Voorbereiding voor opname 3
Omgaan met cassettes
lnsteken van een cassette
(E-1)
1
Zorg dat de camcorder op een
voedingsbron is aangesloten.
2
Houd het kleine blauwe vergrendelknopje
ingedrukt en schuif de EJECT toets in de
richting van de pijl.
Het deksel van de cassettehouder gaat nu
open.
3
Steek een videocassette in de houder,
met het venster naar buiten gericht.
4
Druk op de plaats waar "PUSH" staat
aangegeven om de cassettehouder te
sluiten.
Uitnemen van de cassette
1
Zorg dat de camcorder op een voedingsbron
is aangesloten.
2 Houd het kleine blauwe vergrendelknopje
ingedrukt en druk de EJECT toets in de
richting van de pijl.
3 Neem de cassette uit de houder en druk op
de plaats waar "PUSH" staat aangegeven om
de cassettehouder te sluiten.
(E-2)
Voorkomen van abusievelijk wissen
(E-2)
Schuif het wispreventienokje op de cassette uit
zodat het rode teken zichtbaar wordt. Dit
voorkomt abusievelijk opnemen op de cassette.
Wenst u toch een nieuwe opname op de
cassette te maken, dan schuift u het nokje terug
(geen rood teken zichtbaar).
Als u probeert op te nemen met de camcorder
terwijl het wispreventienokje is ingeschoven
(rood teken zichtbaar), zullen de a® en de ±
aanduidingen in de zoeker verschijnen en er zal
5 sekonden lang een waarschuwingstoon
klinken.
Opmerkingen
• Steek nooit enig voorwerp in de kleine openingen
aan de achterzijde van een videocassette. Deze
uitsparingen dienen voor het automatisch bepalen
van de bandsoort, de banddikte, en of het
wispreventienokje in- dan wel uitgeschoven is, etc.
• Berg de cassettes in hun doosjes op en zet deze
vertikaal neer, om het binnendringen van stof en
het uitzakken van de band te voorkomen.
40