GEAVANCEERDE FUNCTIES
Offramp gateway
1
Functie offramp gateway maakt het mogelijk e-mail of internetfaxen die vanaf een ander apparaat verzonden zijn via dit apparaat te
converteren naar standaard faxgegevens, die via een publieke telefoonlijn verzonden worden naar de ontvanger die door de
verzender aangegeven is. Dit is nuttig omdat de communicatiekosten verminderd worden door een combinatie te gebruiken van
zowel het internet als publieke telefoonlijnen. Wanneer bijvoorbeeld documenten over lange afstanden verzonden worden, zoals
intercontinentaal, kan het Internet gebruikt worden om het document naar een apparaat in het bestemmingsland/de
bestemmingsregio te verzenden, waarna het via een publieke telefoonlijn als faxgegevens doorgestuurd wordt naar een
doelfaxapparaat.
2
1. De domeinnaam van het apparaat en
het faxnummer van de uiteindelijke
ontvanger worden aangegeven en er
wordt een internetfax verzonden.
Internetfax-
apparaat
3
Client-computer
4
1. De domeinnaam van het apparaat en
het faxnummer van de uiteindelijke
ontvanger worden aangegeven en er
wordt een e-mail verzonden.
Een e-mailadres specificeren
Wanneer het apparaat gebruikt moet worden als station voor doorsturen om offramp gatewayoverdrachten uit te voeren, vraag de
afzender dan om als volgt een e-mailadres aan te geven.
• FAX=xxxxxxxx@FQDN
5
Het faxnummer van de uiteindelijke ontvanger wordt aangegeven in "xxxxxxxx".
Bijv: als het faxnummer "1234567890" is en de domeinnaam van didt apparaat (FQDN) is "host1.example.com", moet de fax
verzonden worden naar FAX=1234567890@host1.example.com
Verzenden naar een subadres
• FAX=xxxxxxxx/T33S=yyyy@FQDN
Het faxnummer van de uiteindelijke ontvanger wordt aangegeven in "xxxxxxxx" en het subadres in "yyyy".
Bijv: als het faxnummer "1234567890", heb subadres "1234" en de domeinnaam van didt apparaat (FQDN) is
"host1.example.com", moet de fax verzonden worden naar FAX=1234567890/T33S=1234@host1.example.com
6
Instellen van de SMTP-server
SMTP is een serverprotocol voor het verzenden en ontvangen van e-mail. Om functie offramp gateway te gebruiken moet de SMTP-
server ingesteld worden, zodat het apparaat e-mails en internetfaxen kan ontvangen via SMTP. Raadpleeg de TopAccess Guide
voor informatie over de werking.
7
2. E-mails en internetfaxen
waarin de domeinnaam van dit
apparaat is aangegeven
worden ontvangen en naar het
Mailserver
apparaat verzonden.
Internet
Intranet
Subadres
bestemming
Mailserver
4. Als een subadres aangegeven is in de ontvanger
van de ontvangen fax, wordt de fax verzonden naar
de bestemming in het subadres.
- 48 -
3. Ontvangen e-mails en internetfaxen
worden geconverteerd naar
standaardfax en dan verzonden
naar het faxapparaat van de
uiteindelijke ontvanger.
Dit apparaat
Mailserver
(SMTP)
G3-faxapparaat