex" (naam en mummer), ook wel "bundel" genoemd. Selectie van de audiobron. Vorige "multiplex". Weergave van de "Radiotext" Vorige radiozender. van de beluisterde zender.
  • Pagina 445 Audio en telematica Digitale radio Volgsysteem DAB/FM Digitale radio zorgt voor een betere "DAB" is niet overal beschikbaar. Als "Automatisch volgen DAB / FM" is geluidskwaliteit. Als het digitale signaal niet goed is, geactiveerd, kan er sprake zijn van een Via "multiplex/bundel"...
  • Pagina 446 Audio en telematica Media USB-speler AUX-aansluiting (AUX-ingang) Geluidsbron kiezen Druk op Radio Media om de hoofdpagina weer te geven. Selecteer "Bron". Selecteer de geluidsbron. Bluetooth ® streaming audio Steek de USB-stick in de USB-aansluiting of Deze geluidsbron is uitsluitend beschikbaar als sluit de USB-apparatuur via een kabel (niet de "AUX-ingang"...
  • Pagina 447 Audio en telematica ® Apple -speler aansluiten Informatie en adviezen De autoradio speelt bestanden met de extensie Sluit een Apple ® -speler met behulp van een geschikte Het systeem is geschikt voor externe kabel (niet meegeleverd) aan op de USB-aansluiting. "wma, .aac, .flac, .ogg, .mp3"...
  • Pagina 448 Audio en telematica Telefoon Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 23 °C 531 kHz 12:13 Contacten en favorieten Bekende apparaten 23 °C 531 kHz 12:13 Laatste gesprekken...
  • Pagina 449 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Alle De contacten in de geselecteerde categorie weergeven. Telefoon Selecteer een in het systeem opgeslagen contact Adres of favoriet via het geselecteerde profiel om het contact te bellen. Favorieten De contacten sorteren op Achternaam-voornaam of Voornaam-achternaam.
  • Pagina 450 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Bluetooth-verbinding Instellingen - Bluetooth Berichten E-mail...
  • Pagina 451 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Alle gekoppelde telefoons of niet-gekoppelde en door Alle Telefoon het systeem waargenomen telefoons weergeven. Secundaire pagina Verbonden Alle gekoppelde telefoons weergeven. Bluetooth- verbinding Zoeken Zoeken naar te koppelen randapparatuur. Alle Telefoon De berichten in de geselecteerde categorie Secundaire pagina Ontvangen weergeven.
  • Pagina 452 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Opties Instellingen - Bluetooth Opties Snelberichten...
  • Pagina 453 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Beveiliging Het rijden veiliger maken. Het nummer van de voicemailbox van de telefoon Voicemail invoeren en opslaan. Telefoon Secundaire pagina Beltonen Het volume van de beltoon opslaan. Opties De statistieken van de gekoppelde telefoon Statistieken weergeven.
  • Pagina 454 Audio en telematica ® Bluetooth -telefoon koppelen Procedure via het systeem Verbinding delen Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan de Bluetooth handsfree set van uw Druk op Telefoon om de Het systeem stelt 3 verbindingsprofielen voor autoradio mag om veiligheidsredenen hoofdpagina weer te geven.
  • Pagina 455 Audio en telematica Automatisch opnieuw verbinding maken Wijzigen van het verbindingsprofiel: Wanneer u terugkomt in uw auto met de De mogelijkheid om slechts één verbindingsprofiel telefoon waarmee het laatst verbinding is Druk op Telefoon om de te selecteren is afhankelijk van het type telefoon. gemaakt, wordt deze automatisch herkend hoofdpagina weer te geven.
  • Pagina 456 Audio en telematica Beheer van telefoonverbindingen Verwijderen van een telefoon Een gesprek aannemen Selecteer de prullenbak rechts boven op Als u gebeld wordt, klinkt een beltoon en Met behulp van deze functie kan randapparatuur worden het scherm om een prullenbak naast de verschijnt een pop-upvenster op het scherm.
  • Pagina 457 Audio en telematica Bellen Een contact bellen Laatste nummers bellen Druk op Telefoon om de Gebruik de telefoon bij voorkeur niet Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven. onder het rijden. hoofdpagina weer te geven. Parkeer de auto. Of houd de toets Gebruik de toetsen op het stuurwiel om te bellen.
  • Pagina 458 Audio en telematica Contacten / items beheren Berichten beheren Druk op Telefoon om de Druk op Telefoon om de De toegang tot de "Berichten" is hoofdpagina weer te geven. hoofdpagina weer te geven. afhankelijk van de compatibiliteit van de smartphone met het systeem van de auto. Selecteer "Contact".
  • Pagina 459 Audio en telematica Snelberichten beheren E-mailberichten beheren Druk op Telefoon om de Druk op "Wijzigen" om het (de) Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven. aangemaakte nieuwe bericht(en) te hoofdpagina weer te geven. wijzigen. Druk op de toets "OPTIES" om de Druk op de toets "OPTIES"...
  • Pagina 460 Audio en telematica Instellingen Niveau 1 Niveau 2 Audio-instellingen Audio-instellingen 23 °C 12:13 Audio-instellingen...
  • Pagina 461 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Aanwijzingen Geluidssfeer De geluidssfeer selecteren. ® Verdeling Geluidsverdeling volgens Arkamys -systeem. Het geluidsvolume instellen of de Geluid Instellingen snelheidsafhankelijke volumeregeling activeren. Audio-instellingen Spraak Het volume van de stem instellen. Beltonen Het volume van de beltoon instellen. Bevestigen De instellingen opslaan.
  • Pagina 462 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Schermconfiguratie Schermconfiguratie Parameters en tools Systeemparameters Informatie Talen...
  • Pagina 463 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Instellingen Animatie De instellingen activeren of deactiveren. Secundaire pagina Lichtsterkte De lichtsterkte instellen. Schermconfiguratie Bevestigen De instellingen opslaan. Afstand en verbruik De eenheden voor de afstand, het Eenheden brandstofverbruik en de temperatuur instellen. Temperatuur Instellingen Fabrieksparameters...
  • Pagina 464 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Instellen tijd-datum Parameters en tools Configuratie van de profielen...
  • Pagina 465 Audio en telematica Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen Datum Datum De datum en het weergaveformaat instellen. Formaat datum: Instellingen Tijd De tijd instellen. Secundaire pagina Tijdzone De tijdzone instellen. Tijd Instellen Formaat tijd: Het weergaveformaat instellen: 12h/24h. tijd-datum Synchronisatie met GPS De GPS-synchronisatie in- of uitschakelen.
  • Pagina 466 Audio en telematica Audio-instellingen Configuratie van de profielen Druk op Instellingen om de De verdeling van het geluid (of de ruimtelijke Het configureren van de profielen mag, om hoofdpagina weer te geven. © verdeling dankzij het Arkamys -systeem) in veiligheidsredenen en vanwege het feit dat deze de auto is belangrijk voor de kwaliteit van de handeling volledige aandacht van de bestuurder vraagt, Selecteer "Audio-instellingen".
  • Pagina 467 Audio en telematica Druk op deze toets om een profielfoto Druk op deze toets om het Selecteer een "Profiel" (1, 2 of 3) toe te voegen. geselecteerde profiel te resetten. om dit te koppelen aan de "Audio- instellingen". Selecteer "Audio-instellingen". Plaats de USB-stick waar de foto op Bij het resetten van een profiel wordt staat in de USB -aansluiting.
  • Pagina 468 Audio en telematica Instellingen van het systeem wijzigen De taal selecteren Druk op Instellingen om de Druk op Instellingen om de Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven. hoofdpagina weer te geven. hoofdpagina weer te geven. Druk op de toets "OPTIES" om de Druk op de toets "OPTIES"...
  • Pagina 469 Audio en telematica Selecteer "Datum". Tijd instellen Druk op Instellingen om de Druk op "Bevestigen". hoofdpagina weer te geven. Druk op deze toets om de datum in te stellen. Druk op de toets "OPTIES" om de Het systeem schakelt niet automatisch secundaire pagina weer te geven.
  • Pagina 470 Audio en telematica Veelgestelde vragen In de volgende tabel vindt u de antwoorden op de meest gestelde vragen over uw radio. Radio VRAAG ANTWOORD OPLOSSING De ontvangstkwaliteit van De auto bevindt zich te ver van de zender van het beluisterde Activeer de functie "RDS"...
  • Pagina 471 Audio en telematica Media VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Het afspelen van de Door bepaalde bestanden die standaard op een USB-stick kunnen Wis de bestanden die standaard op de USB-stick muziek op mijn USB- staan kan het erg lang duren tot de muziek op de USB-stick wordt staan en beperk het aantal submappen in de stick begint pas na lang afgespeeld (tot 10 keer de fabrieksopgave).
  • Pagina 472 Audio en telematica Telefoon VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Het lukt me niet om mijn Het is mogelijk dat de Bluetooth-functie van de telefoon is Controleer of de Bluetooth-functie van uw Bluetooth-telefoon te uitgeschakeld of dat uw telefoon niet zichtbaar is voor het systeem. telefoon is ingeschakeld.
  • Pagina 473 Audio en telematica Instellingen VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Na het instellen van de De geluidssfeer is gekoppeld aan de bassen en hoge tonen. Wijzig de instelling van de bassen en de hoge bassen en hoge tonen is tonen of de geluidssfeer om de gewenste de geluidssfeer niet meer geluidskwaliteit te verkrijgen.
  • Pagina 474 Audio en telematica VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Er is een verschil in Voor een optimaal luistergenot kunt u de audio-instellingen Controleer of de audio-instellingen (Volume:, geluidskwaliteit tussen (Volume:, Bass:, Treble:, Geluid, Loudness) voor elke geluidsbron Bass:, Treble:, Geluid, Loudness) zijn afgestemd de verschillende afzonderlijk instellen.
  • Pagina 475 Audio en telematica ® Autoradio met Bluetooth Inhoud Basisfuncties Stuurkolomschakelaars - Type 1 Stuurkolomschakelaars - Type 2 Menu's Radio Digitale radio (DAB, Digital Audio Broadcasting) 480 Media Telefoon Veelgestelde vragen Om veiligheidsredenen mag de Bluetooth-telefoon uitsluitend De beschreven functies en instellingen kunnen verschillen afhankelijk van de uitvoering en configuratie van uw auto.
  • Pagina 476 Audio en telematica Basisfuncties Indrukken: aan/uit. Selecteren van de weergave op het Radio: Handmatig stapsgewijs zoeken naar Draaien: instellen van het scherm: een radiozender met een lagere/ geluidsvolume. Datum; Audiofuncties; hogere frequentie. Boordcomputer; Telefoon. Selecteren van de vorige/volgende Kort indrukken: veranderen van MP3-afspeellijst.
  • Pagina 477 Audio en telematica Stuurkolomschakelaars - Type 1 Radio: Als de telefoon niet wordt gebruikt: Verhogen van het volume. Kort indrukken: veranderen van Selecteren van de vorige/volgende geluidsbron (Radio; USB; AUX (als voorkeuzezender. een apparaat is aangesloten); CD; Selecteren van het vorige/volgende Streaming), bevestigen als het menu Verlagen van het volume.
  • Pagina 478 Audio en telematica Stuurkolomschakelaars - Type 2 Toegang tot het hoofdmenu. Als de telefoon niet wordt Radio: gebruikt: Kort indrukken: weergave van de Kort indrukken: veranderen van zenderlijst. geluidsbron (Radio; USB; AUX (als Lang indrukken: bijwerken van de er een apparaat is aangesloten); CD; Verhogen van het volume.
  • Pagina 479 Audio en telematica Menu's Volgens uitvoering. "Multimedia": Parameters media, Druk op de toets "MENU". Radio-instellingen. "Telefoon": Bellen, Beheer Scrollen tussen de menu's. index, Instelling telefoon, Gespr. beëindigen. "Boordcomputer". Toegang tot een menu. "Onderhoud": Diagnose, Logboek waarschuw., ... "Verbindingen": Beheer van de verbindingen, Een apparaat zoeken.
  • Pagina 480 Audio en telematica Radio Selecteren van een zender Druk herhaalde malen op de toets Korte procedure Er kunnen storingen in de ontvangst SOURCE om de radiofunctie te optreden door obstakels in de Als de modus "Radio" is ingeschakeld, druk dan selecteren.
  • Pagina 481 Audio en telematica Verkeersinformatie (TA) beluisteren Berichten beluisteren Tekstberichten weergeven De functie INFO geeft voorrang aan Tekstberichten worden door de De functie TA (Traffic Announcement) de verkeersinformatie. Om te kunnen radiozender meegestuurd en hebben geeft voorrang aan het luisteren naar de functioneren moet er op een zender betrekking op de radiozender of de verkeersinformatie.
  • Pagina 482 Audio en telematica Digitale radio (DAB, Digital Audio Broadcasting) Weergave van de opties: Als de "DAB"-zender waarop is afgestemd, niet doorgestreept indien actief maar niet beschikbaar is in "FM", is de optie "DAB FM" doorgestreept. beschikbaar. Weergave van de naam van de radiozender waarop is afgestemd.
  • Pagina 483 Audio en telematica Digitale radio Druk op de toets "Menu". Dankzij de digitale radio kunt Druk op "OK" zodra de radio op het u genieten van een optimale display wordt weergegeven om het geluidskwaliteit en van extra contextuele menu weer te geven. categorieën informatie (TA INFO).
  • Pagina 484 Audio en telematica Media USB-speler Afhankelijk van de uitvoering bestaat deze Afspeelmethode module uit een USB-aansluiting en een Jack- Er zijn verschillende afspeelmethodes: aansluiting. Normaal: de tracks worden in de normale volgorde volgens de afspeellijst Het systeem stelt playlists samen afgespeeld.
  • Pagina 485 Audio en telematica Selecteren van een track Indelen van bestanden Afspelen van bestanden Druk op een van deze toetsen om Houd deze toets enige tijd Druk deze toets kort in om de naar de vorige/volgende track te ingedrukt om de verschillende gekozen indeling weer te geven.
  • Pagina 486 Audio en telematica AUX-aansluiting (AUX-ingang) CD-speler Een MP3-CD afspelen Gebruik alleen CD's met een ronde vorm. Bepaalde beveiligingssystemen op de originele Plaats een MP3-CD in de CD-speler. CD of zelfgebrande CD's kunnen storingen De CD-speler scant vervolgens de CD tot veroorzaken, ongeacht de kwaliteit van de alle nummers zijn gevonden, hierdoor kan het CD-brander.
  • Pagina 487 Audio en telematica ® ® Bluetooth streaming audio Apple -speler aansluiten ® Streaming biedt de mogelijkheid Sluit een Apple -speler met behulp van een geschikte audiobestanden van de telefoon via de kabel (niet meegeleverd) aan op de USB-aansluiting. Als er al een CD in het apparaat luidsprekers van de auto te beluisteren.
  • Pagina 488 Audio en telematica Informatie en adviezen De CD-speler speelt audiobestanden met de Selecteer bij het branden van een CD-R of CD- extensie .mp3, .wma, .wav en .aac met een RW de standaard ISO 9660 niveau 1, 2 of bij bitrate tussen 32 kbps en 320 kbps af. voorkeur Joliet om deze te kunnen afspelen.
  • Pagina 489 Audio en telematica Telefoon ® Koppelen van een Bluetooth -telefoon Procedure vanaf de telefoon Voltooien van de koppeling Het koppelen van de Bluetooth-telefoon Selecteer de naam van het systeem aan het handsfree Bluetooth-systeem van Ongeacht of u de procedure vanaf de telefoon in de lijst van gedetecteerde uw autoradio mag om veiligheidsredenen of die vanaf het systeem hebt gebruikt, moet u,...
  • Pagina 490 Audio en telematica Beheer van de verbindingen Geeft aan dat een apparaat is Vervolgens selecteert en bevestigt u: De verbinding van de telefoon is "Aansluiten telefoon"/"Telefoon verbonden. automatisch geschikt voor de profielen afsluiten": handsfree set en streaming audio. om alleen de telefoon of de De mogelijkheid van het systeem om handsfree set te verbinden/de Het cijfer geeft aan hoeveel profielen...
  • Pagina 491 Audio en telematica Aannemen van een gesprek Bellen Beëindigen van een gesprek Een binnenkomend gesprek wordt aangekondigd Via het menu "Telefoon". Via het menu "Telefoon". door een beltoon en de weergave van een Selecteer "Bellen". Selecteer "Ophangen". bovenliggend venster op het scherm. Selecteer met de toetsen het tabblad Selecteer "Nummer kiezen".
  • Pagina 492 Audio en telematica Beheer van de gesprekken Druk tijdens het gesprek op OK om Doorschakelfunctie Spraakserver naar het contextmenu te gaan. In het contextmenu: Selecteer in het contextmenu "Toon vink "Doorschakelfunctie" aan DTMF" en bevestig uw keuze om om het gesprek via de telefoon het digitale toetsenbord te kunnen Ophangen voort te zetten (bijv.: om tijdens...
  • Pagina 493 Audio en telematica Telefoonboek Spraakherkenning Het systeem heeft, afhankelijk van Selecteer "Telefoonboek" voor een Dankzij deze functie kunt u de de compatibiliteit van de telefoon en overzicht van alle contacten. spraakherkenning van uw smartphone via het gedurende de Bluetooth-verbinding, systeem gebruiken. toegang tot het telefoonboek van de Bevestig met OK.
  • Pagina 494 Audio en telematica Veelgestelde vragen In de volgende tabel vindt u de antwoorden op de meest gestelde vragen over uw autoradio. VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Na het afzetten van de Als de motor is afgezet, blijft de radio nog werken zolang de Start de motor om de accu op te laden.
  • Pagina 495 Audio en telematica VRAAG ANTWOORD OPLOSSING De voorkeuzezenders kunnen Het verkeerde golfbereik is geselecteerd. Druk op de toets BAND AST om het golfbereik niet worden ontvangen (FM, FM2, DAB, AM) terug te vinden waarin de (geen geluid, 87,5 Mhz wordt voorkeuzezenders zijn opgeslagen.
  • Pagina 496 Audio en telematica Media VRAAG ANTWOORD OPLOSSING De Bluetooth-verbinding Het laadniveau van de batterij van de randapparatuur is mogelijk te Laad de batterij van de randapparatuur op. wordt onderbroken. laag. Op het scherm wordt de De USB-stick wordt niet herkend. Formateer de USB-stick opnieuw.
  • Pagina 497 Audio en telematica Telefoon VRAAG ANTWOORD OPLOSSING Ik heb geen toegang tot Er zijn slechts weinig telefoons en providers die deze functionaliteit Bel uw voicemail via het telefoonmenu, gebruik mijn voicemail. ondersteunen. het nummer dat u van uw provider hebt gekregen. Ik kan mijn telefoonboek Controleer of uw telefoon compatibel is.
  • Pagina 498 Trefwoordenregister 180° te openen ..........79 Active Safety Brake......21, 239, 242 Automatisch inschakelen verlichting ........144, 147, 148 180° zicht naar achteren .......255 Adaptieve snelheidsregelaar ....223, 232 ® Automatisch AdBlue ........24, 33, 278-280 Additief AdBlue ........24, 280 noodremsysteem ....21, 239, 241-243 Afmetingen ............323 Autoradio ..77, 148-150, 152, 153, 156, 216, Afstandsbediening ....45-47, 49, 52-54,...
  • Pagina 499 Trefwoordenregister ® Bijvullen additief AdBlue ......280 CarPlay verbinding .......376, 432 Dieselmotor .... 19, 263, 272, 322, 325, 326 Binnenspiegel ..........143 CD ..........388, 444, 484 Digitale radio - DAB (Digital Audio BlueHDi ........29, 33, 204, 278 CD MP3 ........388, 444, 484 Broadcasting) ....
  • Pagina 500 Trefwoordenregister ESP ...............159 Gereedschapskist ....282, 284, 285, 291 Identificatie auto..........327 ESP/ASR ............159 Gevarendriehoek ..........282 Identificatiegegevens ........327 ESP (Elektronisch Stabiliteits Gewichten ..........324-326 Identificatieplaatjes constructeur ....327 Programma) ..........23 Gewichten, overzicht ......325, 326 Identificatie (stickers) ........327 ESP-systeem ..........23 Gordel (lampje) ..........166 Imperiaal ............268 Extra verwarming ........83, 137 Gordellampje ..........166...
  • Pagina 501 Trefwoordenregister Kentekenplaatverlichting ..... 306, 309 Lampen (vervangen) .... 298, 299, 305, 308 Menu ....342, 344, 346, 348, 350, 352, Keyless entry and start ....52, 54-56, 58, Lampen vervangen ......298, 299, 360, 362, 364, 368, 374, 376, 378, 380, 382, 60, 62, 63, 65, 198, 201 305, 306, 308, 309 390, 392, 394, 402, 404, 406, 424, 430, 432,...
  • Pagina 502 Trefwoordenregister Navigatiesysteem ...342, 344, 346, 348, 350, 352 Panoramadak ..........120 Remlampje ............16 Niveaus controleren ......273-275 Parkeerhulp achter .......252, 253 Remlichten ......305, 306, 308, 309 Niveaus en controles ......272-275 Parkeerhulp achter met grafische Remmen ..........16, 20, 277 Noodbediening achterklep ......81 weergave en geluidssignalen .....253 Remschijven..........277 Noodbediening portieren ......50, 60...
  • Pagina 503 Trefwoordenregister Schakel sneeuwketting .........264 Stop (verklikkerlampje) ........16 Uitschakelen ESP .........161 Urgence-oproep ........158, 328 SCR (Selective Catalytic Reduction) ....278 Streaming audio Bluetooth ..388, 444, 485 Stuurbekrachtigingsvloeistofniveau ..... 274 USB ..........113, 388, 444 SCR-systeem ..........25, 278 Selectiehendel ..........210 Stuurslot ..........49, 59, 201 USB-aansluiting ....
  • Pagina 504 Trefwoordenregister Xenonlampen ........299, 303 Versnellingsbak, handgeschakeld ....11, 13, 14, 19, 202, 203, 214, 229, 233, 277 Versnellingshendel ......... 11 Verversen ............273 Vervuiling van het roetfilter (diesel) ....276 Verwarmde bank ..........94 Verwarming ......11, 125, 134-137 Voorruitverwarming ......131, 157 Voorstoelen .........87, 89, 90 Zaklamp ............
  • Pagina 507 4DconcepT DiaDeiS Op verschillende plaatsen in uw auto zijn stickers Belangrijke informatie: interak aangebracht. Ze bevatten veiligheidswaarschuwingen en - Het monteren van elektrische uitrustingen of accessoires informatie over de identificatie van uw auto. Verwijder ze die niet onder een artikelnummer in het assortiment van niet: ze horen namelijk bij de auto.
  • Pagina 508 *16K0C.0070* Néerlandais 16K0C.0070...
  • Pagina 509 SpaceTourer AANVULLING MET BETREKKING TOT DE KINDERZITJES ERRATUM...
  • Pagina 510 Bevestiging kinderzitjes met de veiligheidsgordel Symbolen Conform de Europese wetgeving geeft het overzicht de mogelijkheden weer met betrekking tot het bevestigen, met een veiligheidsgordel, van een universeel gehomologeerd kinderzitje, gerangschikt naar gewicht van het kind en de plaats in de auto. Deze symbolen wijzen op de specifieke kenmerken van uw type auto: Business...
  • Pagina 511 Veiligheid Gewicht van het kind en leeftijdsindicatie Minder dan 13 kg Van 9 tot 18 kg Van 15 tot 25 kg Van 22 tot 36 kg Zitplaatsen (Groep 0 (b) en 0+) (Groep 1) (Groep 2) (Groep 3) Van 1 tot ongeveer 3 jaar Van 3 tot ongeveer 6 jaar Van 6 tot ongeveer 10 jaar Tot ongeveer 1 jaar...
  • Pagina 512 Veiligheid Gewicht van het kind en leeftijdsindicatie Minder dan 13 kg Van 9 tot 18 kg Van 15 tot 25 kg Van 22 tot 36 kg Zitplaatsen (Groep 0 (b) en 0+) (Groep 1) (Groep 2) (Groep 3) Tot ongeveer 1 jaar Van 1 tot ongeveer 3 jaar Van 3 tot ongeveer 6 jaar Van 6 tot ongeveer 10 jaar...
  • Pagina 513 Veiligheid Gewicht van het kind en leeftijdsindicatie Minder dan 13 kg Van 9 tot 18 kg Van 15 tot 25 kg Van 22 tot 36 kg Zitplaatsen (Groep 2) (Groep 0 (b) en 0+) (Groep 1) (Groep 3) Tot ongeveer 1 jaar Van 1 tot ongeveer 3 jaar Van 3 tot ongeveer 6 jaar Van 6 tot ongeveer 10 jaar...
  • Pagina 514 Veiligheid Symbolen (a) Universeel kinderzitje: kinderzitje dat in alle U : Zitplaats geschikt voor de bevestiging van een universeel gehomologeerd kinderzitje auto's kan worden bevestigd met behulp met een veiligheidsgordel, zowel met de van de veiligheidsgordel. "rug in de rijrichting" als met het "gezicht in (b) Groep 0: vanaf de geboorte tot 10 kg.
  • Pagina 515 Veiligheid Door CITROËN aanbevolen kinderzitjes CITROËN levert een reeks kinderzitjes met artikelnummer die met een driepuntsveiligheidsgordel kunnen worden vastgemaakt. Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kg Groep 2 en 3: 15 - 36 kg "RÖMER KIDFIX XP" "RÖMER Baby-Safe Plus" "BOOSTER GRACO"...
  • Pagina 516 Veiligheid Zitplaatsen geschikt voor ISOFIX-kinderzitjes Overeenkomstig de Europese wetgeving geeft het overzicht de mogelijkheden aan voor het bevestigen van een ISOFIX-kinderzitje op een plaats in de auto voorzien van ISOFIX-bevestigingen. Bij universele en semi-universele ISOFIX-kinderzitjes wordt de ISOFIX-maat op het kinderzitje naast het ISOFIX-logo aangegeven met een letter ( A t/m G ).
  • Pagina 517 Veiligheid Gewicht van het kind / leeftijdsindicatie Tot 10 kg Tot 10 kg (groep 0) (groep 0) Van 9 tot 18 kg (groep 1) Tot 13 kg Tot ca. 6 Van 1 tot ca. 3 jaar (groep 0+) maanden Tot ca. 1 jaar "rug in de Type ISOFIX-kinderzitje Reiswieg (1)
  • Pagina 518 Veiligheid Gewicht van het kind / leeftijdsindicatie Tot 10 kg Tot 10 kg (groep 0) (groep 0) Van 9 tot 18 kg (groep 1) Tot 13 kg Tot ca. Van 1 tot ca. 3 jaar (groep 0+) 6 maanden Tot ca. 1 jaar Type ISOFIX-kinderzitje Reiswieg (1) "rug in de rijrichting"...
  • Pagina 519 Veiligheid Gewicht van het kind / leeftijdsindicatie Tot 10 kg Tot 10 kg (groep 0) (groep 0) Van 9 tot 18 kg (groep 1) Tot 13 kg Tot ca. 6 Van 1 tot ca. 3 jaar (groep 0+) maanden Tot ca. 1 jaar Type ISOFIX-kinderzitje Reiswieg (1) "rug in de rijrichting"...
  • Pagina 520 Rijden Gewicht van het kind / leeftijdsindicatie Tot 10 kg Tot 10 kg (groep 0) (groep 0) Van 9 tot 18 kg (groep 1) Tot 13 kg Tot ca. 6 Van 1 tot ca. 3 jaar (groep 0+) maanden Tot c a. 1 jaar Type ISOFIX-kinderzitje Reiswieg (1) "rug in de rijrichting"...
  • Pagina 521 Veiligheid Symbolen (a) Raadpleeg de wetgeving in uw land (1) Als een reiswieg op deze zitplaats is Raadpleeg de desbetreffende rubriek alvorens een kinderzitje op deze zitplaats bevestigd, kunnen één of beide andere voor meer informatie over de ISOFIX- te bevestigen. zitplaatsen van dezelfde zitrij mogelijk niet bevestigingen en in het bijzonder de (b) Als een kinderzitje op de middelste...
  • Pagina 522 Veiligheid Door CITROËN aanbevolen ISOFIX-kinderzitjes Het CITROËN-netwerk levert een gamma ISOFIX-kinderzitjes. Deze kinderzitjes, die zijn voorzien van een onderdeelnummer, zijn goedgekeurd voor gebruik in uw auto. Raadpleeg ook de montagehandleiding van de fabrikant van het kinderzitje voor meer informatie over het plaatsen en verwijderen van het zitje. "RÖMER Baby-Safe Plus"...
  • Pagina 523 Rijden Waarschuwing kans op aanrijding en Werkingsvoorwaarden Active Safety Brake Het systeem Waarschuwing kans op aanrijding werkt: bij een van een kentekenplaat voorzien voertuig dat in dezelfde rijrichting rijdt of staat, bij voetgangers, als de wagensnelheid minimaal 7 km/h is (de functie wordt uitgeschakeld als de snelheid daalt tot 5 km/h).
  • Pagina 524 Rijden Werkingslimieten Waarschuwing kans op Het systeem Active Safety Brake werkt niet: als de voorbumper van de auto is aanrijding In de volgende gevallen is het raadzaam beschadigd, de functie uit te schakelen via het Afhankelijk van de door het systeem binnen 10 seconden na de laatste keer dat gedetecteerde kans op een aanrijding en de configuratiemenu van de auto:...
  • Pagina 525 Rijden Instellen van de stand voor de Met autoradio Niveau 2 : waarschuwing door activering van de waarschuwing middel van visuele signalen en geluidssignalen die aangeeft dat een De stand voor de activering van de aanrijding dreigt. waarschuwing is bepalend voor de manier Er wordt een melding weergegeven waarop u wordt gewaarschuwd voor een om de bestuurder aan te sporen te...
  • Pagina 526 Rijden Active Safety Brake Als de radar en de camera de Als het systeem in werking is, kunnen aanwezigheid van een voertuig of er lichte trillingen voelbaar zijn in het een voetganger hebben bevestigd, rempedaal. knippert dit verklikkerlampje als het systeem wordt geactiveerd.
  • Pagina 527 Rijden Uitschakelen / inschakelen Storing van de waarschuwing en het remmen In het geval van een storing wordt u gewaarschuwd door het branden van Standaard wordt de functie automatisch dit verklikkerlampje in combinatie met ingeschakeld als de motor wordt gestart. een geluidssignaal en een melding.
  • Pagina 528 *16K0C.C070* Néerlandais 16K0C.C070...